College Road Trip (2008)

Regie: Roger Kumble | 79 minuten | drama, komedie, avontuur, familie | Acteurs: Martin Lawrence, Raven-Symoné, Brenda Song, Kym Whitley, Adam LeFevre, Eugene Jones III, Margo Harshman, Lucas Grabeel, Matthew Schlein, Eshaya Draper, Will Sasso, Geneva Carr, Na’Kia Bell Smith, Josh Meyers, Lonny Ross, Donny Osmond, Molly Ephraim, Kristian Kordula, Nicholas Leiter Mele, Jessica St. Clair, Meghan Rafferty, Jason Kolotouros, Joseph R. Gannascoli, Tara Copeland, Chad Hessler, Frank Ferrara Jr., Christopher Jon Gombos

Wie bij de titel ‘College Road Trip’ een film verwacht in de traditie van ‘Road Trip’ en de ‘American Pie’-serie komt bedrogen uit. Zoals het Disney-logo op de dvd-hoes al doet vermoeden, gaat het hier om een keurige familiefilm zonder scherpe randjes. Martin Lawrence – in een rol die ver afstaat van zijn verleden als ‘bad boy’ met Will Smith – trekt anderhalf uur routineus gekke bekken als politiechef en overbezorgd gezinshoofd James Porter, wiens 17-jarige dochter Melanie (Raven-Symoné) op het punt staat naar de universiteit te vertrekken. De vraag is alleen nog: naar welke universiteit? Vader James ziet dochterlief graag zo dicht mogelijk in de buurt van thuishaven Chicago blijven, maar Melanie krijgt een uitnodiging voor een toelatingsgesprek tot de prestigieuze universiteit van Georgetown in Washington. Als moeder en dochter door dit nieuws compleet door het dolle heen zijn (gegil en overdreven gezichtsuitdrukkingen te over in deze film), kan James zijn dochter moeilijk weigeren te gaan. Maar wel op de voorwaarde dat hij de chauffeur is tijdens deze ‘road trip’ naar het oosten van de States, zogenaamd om de band tussen vader en dochter nieuw leven in te blazen. Dat blijkt hard nodig, want de hele film draait om het feit dat híj denkt dat Melanie zich alleen niet kan redden, terwijl zíj vindt dat haar vader haar eindelijk eens moet vertrouwen.

‘College Road Trip’ verloopt geheel volgens de strakke formule van de goed geoliede Disneymachine en dus weet je vooraf al wel hoe dit allemaal afloopt. Het draait dan ook meer om de obstakels waar vader en dochter Porter onderweg naar Washington door worden geplaagd. Allereerst blijkt al snel dat Melanies broertje zich in de auto heeft verschanst, omdat hij een brief met belangrijke informatie aan de regering in Washington wil overhandigen. Klinkt dit vreemd? Tja, een 10-jarige verwarde professor met een bovenintelligent huisvarkentje (?) als beste vriend die eigenhandig een Rubiks Kubus kan oplossen (??) is dan ook een curieuze toevoeging aan het verhaal. Ook komen de Porters meermalen een over the top blij en burgerlijk blanke vader en dochter tegen, die eveneens met een ‘college road trip’ bezig zijn en telkens van vreugde in zingen uitbarsten. Grappig om te zien dat terwijl in lowbrowkomedies met een overwegend blanke cast geregeld een stereotiepe Afro-Amerikaan rondloopt, het omgekeerde ook dikwijls het geval is. Overigens moet ‘College Road Trip’ het op meer momenten van stereotiepe grappen hebben, want ook een bus vol met aan karaoke verslaafde Japanners ontbreekt niet, net als een traditionele grootse Italiaanse bruiloft.

Als de film tegen zijn einde loopt neemt de tot dan toe cartooneske komedie een dramatische wending, zodra vader en moeder Porter hun dochter uitzwaaien naar de universiteit. Het is maar goed dat dit in het echte leven niet gepaard gaat met gepijnigde blikken, tranen en ellenlange slowmotion scènes, want dan zou de eerste dag van het nieuwe studiejaar inmiddels wel tot nationale rouwdag zijn uitgeroepen.

Om als volwassene met een al te kritische blik naar ‘College Road Trip’ te kijken is tamelijk onzinnig; de productie is immers gericht op kids (en dan met name meisjes) tot een jaar of elf, die het verhaal ongetwijfeld beter kunnen waarderen en het ontbreken van elk sprankje logica en realiteitszin minder storend vinden. Martin Lawrence weet de ouders die met hun koters meekijken misschien nog eens een glimlach op hun gezicht te bezorgen; een beetje verlichting tussen de mierzoete liedjes, sentimentele dialogen én een constant knorrend varken dat te pas en te onpas voor de camera verschijnt.

Wouter Westerhof