La buena vida (2008)

Regie: Andrés Wood | 108 minuten | drama | Acteurs: Francisco Acuña, Jorge Alis, Daniel Antivilo, Alfredo Castro, Bélgica Castro, Roberto Farías, Aline Küppenheim, Manuela Martelli, Manuela Oyarzún, Eduardo Paxeco, Luis Roque, Paula Sotelo

In ‘La buena vida’ volgt regisseur Andrés Wood de levens van een viertal personages in Santiago (Chili). De vier verhalen bij deze personages zijn nauwelijks met elkaar verbonden. Slechts in een enkel geval ontmoeten zij elkaar bij toeval op straat. Van samenhang tussen de diverse verhalen is beperkt sprake.

Edmundo (Roberto Farías) is kapper en wil van de bank geld lenen om een auto te kopen. Hij is een charmante versierder, maar ook een grote opportunist die bankmedewerkster Esmeralda (Manuela Oyarzún) al snel weet te versieren. Edmundo weet via haar te bewerkstelligen dat hij een lening zou kunnen krijgen, als zijn moeder bij wie hij inwoont – haar appartement als onderpand geeft. Moeder werkt echter niet mee. Er is ook geld nodig voor het graf van zijn overleden vader. Een brief daarover van de begraafplaats heeft hij – nog – voor zijn moeder verborgen kunnen houden. Als er niet snel wordt betaald wordt het graf geruimd.

In een tweede verhaallijn werkt Teresa (Aline Küppenheim) als voorlichtster aan prostituees over AIDS en het gebruik van condooms. Zij is gescheiden en komt er bij toeval achter dat haar ex-man naar dezelfde prostituees gaat die zij probeert voor te lichten en is hevig geschokt. Tijdens een gesprek met haar ex vertelt deze dat hun dochter Paula – die bij Teresa woont – zwanger is. Teresa weet niets van haar zwangerschap.

De derde verhaallijn gaat over klarinettist Mario Cortez (Eduardo Paxeco). Hij doet auditie bij het Filharmonisch orkest, maar de vacature wordt aan een ander gegund die betere connecties heeft. Om toch te kunnen spelen meldt hij zich als soldaat om in de legerkapel te kunnen spelen. Mario voelt zich hevig miskend.

De vierde lijn in het verhaal is nauwelijks uitgewerkt en meer een terloopse zijsprong in het geheel. Daarin probeert een jonge prostituee een plekje op straat te krijgen. Zij heeft een kleine baby, is duidelijk ziek en ziet er slecht uit. Zij wordt door de andere hoertjes uit hun buurt geweerd. Toch heeft ook zij – in deze minder uitgewerkte lijn – een verbinding met de andere personages. Edmundo treft de jonge straatprostituee wanneer ze in dezelfde bus stappen. Theresa neemt haar in bescherming tegen de andere hoertjes, terwijl de klarinettist Mario haar die nacht op straat vindt.

De beelden zijn op zich meer verhalend dan dat zij bij elkaar een verhaal vormen. Voor de liefhebbers van de ‘sfeerfilm’ zal dat geen groot bezwaar zijn, maar samenhang komt nauwelijks tot stand. Het is dan ook niet duidelijk welke kant het eigenlijk op zou moeten gaan. De film blijft echter geheel overeind door het vooral goede acteren van de diverse personages, waarvan de karakters goed zijn uitgewerkt. Vooral Aline Küppenheim verzorgt een prima vertolking van de therapeute Teresa die gekweld wordt door het leed van haar verbroken relatie met haar echtgenoot en een dochter waarmee zij nauwelijks kan communiceren. Roberto Farías speelt overtuigend de rol van schoonheidsspecialist Edmundo die nog steeds bij zijn oude moeder inwoont en Eduardo Paxeco vertolkt met verve de rol van de miskende klarinettist die geen echte kans krijgt zijn carrière verdere vorm te geven. De op zich fraai getroffen sfeer en de goede acteerprestaties compenseren de minder sterk aanwezige verhaallijn.

De film is geïnspireerd op ware gebeurtenissen. Met een toevoeging van wat meer dramatiek zou dit vierluik meer diepgang hebben verkregen. Nu is het een film die niet verrast, maar wel aangenaam is gevuld met kleine en herkenbare menselijke verhalen, voortkabbelend op het ritme van de diverse levens.

Rob Veerman

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 21 mei 2009