Angels of the Sun-Anjos do Sol (2006)

Regie: Rudi Lagemann | 92 minuten | drama | Acteurs: Antonio Calloni, Otávio Augusto, Darlene Glória, Vera Holtz, Fernanda Carvalho, Chico Díaz, Bianca Comparato, Mary Sheila, Caco Monteiro, Antônio Gonzalez, Evelin Buchegguer, Rui Manthur, Maurício Gonçalves, Larissa Beckman, Kallanda Caetana

‘Anjos do Sol’ van regisseur en schrijver Rudi Lagemann is wat je kunt noemen een educatieve film. Zonder veel opsmuk wordt getoond hoe wreed het lot van een kind in Brazilië (en overal elders ter wereld) kan zijn. Dit aan de hand van de belevenissen van de twaalfjarige maagd Maria, gespeeld door Fernanda Carvalho. Met haar korte, zwarte haar en haar ronde gezichtje verenigt ze de eigenschappen van een tomboy en een poppetje. Ze is de onschuld zelve.

Op een dag brengt een motorboot Tadeu (Chico Diaz) naar het armoedige, stoffige dorpje waar zij met haar familie woont. Het is lastig kijken naar Tadeu. Vanonder de viezig dikke jampotglazen van zijn bril druipt constant zweet. Daarnaast stottert hij zowel verbaal als lichamelijk: zwemmend in een te ruim vallend pak, lijkt hij te lijden aan een zenuwaandoening. Niet direct een man aan wie je een dochter zou verkopen, en toch is dat wat er gebeurd: zonder veel woorden en met nog minder blijk van emotionele betrokkenheid wordt Maria door haar ouders aan hem overgedragen. In ruil voor een klein stapeltje bankbiljetten. Maria komt natuurlijk niet terecht als huishoudster bij een gegoede familie. Ze wordt verkocht aan een vadsige rijkaard met een zwaarbehaarde torso. Hij ziet in Maria het jonge meisje op wie zijn jarige zoontje z’n onschuld kan verliezen. Als dat niet gebeurt, trekt de man zijn gulp naar beneden om haar zelf onder handen te nemen. Na afloop wordt Maria samen met een ander meisje per vliegtuig naar een mijnwerkersdorpje diep in het Braziliaanse oerwoud gebracht. Om er te werken als hoer in handen van Saraiva (Antonio Calloni) die er een café annex bordeel runt. Via een geluidsinstallatie roept Saraiva in het dorp om dat er ‘vers vlees’ is. Die avond staan de mijnwerkers netjes in de rij om zich over Maria en haar vriendin te buigen. Betaald wordt er in grammen goud. Maria beseft al snel dat alleen een ontsnapping een eind aan haar uitzichtloze situatie kan maken.

‘Anjos do Sol’ zet de facetten van kinderprostitutie keurig op een rijtje: corruptie, onderdrukking, analfabetisme, machtsmisbruik, oogkleppengedrag, aids, armoede, fysiek en seksueel geweld krijgen allemaal netjes hun eigen ‘moment’ in ‘Anjos do Sol’. Het maakt haar topzwaar – Maria representeert niet alleen zichzelf, maar het hele fenomeen kindermisbruik. Ze is een metafoor. En dat lot kunnen haar frêle schouders niet dragen. Ze is te jong, te weerloos, te onuitgesproken om onder onze ogen uit te groeien tot een individu, waarin we werkelijk inzicht krijgen. Het is zodoende een verademing dat de andere meisjes van Saraiva geen homogeen geheel vormen, maar elk een eigen blik op hun situatie werpen: onverschillig, strijdbaar, lijdzaam, of zelfs dankbaar en hoopvol. Ook Saraiva zelf is niet overal een uit steen gehouwen crimineel, maar meer die ongrijpbare handelaar die er potdorie bijna in slaagt zijn standpunt overtuigend over te brengen: “Ik hélp die meisjes juist!”

Op andere momenten moet Saraiva letterlijk snurken om te tonen dat hij slaapt. Ook krijgen Maria en haar lotgenoten rode indianenstrepen op hun wang geschminkt bij wijze van ‘wondje’ (een prijs voor de beste grime zal ‘Anjos do Sol’ nergens hebben ontvangen). En op het moment dat Maria een man ontvangt, focust de camera zich bijna beschaamd op een vredig snorrende ventilator. Na afloop loopt de man in kwestie het café weer in terwijl hij zijn broek omhoog sjort en zijn riem nog moet vastmaken. Meer dan dat komen we over geen enkele klant te weten. Samen met de al dan niet bedoeld sarcastisch klinkende liftmuziek, voelt deze simplistische beeldtaal zich het beste thuis in jeugdfilms. Dat is dan ook het genre dat ‘Anjos do Sol’ het beste past. ‘Zo zit de wereld van kinderen ook wel eens in elkaar’, vertelt de film (gemaakt met geld van Petrobras, het Braziliaanse Shell) ons. ‘Anjos do Sol’ doet dat op een manier die maar net gelaagd genoeg is, om na afloop nog heel even na te galmen. Tenminste, als je van tevoren zelf nog onschuldig genoeg was om te denken dat moeder aarde een luilekkerland is.

Martijn Laman