De stad die nooit rust (1928)

Regie: Friedrich von Maydell | 57 minuten | documentaire

Stelt u zich nu eens voor hoe Rotterdam in de jaren twintig van de vorige eeuw eruit gezien moet hebben. Trams reden er al, maar paard en wagen bepaalde nog voor een belangrijk deel het straatbeeld. De haven werd nog gekenmerkt door smalle grachten, houten pakhuizen en stalen kranen. Het leven speelde zich af op straat en tussen de straatverkopers staan niksende vissers en kijvende vrouwen.

‘De stad die nooit rust’ is een doorkijkluik naar dat verloren stadsbeeld. Het is een oude promotiefilm over de stad Rotterdam uit 1928, gemaakt in opdracht van de stad Rotterdam om investeerders voor de Rotterdamse have te interesseren. Transfilma, de filmstudio die de commerciële rechten voor de film had, had daarbij de ambitieuze doelstelling een film te maken met de allure van de toenmalig succesdocumentaire ‘Berlin’. De talentvolle Hongaarse cameraman Andor von Barsy (die tussen tussen 1926 en 1942 in Rotterdam woonde en werkte) werd van stal gehaald om de opnames voor de film te maken. Met voor die tijd moderne middelen (shot in een vliegtuig) werd een film gemaakt die Rotterdam op de kaart moest zetten. ‘De stad die nooit rust’ ontving lovende kritieken, maar werd uiteindelijk niet het commerciële succes waar Transfilma op had gehoopt. De film werd in stukken geknipt om voor verschillende doeleinden te worden gebruikt en ging verloren. Meer dan tachtig jaar later heeft het EYE Film Instituut Nederland, in opdracht van het Gemeentearchief Rotterdam, de film zo goed mogelijk in de oorspronkelijk staat hersteld.

Doel van de film was de vooruitgang te laten zien die de stad Rotterdam heeft doorgemaakt en de alomtegenwoordige bedrijvigheid die de stad kenmerkte. De nadruk ligt in de film sterk op de havens van Rotterdam. Het aardige aan deze film is dat er veel dynamiek in het camerawerk zit en dat er veel oog is voor mechaniek en ambacht. Filmshots hebben bijvoorbeeld betrekking op het overladen van manden, een poortwachter die middels een handel een brug open zet of een binnenvaartschipper die zich aan het scheren is. Ook laat Von Barsy uitgebreid ingenieus gebouwde kranen en bruggen aan het werk zien.

Voor een film uit die tijd is dit best een boeiende film, maar het is niet te vergelijken met een hedendaagse documentaire. De film moet echt in zijn historische context bekeken worden en daar moet je als kijker wel voor open staan. Verder is ‘De stad die nooit rust’ een stomme film, waarbij de geluidsfragmenten en muziek (muziek van Charly Van Rest en Pierre Bastien) achteraf is toegevoegd. Het is dus vooral plaatjes kijken, waarbij je leuk de sfeer kunt proeven van de oude Rotterdamse stad. Het valt aan te raden voorafgaand of vlak na afloop even door Rotterdam te wandelen en een aantal plaatsen te bezoeken die Von Barsy in beeld heeft gebracht.

Bram Semeijn