Casino (1995)

Regie: Martin Scorsese | 180 minuten | drama, thriller, misdaad  | Acteurs: Robert De Niro, Sharon Stone, Joe Pesci, James Woods, Frank Vincent, Pasquale Cajano, Kevin Pollak, Don Rickles, Vinny Vella, Alan King, L.Q. Jones, Dick Smothers, Joseph Rigano, John Bloom, Melissa Prophet

Toen ‘Casino’ in 1995 uitkwam, bleek de film niet zo succesvol aan de bioscoopkassa’s als gehoopt. Op z’n hardst gezegd: de nieuweling van Scorsese flopte. De meesterregisseur had zijn antwoord echter al klaar: over tien jaar zal blijken dat het een klassieker is. Hij kreeg gelijk.

In de basis lijkt ‘Casino’ op Scorsese-films als ‘Goodfellas’, maar is daarom niet minder goed. Films hoeven niet keer op keer hoogst origineel te zijn. ‘Casino’ is niet alleen een mooie kijk binnen de georganiseerde misdaad, maar laat ook zien hoe er op het allerhoogste niveau gehandeld wordt in een van de grootste gokpaleizen van Las Vegas in de jaren 70 en 80.

Vanaf minuut één zijn we erbij: Sam Rothstein vliegt door de lucht nadat zijn auto wordt opgeblazen. Daarna schieten we terug naar het begin van zijn ‘carrière’. Als een soort van chique documentaire glijdt de camera door de pracht en praal van het gokleven in Las Vegas. Dat voelt allemaal zeer authentiek aan en dat is te danken aan het scenario en het boek waarop het gebaseerd is. Schrijver Nicholas Pileggi kende vroeger een ‘mannetje’ dat namens de maffia vier casino’s runde. Aan de hand van zijn verhaal heeft hij ‘Casino’ geschreven.

Op ongeveer de helft van de film verliest Rothstein zichzelf in de liefde voor callgirl Ginger, Santoro in drugs en geweld. Langzaam maar werken ze zichzelf naar de knoppen. De toon van ‘Casino’ verandert dan ook van swingend en glamourvol naar hectisch en gewelddadig. En zulke veranderingen zijn wel aan Martin Scorsese toevertrouwd: als geen ander kan hij de teloorgang van de mens vertalen naar het witte doek. Dat hij daar maar liefst drie uur de tijd voor neemt, vormt geen bezwaar, iedere minuut is raak in deze epische misdaadfilm. De drie belangrijkste karakters krijgen alle ruimte om te schitteren en de negatieve spiraal waar zij in terechtkomen wordt mooi uitgewerkt.

Dat zien we bijvoorbeeld aan De Niro die zijn kunstje uit ‘Raging Bull’ in ‘Casino’ nog eens dunnetjes over mag doen. In die boksklassieker van Scorsese loopt de carrière van het personage van De Niro ten einde en komt hij uiteindelijk in de onderste regionen van de entertainmentindustrie terecht, in ‘Casino’ zien we zo’n zelfde ontwikkeling. Ook hier grijpt De Niro alles aan en komt hij zelfs op de buis met een tweedehands programma. Alles voor de faam. Maar de prijs die hij en Santorro betalen liegt er niet om…

En uiteraard kun je geweldsuitspattingen wel toevertrouwen aan Joe Pesci. Hij is de enige die zo enthousiast kan razen en tieren en anderen op de pijnbank leggen.

Dankzij het prettige vertelritme, de sterke acteerprestaties (vooral De Niro en Pesci zijn in vorm, maar ook Stone laat zien dat ze meer kan dan mooi zijn) het prachtige camerawerk, maar vooral het authentieke tintje, mag ‘Casino’ zich scharen naast ‘Goodfellas’ en ‘Meanstreets’ van Scorsese en, vooruit dan, ‘The Godfather’-trilogie van Coppola. Na jaren van rijpen en rijpen is het dan toch een klassieker geworden!

Joep Jong

Waardering: 4

Bioscooprelease: 7 maart 1996