David Copperfield (1999)

Regie: Simon Curtis | 185 minuten | drama | Acteurs: Daniel Radcliffe, Ciarán McMenamin, Emilia Fox, Pauline Quirke, Maggie Smith, John Normington, Trevor Eve, Michael Elphick, James Thornton, Alun Armstrong, Patsy Byrne, Laura Harling, Zoë Wanamaker, Jacqueline Tong, Karl Johnson, Ian McKellen, Harry Lloyd, Steve Swinscoe, Thomas Maher, Bob Hoskins, Peter Sproule, Imelda Staunton, Paul Whitehouse, Brian Abbott, Jake Nightingale, Emily McKenzie, Ian McNeice, Nicholas Lyndhurst, Oliver Ford Davies, Antonia Corrigan, Amanda Ryan, James Grout, Dawn French, Joanna Page, Clare Wilkie, Tom Wilkinson, Oliver Milburn, Edward Hughes, Cherie Lunghi, Clare Holman, Kenneth MacDonald, Aislín McGuckin, Thelma Barlow, Chris Sugden, Richard Howard, David Maybrick

‘David Copperfield’ vond zijn oorsprong als boek dat in maandelijkse delen werd gepubliceerd tussen 1849 en 1850. De auteur is de wereldberoemde schrijver Charles Dickens, die het boek voor een deel baseerde op zijn eigen nare jeugdervaringen. De vader van Dickens zat een tijdje in de gevangenis vanwege schulden en de jonge Charles moest zelf ook op jonge leeftijd gaan werken om de kost te verdienen.

Gezien de grote populariteit van ‘David Copperfield’ is het niet verwonderlijk dat het verhaal tot en met 2006 al veertien keer voor televisie of film bewerkt is, in 1993 zelfs als tekenfilm.

Deze versie uit 1999 is een TV-productie in twee delen van de BBC en dat is eigenlijk altijd een garantie voor kwaliteit. In kwaliteit stelt deze bewerking zeker niet teleur en door de speelduur van meer dan drie uur is het mogelijk om het verhaal uitgebreid te vertellen.

Voor de rolverdeling is zo’n beetje een “Who’s Who” van Brits toptalent uit de kast getrokken om de kleurrijke personages van Dickens gestalte te geven en een leger van bekende gezichten trekt dan ook aan de kijker voorbij. De meest belangrijke persoon die nooit in beeld is, is Tom Wilkinson, de karakteracteur wiens stem ons door het verhaal leidt en dat doet hij voortreffelijk.

De jonge David wordt gespeeld door Daniel Radcliffe, inmiddels vooral bekend als Harry Potter in de filmserie die zijn naam draagt. Radcliffe is hier nog heel jong en zet wat glibberige passen op het acteerpad. Hij schijnt drie gezichtsuitdrukkingen te hebben: vrolijk, bedroefd of geschokt en daarmee gaat hij iedere scène te lijf. Schattig en aandoenlijk is Radcliffe wel, maar echt acteren is er (nog) niet bij. Helaas verandert er niet veel als McMenamin in beeld verschijnt, die de rol van de volwassen David Copperfield op zich neemt en geen excuus heeft qua leeftijd om zich achter te verschuilen. Zijn vlakke vertolking maakt het tweede deel van de productie wel wat minder leuk om naar te kijken.

Gelukkig is de oorspronkelijke schrijver in kwestie Dickens en zijn genius zat vooral in de karaktertekening van zijn personages met ongewone namen. De bonte stoet bijrolspelers zijn stuk voor stuk knap neergezet en is het onmogelijk om één absolute uitblinker aan te wijzen. Wie vooral opvallen is Bob Hoskins als de bloemrijke druktemaker Mr Micawber, die vaak diep in de schulden zit – net als Dickens’ vader. Ook Maggie Smith is voortreffelijk als altijd als David’s tante Betsey, die magistraal haar transformatie van kil familielid tot liefhebbende surrogaat-moeder neerzet. Ook Ian McKellen (die ooit zelf David speelde) is indrukwekkend in een kleine rol als de astmatische en sadistische kostschoolleraar. En zo zijn er nog velen op te noemen, van Alun Armstrong als de goedhartige visser Dan Peggotty tot Pauline Quirke als Clara Peggotty, de huishoudster en verzorgster van David. De bijrollen zijn tot in perfectie gevuld en dragen deze versie van ‘David Copperfield’ waar de titelpersonages het toch wat af laten weten.

Naast het acteerwerk heeft met name Adrian Hodges een prestatie geleverd met zijn screenplay door trouw te blijven aan de geest van het boek en de stijl van Dickens met zijn humor, excentrieke personages en al dan niet toevallige ontmoetingen en gebeurtenissen. De sets en kostuums zijn tip-top en de glimpsen van de metropool Londen (van de brede straten en parken tot de groezelige steegjes en beroette fabrieken) zien er allemaal fraai uit. Hoewel er genoeg tragedie en ellende gebeurt, eindigt ‘David Copperfield’ met een positieve noot. Na drie uur een welkome afsluiting van de bewogen jonge jaren van de hoofdpersoon.

Hans Geurts