Kinderen van Ghana (1988)

Regie: Bert Haanstra | 26 minuten | documentaire

‘Kinderen van Ghana’ is Haanstra’s laatste film geworden en het is er gelukkig één geworden waar de filmmaker trots op kan zijn. Het is een film met waardevolle doelstellingen en één waarin Haanstra zijn fascinatie voor de gedragingen van de mens en zijn plaats in de gemeenschap weer goed kon etaleren.

Met interessante close-ups – van wevende jongens of vissende mannen – en spannende montage – zoals een erg leuke serie beelden van vrouwen en kinderen die van alles op hun hoofd dragen: potten, manden, schalen, en zelfs een naaimachine en een televisie -, twee van oudsher sterke punten van Haanstra, weet de regisseur continu te boeien. Ook de observaties van gedragingen zijn leuk en to-the-point en de film als geheel heeft een prettig hoopvol karakter, terwijl er tevens duidelijk wordt hoe belangrijk goede ontwikkelingshulp is.

Het tonen van de veerkracht van de kinderen, en hun lust om te spelen en bereidheid om van jongs af mee te werken aan het in stand houden van de gemeenschap, werkt juist in het voordeel van de boodschap van de film. Juist door het zien van de acceptatie van hun levensstijl, en vermogen om te lachen en spelen ondanks bijvoorbeeld een zware handicap – zoals zichtbaar in een partijtje voetbal tussen invalide kinderen – wordt duidelijk hoezeer deze kinderen en mensen het leven waarderen en dat we als Westerlingen er alles aan moeten doen om dit leven zo gezond mogelijk te houden. Dus wanneer er een vaccinatieteam in beeld komt, dat de bevolking moet behoeden voor een hele lijst aan ziektes, snapt de kijker dat deze zorg, die, zoals nadrukkelijk vermeld in het commentaar, gratis wordt verleend, uiterst belangrijk is voor een voorspoedig voortbestaan van de Ghanese bevolking.

Een boodschap die bij de kinderen van Ghana zelf allang is overgekomen, getuige de toneelstukjes die regelmatig door hen worden opgevoerd waarin de kinderen dokter en verpleegster spelen en in hun eigen kliniekje babypoppen inenten en doorverwijsbriefjes uitschrijven aan andere kinderen die dachten dat inenten niet nodig was. Het is, naast schattig, hoopvol om deze kinderen dit zelfbewustzijn in hun spel te zien verwerken. Tegelijkertijd is het een signaal naar de Westerse kijker dat medische zorg en educatie hierover altijd onderdeel moeten blijven van de levens van deze kinderen. ‘Kinderen van Ghana’ is een voor eenieder toegankelijke documentaire, die wellicht geen diepe of uitvoerig uitgewerkte boodschap bevat, maar met zijn benadering de kijker tenminste niet vanuit een schuldcomplex naar zijn portemonnee laat grijpen. Het is een film die, naast een erkenning van de slechte omstandigheden, de mooie kanten van Ghana en zijn bevolking laat zien en daarmee de kijker enthousiast maakt over het behoud hiervan.

Bart Rietvink