Feel Like Going Home (2003)

Regie: Martin Scorsese | 79 minuten | muziek, documentaire

Toen hij jong was leek er altijd muziek te zijn. Zijn moeder zong tijdens de afwas, zijn vader speelde mandoline, broer Frank speelde gitaar en oom Joe had een gigantische collectie platen. Scorsese opent ‘Feel Like Going Home’ daarom ook met de boodschap dat hij zijn noch iemands leven kan voorstellen zonder muziek. Scorsese werkte dan ook eerder aan muzikale projecten. Na zijn montage met Thelma Schoonmaker van Woodstock in 1970 verfilmde hij met ‘The Last Waltz’ het afscheidsconcert van The Band in 1978. In 2005 maakte hij de documentaire ‘No Direction Home: Bob Dylan’ (2005). Scorsese heeft naast muziek ook iets met breed opgezette, persoonlijk getinte verslagen van zijn eigen fascinaties, zoals ‘A Personal Journey’ with Martin Scorsese through American Movies uit 1995 en ‘Mio Viaggio in Italia’ uit 1999. Beide aspecten werden gecombineerd in het bedenken van een serie waarin hij en enkele collega-regisseurs de roots van de blues zouden blootleggen. Zes jaar werkte Scorsese aan het project dat hij zelf omschreef als de definitieve film over de blues. In een interview legde Scorsese uit dat het geen droge opsomming van feiten mocht worden, maar een echt passievol mozaïek. In zijn deel richtte Scorsese zich op Delta blues. Waar bij Wenders en Figgis de focus voornamelijk op individuele muzikanten en verhalen lag, gaat het bij Scorsese vooral om een muzikale reis naar het begin.

Met regelmaat hoort men de voice-over van Scorsese, maar hij laat het werk aan muzikant Corey Harris over om ons letterlijk mee te nemen naar de oorsprong van de blues. Harris stelt: “To know who you are, you have to know your past. To know where you are going, you have to know where you have been.” Onder dit motto (en deze titelverklaring) gaat Harris op weg naar de Mississippidelta, de thuishaven van de blues. Daar vertellen oude muzikanten Harris over hun muziek en vroegere tijden. De blues draaide om overleving. De muziek ontstond in de tijden van slavernij, het moest de slaven helpen zich door alle ellende heen te slaan. Van generatie tot generatie werd de muziek doorgegeven zodat men onthield waar de muziek oorspronkelijk vandaan kwam. Harris interviewt de in 2003 overleden Otha Turner die de houten fluit speelde. Als Harris vraagt wie na Turner zijn unieke ‘fife-and-drum’ muziekstijl in stand zal houden, antwoordt Turner dat zijn kleindochter Sharde Thomas ook al goed kan fluiten. Maar verder weet hij het ook niet.

Harris vervolgt in een shirt van het Nederlands elftal zijn tocht naar Mali naar de ware roots van de blues die de slaven naar de Verenigde Staten meenamen. Hij wordt daar hartelijk ontvangen en men vertelt hem dat Afrikaanse drums verboden waren in de Verenigde Staten en dat gitaren en andere instrumenten daarom door de zwarte muzikanten werden bespeeld als ware het drums. Cultuur is iets dat niet van men afgepakt kan worden. Ook wordt er gezegd dat als er een ‘griot’ of ‘jali’ (muzikant) sterft dat er dan met hem een bibliotheek verdwijnt. Deze muzikanten zijn en waren namelijk het geheugen van West-Afrika. Harris is onder de indruk en er wordt hem op het hart gedrukt er thuis over te vertellen. Zodat er meer mensen naar hun oorsprong kunnen gaan want zij zullen er altijd welkom zijn.

Aan de eerder uitgesproken zinnen van Harris voegt Scorsese tot slot toe: “If you forget the past, you forget who you are”. En dat is gelijk de reden van Scorsese voor het ondernemen van het hele project. Het vastleggen van een belangrijke en dierbare muzikale stroming voordat deze straks misschien niet meer bestaat. En daar is hij goed in geslaagd.

Sarita Koendjbiharie