Interview Guillaume Nicloux (The Kidnapping of Michel Houellebecq)

Amsterdam, Lloyd Hotel, 2 januari 2015



Het filmische spel tussen feit en fictie is kort samengevat de essentie van ‘The Kidnapping of Michel Houellebecq’. Regisseur Guillaume Nicloux weidt uit over de leugenachtige grens tussen de twee, de rol daarin van schrijver én hoofdpersoon Michel Houellebecq en vertelt over zijn eigen positie in de totstandkoming van de film.

Michel Houellebecq
De naamgever van ‘The Kidnapping of Michel Houellebecq’ speelt volgens filmmaker Guillaume Nicloux geen primaire rol in de film. Die rol is toebedeeld aan Michel Thomas, de echte naam van de beroemde schrijver. Het verraadt meteen de dubbele bodem die Nicloux in de film hanteert. De filmmaker vertelt over die ogenschijnlijk gecompliceerde samenwerking het volgende: “Ik ken Michel Houellebecq nu tien jaar. Eerder heb ik hem al gevraagd voor een andere film: ‘L’affaire Gordji’ (2012). Toen kwam het er niet van. Nu kreeg ik echter weer zin om een film met hem te maken. Het stelde me zo in staat om via een omweg van fictie een documentaire-achtige film maken. Dat idee bracht me terug bij Houellebecq. Via de fictie kon ik Houellebecq de vrijheid geven om te tonen wie hij werkelijk is. Die samenwerking verliep goed.”

Losse aanpak
Dat komt mede door de losse aanpak die Nicloux hanteert. De regisseur kent de kunst van het loslaten. Hiërarchie is hem vreemd. Nicloux ziet zijn spelers dan ook niet als acteurs. “Ik zoek niet echt naar een manier om de leiding te hebben. Ik zoek naar echte momenten. Dat is niet omdat dat zo hoort, maar ik werk zelf graag zo. Ik bouw vertrouwensbanden. Maar het heeft ook iets vals, omdat ik op zoek ben wat er achter die echte momenten bevindt. Het gaat dus om de personages, niet de acteurs. De rollen moeten losgelaten worden en de focus naar binnen gericht. Het is echter niet zo dat ik niet van acteurs houd. Als ik iemand vraag om in een film te spelen, doe ik dat omdat ik graag met de mens erachter wil werken.”

(Spel)regie
Op de vraag of er dan wel mogelijkheid is tot spelregie, reageert hij als volgt: “Ik weet niet goed wat dat is, acteurs regisseren. Ik hou niet zo van de hiërarchische relatie regisseur-acteur.  Zelfs bij een volledig gescripte film gaat het mij om de personages. De acteur is op dat moment niet meer de mens, maar al het personage. Meer hoef ik niet te weten. Ik wil verder graag verrast worden.” In de film spreekt Houellebecq overeenkomende woorden uit. De gelijkenis in denken tussen Nicloux en Houellebecq is dienovereenkomstig groot. “We kijken hetzelfde naar het scheppingsproces, het creëren van verhalen. Je moet niet zelf achter je fantasie aangaan, maar je moet de ideeën naar je toe laten komen. Zonder dat het cinema verité wordt. Alle documentaires zijn ook werken van fictie. Zodra je de documentaire kadreert, heb je het al over fictie. Cinema verité als vorm bestaat niet.”

Verhaalstructuur
Het spel van feit en fictie dat ‘The Kidnapping of Michel Houellebecq’ speelt, is doelbewust gekozen. Het stelt Nicloux in staat om iets te zeggen over het publieke domein en hoe de bekende Houellebecq daarin foutief wordt gerepresenteerd. Waar feit ophoudt en de fictie begint is echt niet makkelijk vast te stellen. “De achterliggende plot van de film is een leugen, want Houellebecq is nooit ontvoerd geweest. Maar het geeft me wel de mogelijkheid om zijn ware persoonlijkheid te laten zien. In de film rookt, hij, drinkt hij en bedrijft hij de liefde. Ik maak gebruik van de leugen om de waarheid te vertellen. Er waren daarin geen grenzen. Er was een structuur, een verhaalgeraamte. Daarbinnen waren er mogelijkheden om andere paden te bewandelen. Het feit dat de personages in één locatie opgesloten zaten, wilde ik gebruiken om daarbinnen zoveel mogelijk vrijheid te creëren. Er waren handelingen en gesprekken die vast stonden. Binnen dat vaste stramien, hadden de personages de mogelijkheid om zich te gedragen zoals ze zelf wilden. Door de fictie te gebruiken, hadden de acteurs juist de mogelijkheid veel vrij te zijn. Als ik bijvoorbeeld een documentaire had gemaakt, zou ik niet kunnen laten zien hebben wat ik nu heb laten zien.”

