Beket (2008)

Regie: Davide Manuli | 80 minuten | drama | Acteurs: Luciano Curreli, Jérôme Duranteau, Fabrizio Gifuni, Paolo Rossi, Simona Caramelli, Simone Maludrottu, Roberto Freak Antoni, Letizia Filippi

Het openingsshot: een kale springende man van Noord-Afrikaanse komaf. Er zijn geen achtergrondgeluiden, alleen maar harde technomuziek. Op de achtergrond een rij windmolens, wat bomen en de lucht. De combinatie van het zwart-wit beeld en de muziek en het feit dat je als kijker midden in dit tafereel valt, maakt het begin surrealistisch. De man blijft op zijn plaats springen en maakt vechtbewegingen alsof hij zich aan het opwarmen is voor een bokswedstrijd. Hij is gekleed in een glittervest wat nog meer de associatie met boksen oproept: het lijkt net een bokserjas ondanks de grote donkere rits. Het duurt even voordat je beeld en geluid in je opgenomen hebt en net als je je afvraagt wie deze man is en wat hij daar doet, komt de naam van de film groot en knipperend in beeld. Ook zwart-wit.

Aanvankelijk word je op een verkeerd spoor gezet en lijk je even een echt verhaal te gaan volgen. Het verhaal van een man met een snor die op iemand wacht. Totdat deze man twee andere mannen tegenkomt, waarvan de man op het paard met de hoed op claimt een Marriachi te zijn en vervolgens een liedje over ijsjes zingt. Het is een voorbode van de nog te komen vage en onverklaarbare maar boeiende scènes die de hersenen kietelen.

Elke scène begint overigens acuut en houdt even bruut weer op. Daardoor lijkt het een toneelstuk in een film. Het verhaal wordt nog wel in chronologische volgorde verteld maar daar is dan ook alles mee gezegd. Alle kleine stukjes vormen een soort van verhaal, het is aan de kijker om het op zijn eigen manier aan elkaar te knopen. Veel dialogen zijn er niet, en als ze er zijn worden ze met een bepaalde regelmaat herhaald, om vervolgens even onverwacht weer afgekapt te worden doordat de acteurs weglopen of de technomuziek weer gedraaid wordt.

‘Beket’ is zeer losjes gebaseerd op het toneelstuk ‘Wachten op Godot’ van Nobelprijswinnaar Samuel Beckett. Je hoeft niet bekend te zijn met het verhaal om deze film te kijken. Overeenkomsten tussen het toneelstuk en de film zijn ver te zoeken. Er zijn wel verwijzingen. Soms indirect, zoals de Franse identiteit van een van de hoofdrolspelers (het toneelstuk was origineel in het Frans en Beckett zelf was van Franse komaf), en soms heel direct, bijvoorbeeld als de andere hoofdrolspeler Freak bij het kampvuur in zijn schoen zit te turen. Deze subtiele verwijzingen zullen je doen glimlachen, maar zijn geen hoofdzaak in deze eigen interpretatie van de Italiaanse regisseur Davide Manuli. Het beste is dan ook om niet de film met het toneelstuk te vergelijken maar de film gedachteloos in te gaan. Gaan zitten en alles over je heen laten komen.

In ‘Beket’ zijn de twee mannen Jajà en Freak niet alleen aan het wachten op Godot, ze gaan zelf actief op zoek naar hem. In hun zoektocht worden ze af en toe geholpen door vreemdelingen die hun even op weg helpen. Of worden Jajà en Freak juist tegengewerkt? Jajà vergeet op een gegeven moment zelfs wat hij in het niemandsland doet waarop Freak antwoordt: ‘These are tricks of memory’. Na nog wat rondlummelen leidt de verveling uiteindelijk tot een ruzie tussen de twee met als hamvraag: bestaat Godot wel? Alles komt tot een climax waarna het hele verhaal opnieuw begint, maar dan net even anders. Ieder einde is een nieuw begin, met of zonder Godot.

Waar de kracht in het toneelstuk bij de dialogen ligt, heeft een film het beeld als surplus. Manuli heeft bij ‘Beket’ gekozen voor zwart-wit. Dit leveren niet alleen mooie plaatjes op – die je doen denken aan Magnum fotograaf Josef Koudelka – maar geven de film een gevoel van tijdloosheid mee. Wanneer speelt de film zich af? Bestaat het concept tijd in deze film eigenlijk wel zoals wij het kennen? Deze vraag wordt nog eens benadrukt doordat de film opgenomen is in de dorre natuur: ook de omgeving biedt geen houvast. Geen houvast in tijd en in plaats. Want waar begeven deze mensen zich?

‘Beket’ is zeker niet saai te noemen ondanks de traagheid en herhalingen van de dialogen. Met enige regelmaat worden er nieuwe interessante personages aangevoerd die allemaal op een of andere manier verbonden zijn met Godot en zich daarom ook bevinden in het niemandsland. Visueel word je genoeg getrakteerd en de afwisseling van geluiden uit de natuur met de harde housemuziek zorgen er zeker voor dat je auditief geprikkeld blijft. De naam ‘Beket’ verwijst naar Beckett en is omgevormd in de stijl en klanken van het woord Godot. Net zoals het originele verhaal strak omgevormd is in deze geslaagde experimentele film.

Barbara Plasmans