Æon Flux (2005)

Regie: Karyn Kusama | 93 minuten | actie, drama, romantiek, avontuur, fantasie, science fiction, thriller | Acteurs: Charlize Theron, Frances McDormand, Marton Csokas, Jonny Lee Miller, Sophie Okonedo, Amelia Warner, Caroline Chikezie, Pete Postlethwaite, Nikolai Kinski, Paterson Joseph, Yangzom Brauen, Aoibheann O’Hara, Thomas Huber, Weijian Liu, Maverick Queck, Ralph Herforth 

Een cast vol met Oscarwinnaars en genomineerden, een gelauwerde regisseuse (Kusama maakte hiervoor het goed ontvangen ‘Girlfight’) met een competente crew aan het roer, en een film die opereert binnen een tegenwoordig zeer populair (sub-)genre, dat van de actie-sci-fi. Weinig op aan te merken dus, zou je op het eerste gezicht denken. Want hoewel het genre waar het hier om gaat vaak als te luchtig wordt beschouwd, hebben films als ‘The Matrix’, ‘Star Wars: Revenge of the Sith’ en ‘Serenity’ laten zien dat dergelijke films best goed gewaardeerd kunnen worden.

Toch lijkt de studio weinig vertrouwen te hebben (gehad) in ‘Æon Flux’ (ook bekend als ‘Aeon Flux’). In de Verenigde Staten mocht de film namelijk niet als preview vertoond worden aan recensenten; wellicht uit angst dat de film van alle kanten neergesabeld zou worden. Nu zijn de kritieken inderdaad niet bepaald lovend te noemen, maart de film is zeker niet zo wanstaltig geworden als de anti-hype doet vermoeden. Sterker nog, ondanks een gebrek aan echte hoogtepunten is een groot gedeelte van de film best nog redelijk te verteren. Een aardige actiescène hier en daar, wat intrigerende thematiek onder de oppervlakte, enkele leuk uitziende omgevingen, grappige hi-tech snufjes, en een sexy hoofdrolspeelster in strakke, accentuerende pakjes: een boeiend element laat nooit héél lang op zich wachten. Jammer dan weer van dat belegen script en de suffe personages.

Het verhaal, een bewerking van de animatieserie van Peter Chung, die midden jaren negentig op MTV werd uitgezonden, is in de basis een dertien-in-een-dozijn science fiction verhaal. Een toekomstige, totalitair bestuurde perfecte gemeenschap die niet zo perfect is als hij lijkt, en waartegen een klein groepje rebellen in opstand komt, is allesbehalve nieuw. En de verrassende wendingen die vaak samenhangen met een onverwachte identiteit of aard van personages, zorgen voor weinig spanning. Ook het centrale geheim dat uiteindelijk ontrafeld wordt is geen complete verrassing. De thematiek die hiermee samenhangt, en te maken heeft met de waarde en definitie van een mensenleven, is echter wel onverminderd boeiend. Het zijn de flarden aan inhoud die hier zijn terug te vinden die de film op verhaalniveau af en toe nog interessant houden.

Verder moet de film het vooral van zijn uiterlijk – toegegeven, voornamelijk dat van de hoofdrolspeelster –  en wat aardige actiemomenten hebben. De bestorming van het regeringsgebouw via een acrobatische sprint door een tuin vol dodelijke gifpijlen afschietende planten is zowel lichtelijk cheesy als ronduit vermakelijk. Verder is een gevecht tussen Flux en een dodelijke tegenstandster tussen twee werelden  Flux heeft een harnas aan waarmee ze tussen de werelden of werkelijkheden kan wisselen  een leuk idee. Verrassend is ook hoe realistisch sommige scènes nog aanvoelen. Of het nu gaat om een wapengevecht tussen Flux en een groep soldaten, of om haar sprong naar het vliegende museum de Relical, waarbij ze zich uit alle macht aan wapperende lappen stof probeert vast te klampen, er is, ondanks de fantastische aard en context van veel scènes, toch nog redelijk wat aardse (biomechanische) logica aanwezig.

Charlize Theron valt tenslotte nog te prijzen voor het acrobatisch vermogen dat ze tentoonspreidt in de film. Ze heeft hard getraind in disciplines als karate, capoeira, en trampolinespringen, en het werpt zichtbaar zn vruchten af in de film. Theron maakt radslagen, salto’s, kruipt als een soort vrouwelijke Spider-Man over daken, en weet haar vijanden op allerlei acrobatische wijzen te neutraliseren, waarbij een van haar favorieten de handstand-nekomdraaier is, waarbij ze, à la Famke Janssen in ‘GoldenEye’, haar benen bij haar tegenstanders in de nek legt en dan haar krachtige dijen het werk laat doen. Niet onbelangrijk voor het kijkgenot van de toeschouwer is dat ze dit alles uitvoert gehuld in allerhande nauwsluitende pakjes, die haar vrouwelijke vormen optimaal benadrukken, en waar de camera duidelijk dol op is. Haar rol is hier natuurlijk minder veeleisend dan in Monster, maar ze weet, vooral later in de film, toch nog wel afdoende emoties in haar personage te leggen. Niets opmerkelijks, maar toereikend. Hetzelfde kan niet gezegd worden van haar tegenspeelster Marton Csokas, die speelt alsof elk leven uit hem gezogen is. Theron heeft hier in het begin van de film ook last van, maar dat kan nog geschoven worden op (de ontwikkeling van) haar personage. Csokas blijft de hele film lang een duffe, dooie pier. Hij speelt hier net zo slaapwandelend als in ‘The Lord of the Rings’, waarin hij Celeborn speelde, de man van elvenkoningin Galadriel. Voor díe rol was het echter gewenst: het gaf het personage een zekere nobelheid of iets bovenmenselijks, maar in dit geval is het gewoonweg oersaai.

‘Æon Flux’ is zeker geen film waarvoor je naar de bioscoop moet gaan rennen voor een kaartje. Maar een wanproduct is het ook weer niet. Met wat aanscherpingen hier en daar had de film, ondanks het gebrek aan originaliteit en écht memorabele actiescènes, zelfs nog best een voldoende kunnen opleveren.

Bart Rietvink

Waardering: 2

Bioscooprelease: 23 februari 2006