Werkelijkheid en leugen
“In de leugen zijn er dingen die dus wel waar zijn. Ik doe mijn best om dat spel met leugen en werkelijkheid uit te buiten. Ik plaats mij daarin in de positie van het filmpersonage. Ik probeer niet teveel vast te leggen, zodat ik later weer de kans krijg het anders te doen. Ik probeer mezelf ook te manipuleren. Zo probeer ik iets los te maken. Bij mezelf, maar ook om de toeschouwer wakker en helder te laten blijven ten opzichte van wat er in de film gebeurd. Ik heb daardoor ook geen antwoord klaar liggen wat echt is in de film, en wat niet. Kortweg komt het hier op neer: alles is niet echt omdat het film is, maar wat we gedaan hebben in de film is wel echt. In de overkoepelende structuur zitten momenten van waarheid. Er zit voortdurend interactie tussen de structuur en die momenten van waarheid. De twee zijn niet luchtdicht van elkaar gescheiden. Het zijn dan ook subjectieve waarheden. Niets staat helemaal vast. Ook voor mijzelf, mede doordat ik mijn films nooit meer terugkijk. Door mijn eigen fantasie en geheugen is alles al weer vervormd. Als ik nu teruggraaf in mijn geheugen, komt de leugen alweer om de hoek kijken. Dat is geen opzettelijke leugen, maar een onbewuste.”

De rol van de media
In de manier waarop wij onze werkelijkheid waarnemen, door het construeren van verhalen of een narratief, zou beargumenteerd kunnen worden dat de realiteit waarin we leven in zijn geheel tot fictie is geworden. Nicloux is het daar deels mee eens. “Wel door de ogen van de media. Onze eigen blik is het meest realistisch. Media vervormen die blik. De media is dus diegene die het publieke domein vormgeeft. Dat begon vijftig jaar geleden met de komst van de televisie. Regisseur Peter Watkins stelde dat toen al aan de kaak. Daarin is niets veranderd. Zodra jouw oog vervangen wordt door een ander, kijk je al op een andere manier naar de dingen. Heden ten dage is er niets virtueler dan het internet. Toch bestaat er nog een realiteit. Het feit daar wij hier nu zitten betekent dat er een realiteit is. Iets reëlers zal er nooit zijn. Dat hoop ik in ieder geval.”

De leugenachtige representatie in het publieke domein
De aanklacht tegen het publieke domein komt dientengevolge terug in de manier waarop Michel Houellebecq in de film gerepresenteerd wordt. “De film is een blik op de persoonlijkheid van Michel, maar veel breder dan het beeld dat van hem geschetst wordt in de media. Daaruit ontstaat het spel tussen werkelijkheid en de leugen. En die leugen komt al snel om de hoek kijken. Onopzettelijk of niet.” Nicloux komt hiermee tot de kern van ‘The Kidnapping of Michel Houellebecq’: “In de film probeer ik niet per se het hoofd van Houellebecq in te kruipen, maar zoek ik naar de lichamelijke kant van de schrijver. Zoals hij eigenlijk nooit in beeld komt.” Het interessante daaraan is dat Houellebecq in de film er veel ouder lijkt uit te zien dan het beeld dat van hem bestaat. Nicloux kan er niet veel over uitweiden, behalve dat onze waarneming nu ook gekleurd is. “Wie zegt dat dit niet de waarheid is? Waar ligt precies de leugen. Bij de film of bij de leugenachtige media? De mensen willen ook voorgelogen worden, daardoor kan film als medium ook leugens verstrekken. Niemand wordt gedwongen. Het is moeilijk om aan al die leugens te ontsnappen. Ik woon in een bos, dus slaag daar gelukkig zelf regelmatig in.”

Wouter Los