King Kong vs. Godzilla (1962)

Regie: Ishirô Honda | 77 minuten | actie, horror, komedie, avontuur, science fiction | Acteurs: Tadao Takashima, Kenji Saharo, Yû Fujiki, Ichirô Arishima, Jun Tazaki, Akihiko Hirata, Mie Hama, Akiko Wakabayashi, Akemi Negishi, Senshô Matsumoto, Senkichi Ômura, Sachio Sakai, Haruya Kato, Nadao Kirino, Kenzo Tabu, Shin Ôtomo, Yoshio Kosugi, Tatsuo Matsumura, Ko Mishima, Yoshifumi Tajima, Ikio Sawamura, Ren Yamamoto, Harold Conway, Osman Yusuf, Shôichi Hirose

Deze Japanse film uit 1962 is een van de vele producties waarin de gigant Godzilla schittert. Hier komt hij tevoorschijn uit het blok ijs waarin hij aan het eind van de voorgaande Godzillafilm ‘Godzilla Raids Again’ verdween. Maar niet alleen hij, ook een andere gigant, de reusachtige aap King Kong maakt zijn opwachting. Alleen voor Kong is dat niet in aansluiting op een eerdere film over Kong zelf. In ‘King Kong vs. Godzilla’ wordt de eerste kennismaking met Kong, voor kenners al in beeld gebracht in ‘King Kong’ uit 1933, nog eens dunnetjes overgedaan, hoewel niet bepaald op een overeenkomstige wijze. En zeker niet met betrekking tot het uiterlijk van Kong. Alleen al de eerste aanblik van de reusachtige aap maakt duidelijk dat op een kwalitatieve herhaling van het uiterlijk van Kong zoals dat in ‘King Kong’ voorkwam, niet gerekend hoeft te worden. Kong is hier duidelijk iemand in een apenpak.

Hetzelfde geldt voor Godzilla, ook duidelijk iemand in een pak, qua uiterlijk wel wat weg hebbend van een kruising tussen verschillende dinosauriërs en vanuit kwalitatief oogpunt niet al te overtuigend vormgegeven. Maar vanaf het begin van deze film wordt ook duidelijk dat het niet echt de bedoeling is dat het een en ander al te serieus wordt opgevat. Het sullig-grappige gedrag van de twee personages Sakurai en Furue, de overdreven commerciële obsessies van hun baas Tako, de her en der onzinnige en humoristisch getinte one-liners en dialogen die voorbij komen, de Japanse acteurs en actrices die geschminkt en al voor inboorlingen door moeten gaan, de twijfelachtige verschijning van de reuzenoctopus op Kongs eiland, de wel voor wat verbetering vatbare Engelstalige dubbing van deze ‘Kingu Kongu tai Gojira’…, het zijn voorbeelden waaruit blijkt dat de insteek van deze productie vrij luchtig en op diverse punten ook humoristisch van aard is. Afgezien daarvan is het de vraag of een film met een dergelijk toch wel enigszins onzinnig verhaal sowieso al te serieus is te nemen. Een verhaal waarin de menselijke personages en ontwikkelingen vooral dienen om de twee giganten in beeld laten komen. En zoals de titel van deze film al doet vermoeden om ze ook met elkaar in de clinch te laten komen.

Dit gebeurt dan ook verschillende malen. Het blijkt al snel dat niet alleen Godzilla over wat vreemde eigenschappen beschikt. Is Godzilla’s radioactieve adem naast zijn toch al opmerkzame uiterlijk wel algemeen aanvaard, hier beschikt ook Kong, zeker ten opzichte van zijn verschijning in ‘King Kong’, over wat merkwaardige trekjes die wel wat wenkbrauwen zullen doen rijzen. Kong – geen vorm of nazaat van prehistorisch leven – maar die zijn grootte te danken heeft aan het eten van een alleen op zijn eiland voorkomende bes? Kong die zijn tanden in elektriciteitskabels zet en weer op krachten komt door de stroom die door zijn lichaam wordt gejaagd? Kong die ook door een blikseminslag weer opkrabbelt? Tja… het zijn op zijn zachtst gezegd nogal wat opmerkelijke biologische eigenschappen. Natuurlijk wel handig om hem daardoor met Godzilla door te kunnen laten knokken, maar bijster geloofwaardig is het allemaal weer niet. Evenals de gevechten tussen Kong en Godzilla. Het gaat er hard aan toe, maar herhaaldelijk hebben ze ook veel weg van een in scène gezette worstelwedstrijd. Daardoor komen ze eerder grappig dan indrukwekkend over.

Maar op de een of andere manier werkt het toch allemaal wel in deze film. De kwalitatieve tekortkomingen van deze film maken deel uit van de charme die ervan uitgaat. Het is sowieso interessant om twee van deze letterlijke en figuurlijke filmgrootheden tegen elkaar aan te laten treden, en de manieren waarop ze de strijd met elkaar aanbinden heeft hoe dan ook het nodige entertainment te bieden. En ook al is hun uiterlijk en zijn hun handelingen tijdens de diverse confrontaties of daarbuiten niet al te professioneel of overtuigend vormgegeven, toch is het allemaal wel leuk gedaan. Hetzelfde geldt voor diverse opmerkelijke taferelen waarin Kong en Godzilla terechtkomen wanneer ze de door mensen bewoonde en voor hen kleinschalige wereld betreden, daar verwoestingen aanrichten en wanneer hun menselijke opponenten met allerlei wapentuig de strijd met hen aanbinden. Ook hierbij komen er niet al te overtuigende speciale effecten voorbij, hoewel ook deze hun charme – zijn het bijvoorbeeld nu werkelijk speelgoedtankjes die het vuur op Godzilla openen? – hebben. Gezien het jaartal, het low budget en de insteek van deze film moet hier ook niet al te zwaar aan getild worden. Daarnaast gebeurt er in een aardig tempo tenminste wat en is er over verveling in elk geval niet te klagen.

De opzet van deze film biedt niet altijd evenveel gelegenheid voor opvallend of overtuigend acteerwerk. Maar binnen de insteek van deze film wordt het een en ander adequaat genoeg gedaan. Het enige minpunt is wat dit betreft wellicht dat er diverse personages als vrij overbodig overkomen. Het bovenstaande resulteert al met al in een kwalitatief niet al te sterke, zelfs onzinnige, film, maar ook een productie waarin de tekortkomingen of het amateurisme ook de aantrekkingskracht vormen. Bij de makers van deze film stond entertainment duidelijk voorop en wat dat betreft heeft deze ‘King Kong vs. Godzilla’ voor de liefhebbers van ‘giant size’ monsterfilms meer dan genoeg te bieden.

Frans Buitendijk