Easy Virtue (2008)

Regie: Stephan Elliott | 97 minuten | komedie, romantiek | Acteurs: Jessica Biel, Ben Barnes, Kristin Scott Thomas, Colin Firth, Kimberley Nixon, Katherine Parkinson, Kris Marshall, Christian Brassington, Charlotte Riley, Jim McManus, Pip Torrens, Jeremy Hooton, Joanna Bacon, Maggie Hickey, John Warburton, Georgie Glen, David Longstaff, Michael Archer, Rebel Penfold-Russell    

Noël Coward was pas 25 toen hij zijn befaamde toneelstuk ‘Easy Virtue’ schreef in 1924. De Britse schrijver, acteur en musicus was op dat moment razend populair, mede dankzij het succes van zijn controversiële toneelstuk ‘The Vortex’, dat aan beide zijden van de oceaan een hit was. Ook ‘Easy Virtue’ liftte mee op dat succes. Dit melodrama, over een vrijgevochten Amerikaanse vrouw die het aan de stok krijgt met haar stijve Britse schoonfamilie, laat zich kenmerken door de vlijmscherpe sarcastische dialogen waar Coward later om herinnerd zou worden. In 1928 verfilmde niemand minder dan Alfred Hitchcock ‘Easy Virtue’. Het werd een van de minste films van de grootmeester, die toen nog aan het begin van zijn imposante carrière stond. Het stuk leent zich niet bepaald voor een stille uitvoering, aangezien de kracht juist ligt in de dialogen. De enige oneliner die behouden is gebleven in Hitchcocks film, is wanneer Mrs. Whittaker vraagt ‘Have you had as many lovers as they say?’ en haar schoondochter Larita antwoordt: ‘Of course not. Hardly any of them actually loved me.’

Stephan Elliott vond het hoog tijd om ‘Easy Virtue’ weer eens op te poetsen en maakte in 2008 zijn eigen versie. Daarbij blijft hij, in tegenstelling tot Hitchcock, dicht bij het originele toneelstuk. John (Ben Barnes), de nog jonge zoon van een gegoede Britse familie, leert in Frankrijk de knappe en oudere Amerikaanse Larita (Jessica Biel) kennen, die daar grote successen viert als autocoureur. Halsoverkop trouwt het stel, waarna ze John familie op te zoeken om het heuglijke nieuws te vertellen. Zijn moeder Veronica (Kristin Scott Thomas) haalt vrijwel direct haar neus op voor deze vrouw ‘van lichte zeden’. Zijn zusjes Marion (Katherine Parkinson) en Hilda (Kimberley Nixon) lopen aanvankelijk weg met Larita, maar de stemming slaat snel om als die per ongeluk op het keffertje van de familie gaat zitten en Hilda zichzelf voor schut laat zetten voor het toeziend oog van het hele dorp. De enige die het goed met haar kan vinden is Johns vader Jim (Colin Firth), die getekend is door traumatische ervaringen uit de Eerste Wereldoorlog en zichzelf gevangen voelt in zijn huwelijk met de bazige, manipulatieve Veronica.

Om maar direct met de pluspunten te beginnen: ‘Easy Virtue’ is een bijzonder vermakelijke film die veel dank verschuldigd is aan rasacteurs Colin Firth, Kristin Scott Thomas en schrijver Noël Coward. Het is eigenlijk ongelooflijk dat Hitchcock zich tachtig jaar eerder moest zien te redden zonder al die smakelijke oneliners van de schrijver, aangezien deze het verhaal van het broodnodige vuurwerk voorzien. Waar Firth en Scott Thomas geen enkele moeite hebben het stuk te dragen, komt Jessica Biel duidelijk acteertalent tekort. Ze overtuigt nauwelijks als de oudere, zelfstandige vrouw die de onervaren John op sleeptouw probeert te nemen (in werkelijkheid is Biel trouwens enkele maanden jonger dan haar tegenspeler Barnes). Iemand als Charlize Theron was wellicht beter op haar plaats geweest. De overige personages zijn maar matig uitgewerkt; hun bijdrage aan het verhaal is praktisch te verwaarlozen. Alleen Kris Marshall weet zich als de butler Furber aan die malaise te onttrekken, hij komt regelmatig hilarisch uit de hoek. Elliott komt bovendien met enkele losse eindjes in het verhaal (de verdwenen verloofde van Marion en de dubieuze relatie tussen Veronica en familievriend Hurst bijvoorbeeld), waar hij nooit iets mee doet.

De door de fameuze Britse Ealing Studios gemaakte film ziet er overigens prachtig uit. Kleding, decors en sets zijn om door een ringetje te halen. Ze nemen je werkelijk mee terug naar de Roaring Twenties. In principe is Cowards verhaal tijdloos, maar de manier waarop Elliott het heeft opgepakt maakt het toch wat oubollig. Om er dan nog wel een moderne draai aan te geven, heeft hij een opmerkelijke soundtrack aan zijn film toegevoegd. Moderne liedjes als ‘Sex Bomb’ van Tom Jones en Billy Oceans ‘When the Going Gets Tough’ – grotendeels door de castleden gezongen – komen in onvervalste bigbandversie langs. Elliot probeert op die manier te krampachtig een jonger publiek aan te spreken. Het resultaat is echter dat ‘Easy Virtue’ als een rommelig allegaartje overkomt. Modern vs. Roaring Twenties. Dat is mede te wijten aan het feit dat het stuk zich niet in een hokje laat duwen. Nu eens heeft komedie de overhand, dan weer slaat de stemming abrupt over in melodrama van de bovenste plank. En dan sluimert het mysterie rond het verleden van Larita nog ergens op de achtergrond. De rechtlijnigheid is op die manier ver te zoeken.

‘Easy Virtue’ mag dan zo zijn gebreken hebben, de film blijft wel degelijk overeind. Dat is de verdienste van de betrouwbare acteurs Colin Firth en Kristin Scott Thomas. Firth mag zich uitleven met enkele snedige oneliners en is alles bij elkaar het meest sympathieke personage, terwijl Scott Thomas als de onuitstaanbare, hypocriete schoonmoeder die krampachtig de schone schijn probeert op te houden wederom aantoont een van de beste actrices van haar generatie te zijn. Door trouw te blijven aan Noël Cowards origineel heeft Stephan Elliott een film gemaakt die onderhoudender is dan Hitchcocks versie uit 1928. Al was de toekomstig master of suspense dan natuurlijk wel beperkt in zijn middelen en had hij zijn artistieke hoogtepunt nog lang niet bereikt.

Patricia Smagge

Waardering: 3

Bioscooprelease: 4 juni 2009