Bulletproof Monk (2003)

Regie: Paul Hunter | 104 minuten | actie, komedie, avontuur | Acteurs: Yun-Fat Chow, Sean William Scott, Kaime King, Karel Roden, Victoria Smurfit, Marcus Jean Pirae, Mako, Roger Yuan, K.C. Collins, Sean Bell, Kishaya Dudley, Rob Archer, Mauricio Rodas, Bayo Akinfemi, Russell Yuen    

‘Bullet Proof Monk’ is geen geweldige film. Men heeft duidelijk geprobeerd een graantje mee te pikken van het succes van ‘The Matrix’ en ‘Crouching Tiger Hidden Dragon’, maar is vergeten dat het succes van een film toch valt of staat met authenticiteit en lef. En daar ontbreekt het aan in deze film. Er is te veel rekening gehouden met de wensen van ‘het grote publiek’, wat resulteert in een lauwe film. Als Tibetaanse Monniken aan het begin van de film in hun eigen omgeving Engels met elkaar beginnen te spreken, dan weet je eigenlijk al genoeg.

Het verhaal is mager, maar dat hoeft geen probleem te zijn. Als er duidelijk voor een genre wordt gekozen, bijvoorbeeld aktie-komedie en men zich consequent aan die keuze houdt, weet je wat je kunt verwachten en stel je je er op in. Maar in deze film worden lijnen uitgezet die niet worden afgemaakt of onderbouwd. Er wordt gewoon niet de tijd genomen het verhaal goed te vertellen. Alles moet snel, snel, snel. Toch moet er naast de actie veel worden uitgelegd. Hierop loopt het stuk. Om de gaten in het scenario te dichten worden te makkelijke oplossingen gezocht, die het verhaal niet voortstuwen, maar het nog verder onderuit halen, omdat ze uit de lucht komen vallen, niet onderbouwd zijn en vaak geen gevolg krijgen, met andere woorden: ongeloofwaardig zijn. Karakters worden geïntroduceerd met veel poeha, maar komen niet meer terug, mensen kunnen en/of weten dingen die je niet verwacht en die niet voorbereid zijn.

Is het dan allemaal zó slecht? Nou ja, helemaal aan het einde krijgt de plot toch nog een leuke wending, die je niet ziet aankomen, maar die wel werkt. De ‘Monnik zonder naam’ en Kar zijn bovendien als karakters wél consequent en ze worden door respectievelijk Chow Yun-Fat en Sean William Scott uitstekend neergezet. Er is tussen hen een prettige chemie, die leuk is om naar te kijken. Helaas is dit niet genoeg om de film te redden. Het wordt ze dan ook wel erg moeilijk gemaakt. Door te (k)luchtige muziek bijvoorbeeld krijgen vechtscènes, die toch belangrijk zijn voor een actiefilm, een hoog Bassie en Adriaan gehalte. Dit wordt nog versterkt door het feit dat de bad guys veel te karikaturaal zijn neergezet om serieus te nemen.

Francis Ford Coppola had het al van zijn vader geleerd: “If you want to steal, always steal from the best”.  Klopt, maar als je dan iets kopieert of imiteert, moet je het wel goed doen! Gebrek aan tijd en waarschijnlijk ook aan geld, maar vooral gebrek aan goeie ideeën en lef resulteren hier in een weinig originele film die door goede, of in ieder geval goed gecaste hoofdrolspelers nog enigszins overeind blijft, maar die het niveau van een gemiddelde b-film nauwelijks overstijgt.

Arjen Dijkstra

Waardering: 2.5

Bioscooprelease: 5 juni 2003