La tête en friche (2010)

Regie: Jean Becker | 86 minuten | drama, komedie | Acteurs: Gérard Depardieu, Gisèle Casadesus, Maurane, Patrick Bouchitey, Jean-François Stévenin, François-Xavier Demaison, Claire Maurier, Sophie Guillemin, Mélanie Bernier, Matthieu Dahan, Jérôme Deschamps, Gilles Détroit, Régis Laspalès, Anne Le Guernec, Jean-Luc Porraz, Bruno Ricci, Lyès Salem, Florian Yven

Hoewel hij al een tijdje meeloopt, is de Franse regisseur Jean Becker geen geregelde gast in de Nederlandse bioscopen. Zijn bekendste werk, de sensuele thriller ‘L’été meurtrier’ (1983), dankt zijn faam vooral aan een oogverblindende Isabelle Adjani en een sterke roman van Sébastien Japrisot. In 2007 scoorde Becker nog een arthousehitje met het nostalgische ‘Dialogue avec mon jardinier’, opnieuw een boekverfilming. Beckers nieuwste, ‘La tête en friche’, is niet alleen gebaseerd op een roman maar gaat ook over de noodzaak van literatuur en lezen. Levert dat intelligent drama op?

Niet echt. ‘La tête en friche’ is in de eerste plaats een film over de emancipatie van een ongeschoolde geest. Een beetje als ‘Il Postino’, maar dan in de Franse provincie. Bij de sullige Germain uit ‘La tête en friche’ leidt die emancipatie niet tot politiek bewustzijn, maar tot meer sociaal zelfvertrouwen. Dat is ook wel nodig, want zijn moeder is een helleveeg en de relatie met zijn vriendinnetje dreigt vast te lopen.

Het had vast iets moois kunnen opleveren, maar ‘La tête en friche’ is in meerdere opzichten een aaneenrijging van clichés. Het dorp waarin het verhaal zich afspeelt komt zo uit een toeristische brochure. We hebben het dorpscafé, gerund door een iets te dikke barvrouw met liefdesverdriet. Daar treffen we de dorpsintellectueel die zijn puzzeltjes maakt en een clubje vrijgezelle mannen dat in een collectieve verwarring schiet als een nieuwe dorpsbewoonster haar intrede doet. Er is de dorpskok (Jojo Zecouc), de dorpsdronkenlap, de schoolmeester, het lieve oude dametje, het gedenkmonument, het park met zijn duiven.

De clichés gelden ook het verhaal. Na tien minuten weet je precies hoe het allemaal gaat aflopen en iedere scène is even voorspelbaar. Wat heeft Germains vriendin te vertellen als ze zo stil en somber is? Waarom antwoordt Germains moeder niet als hij haar roept? We kennen de antwoorden omdat we de scènes al kennen uit honderden voorgangers. En dan hebben we het nog niet eens over de vele voorspelbare grapjes.

Als promofilm voor literatuur voldoet ‘La tête en friche’ nog net, al is het wat armoedig als in een film van 86 minuten minstens tien minuten wordt besteed aan het citeren uit romans en woordenboeken. Zo is dit komisch drama beter besteed aan literatuurliefhebbers dan aan liefhebbers van films. Maar hij is vooral bestemd voor mensen die denken dat Fransen leven op stokbrood en wijn. En dat Franse mannen o la la roepen zodra er een vrouw in een rokje voorbijschuift.

Henny Wouters

Waardering: 2

Bioscooprelease: 29 juli 2010