God Loves Uganda (2013)

Regie: Roger Ross Williams | 83 minuten | documentaire

Toen regisseur Roger Ross Williams de laatste hand legde aan zijn indringende film ‘God Loves Uganda’ wist hij nog niet dat een half jaar later de omstreden Oegandese ‘anti-homowet’ officieel van kracht zou worden. In februari 2014 werd in het Afrikaanse land bij wet bepaald dat praktiserende homoseksuelen een levenslange gevangenisstraf riskeren. Beelden van juichende Oegandesen bereikten het Westen, waar schande werd gesproken van dit Afrikaanse neoconservatisme en schending van mensenrechten. Ross Williams toont in zijn film de aanloop naar de wet (die in 2009 al werd voorgesteld aan de regering) in het beangstigende licht van de enorme invloed die conservatieve evangelisten uit de Verenigde Staten op Oeganda’s hernieuwde religieuze extremisme hebben.

Evangelisten zagen in het ingestorte Oeganda van na Idi Amin een ideale plek, in het hart van Afrika, om hun strikte Bijbelse moraal te verspreiden, zo vertellen verschillende personages in de film. Grote speler is het International House of Prayer (IHOP) uit Kansas City, een missionaire organisatie vanuit de Pinkstergemeenschap. Oeganda als een leeg blad, klaar om beschreven te worden, met het woord van Jezus dit maal, uitgevoerd door een religieus leger van jonge evangelische soldaten gewapend met de bijbel om hun Afrikaanse broeders en zusters het ‘goede nieuws’ te komen brengen. Zich niet bewust van de grote consequenties van hun acties in dit zichzelf herontdekkende land, zijn de jongeren in de documentaire vooral ontzettend naïef en op zoek naar een avontuurlijke ervaring overzees. Achter deze jonge soldaten staat echter een gevaarlijk apparaat van invloedrijke evangelische leiders die samen met Noord-Amerikaanse ministers bepalen welke hulp er geboden wordt, welk geld waar terecht komt, en wat in ruil voor de financiële hulp verwacht wordt. ‘God Loves Uganda’ toont dat Oeganda met hulp van de VS gedurende de Clintonjaren een succesvolle voorlichtingscampagne opzette, waarin voorbehoedsmiddelen werden gepromoot en HIV-cijfers daalden. Tijdens Bush jr., in samenwerking met de evangelische missionarissen werd de koers rigoureus gewijzigd naar het uitsluitend propaganderen van seksuele onthouding, en wie financiële hulp wilde ontvangen, moest hier in mee gaan. Dat aids hierdoor meer kans kreeg, is daarbij op de koop toe genomen.

In de film komen Oegandese evangelische geestelijken aan bod die vanuit hun gigantische villa’s vertellen blij te zijn met alle hulp die vanuit de VS wordt gezonden. Een enkele moedige bisschop die in Oeganda preekt voor gelijkheid en tolerantie, werd geëxcommuniceerd door zijn kerk en wordt met zijn leven bedreigd. Activist voor homorechten David Kato haalt het einde van de film niet; in 2011 werd hij vermoord.

De ironie is soms bijna grappig, als het niet zo vreselijk treurig zou zijn. Een van de vrouwen uit Kansas die haar leven heeft gegeven om Oeganda te helpen in de strijd tegen seksuele verdorvenheid, blijkt zelf lesbisch te zijn (‘geweest’). Oeganda, zo bleek uit onderzoeken van Google, staat in de top 5 van landen waarvandaan het meest naar gay porn wordt gezocht op het internet. Het in werking stellen van de wet wordt door president Museveni uitgelegd als een Oegandees statement tégen het Westen, om te laten zien dat het westerse morele verval in Oeganda geen kans heeft, terwijl de regering en de geestelijken nu juist zo duidelijk zijn beïnvloed door het Westen, in de vorm van een heel specifieke groep evangelisten uit de binnenlanden van de VS. Het preken van de zogenaamde liefde van God leidt uiteindelijk tot agressie, haat en zelfs het doden van diegenen die niet binnen de strikte Bijbelse wetten passen.

Dit verhaal kent eigenlijk alleen verliezers, en is daarom des te belangrijker om verteld te worden. Ross Williams heeft een vlijmscherpe aanklacht gemaakt en weet met zijn film tot het einde te boeien en te overtuigen.

Ruby Sanders