Game for Vultures (1979)

Regie: James Fargo | 103 minuten | drama | Acteurs: Richard Harris, Richard Roundtree, Joan Collins, Ray Milland, Denholm Elliott, Sven-Bertil Taube, Ken Gampu, Tony Osoba, Neil Hallett, Mark Singleton, Alibe Parsons, Victor Melleney, Jana Cilliers, John Parsonson, Elaine Proctor, Chris Chittell, Graham Armitage, Patrick Mynhardt, Ndaba Mhlongo, Ian Steadman, Wilson Dunster

Teleurstellend politiek drama met een aantal rommelige actiescènes, dat poogt iets zinnigs te zeggen over de complexe situatie in zuidelijk Afrika en de guerrillaoorlog in Rhodesië, maar daar niet op alle fronten in slaagt. Het zwakste punt is het scenario, maar ook regisseur James Fargo maakt er een potje van met een aantal oninteressante scènes en een slordige montage, wat de overzichtelijkheid niet bepaald ten goede komt. Hierdoor blijft het onduidelijk wat de film nu eigenlijk wil zeggen. Rhodesië was een voormalige Britse kolonie, vernoemd naar de Engelse avonturier, zakenman en politicus Cecil Rhodes, die in 1965 eenzijdig de onafhankelijkheid uitriep. Het land werd niet erkend door de internationale gemeenschap. De regering werd gevormd door de blanke minderheid, waarna delen van de zwarte bevolking in opstand kwam om zelfbestuur te realiseren. De zogenaamde “Bush War” leidde tot economische sancties tegen het regime. Het grondgebied van Rhodesië besloeg de tegenwoordige staten Zimbabwe, Malawi en Zambia, waarbij Zimbabwe het leeuwendeel voor zijn rekening neemt.

‘Game for Vultures’ werd geschoten in de nadagen van het land, vlak voordat het na verkiezingen onder Robert Mugabe verder ging als Zimbabwe en neemt het daarbij als vanzelfsprekend dat de kijker voorkennis heeft van de oorlog en de politieke situatie. Dat zal echter nu niet voor iedereen gelden, waardoor er mogelijk verwarring optreedt over wat er nu precies aan de hand is. Niet dat de intriges en het gekonkel op zichzelf al zo goed waren uitgewerkt. Integendeel, het plot wordt maar matig uitgewerkt. Deels is de slordige spanningsopbouw daar debet aan, deels is het houterig acteerwerk, met bloedeloze dialogen over strategieën.

De hoofdrollen zijn voor Richard Harris en Richard Roundtree. Harris duikt na een kwartiertje op als de blanke Rhodesiër David Swansey. Deze zakenman heeft de internationale sancties weet te omzeilen en met allerlei illegale handeltjes al miljoenen verdiend. Nu krijgt hij van een zakelijke opdrachtgever met hoge connecties, kolonel Brettle (Ray Milland) een hoogst ongebruikelijk voorstel. De levering van 50 gevechtshelikopters om de opstandelingen makkelijker uit te kunnen schakelen. De helikopters zijn Amerikaans – overgebleven van de Vietnamoorlog die een paar jaar daarvoor eindigde – en zouden via een ingewikkelde constructie via Paraguay en Spanje aan Rhodesië moeten worden geleverd. Harris flierefluit zich met een assortiment aan gekke hoedjes en shawls door de scènes heen en lijkt nauwelijks emotioneel betrokken te zijn bij wat er om hem heen gebeurt.

Het contrast met de intense Richard Roundtree als vrijheidsstrijder Gideon Marunga kan niet groter zijn. Roundtree is een onverzettelijke vechter met een groot rechtvaardigheidsgevoel, die nadat hij gewond raakt bij een mislukte hinderlaag, de opdracht krijgt van de leiders van de opstand om het gerucht over de helikopters  te onderzoeken. Het leidt tot grote sprongen tussen de jungles van Rhodesië en het grootstedelijke Londen, als zowel Swansey als Marunga heen en weer vliegen vanwege deze deal. Dan zijn er ook nog de slonzige privédetective Thistle (Denholm Elliott) en de niet al te overtuigend acterende onderzoeksjournalist Prescott (Sven Bertil Taube). In een bijrol duikt ook Joan Collins op. Hoewel zij destijds al bekend was door haar lange film- en tv-carrière (en een turbulent privéleven), zou haar bekendste rol – die van Alexis in ‘Dynasty’ – nog een paar jaar in de toekomst liggen. Bijzonder veel krijgt ze niet te doen, behalve de vriendin van Harris uithangen.

Het scenario blinkt zoals gezegd niet uit in intelligentie, met een aantal wel al te toevallige gebeurtenissen, onlogische wendingen en erg simplistische oplossingen. De film is geen totale mislukking, vooral vanwege het spel van Roundtree en op zichzelf goede intentie om een punt te maken over de hypocrisie van moraal vs belangen, aandacht te schenken aan de strijd in zuidelijk Afrika en de gevolgen die de oorlog heeft voor gewone mensen. Toch is ‘Game for Vultures’ geen hoogtepunt in de carrière van cast en crew. Als kijker heb je het gevoel dat er een betere film in gezeten – en dat de situatie die zeker ook had verdiend.

Hans Geurts