Le cercle rouge (1970)

Regie: Jean-Pierre Melville | 140 minuten | thriller, misdaad | Acteurs: Alain Delon, André Bourvil, Gian-Maria Volonte, Yves Montand, Paul Crauchet, Paul Amiot, Pierre Collet, André Ekyan, Jean-Pierre Posier, François Périer, Yves Arcanel, René Berthier, Jean-Marc Boris, Jean Champion, Yvan Chiffre, Anna Douking, Robert Favart, Roger Fradet, Édouard Francomme, Jean Franval, Jacques Galland, Jean-Pierre Janic, Pierre Lecomte, Jacques Léonard, Jacques Leroy, Jean Pignol, Robert Rondo, Stéphanie Fugain, Guy Henry

In het boeddhisme kent men het principe van de rode cirkel. Volgens die ‘wet’ komen mensen die voor elkaar bestemd zijn, elkaar altijd weer tegen. Aan deze lotsbestemming valt niet te ontkomen, want deze is door een hogere macht vastgelegd. Het principe van de rode cirkel fascineerde Jean-Pierre Melville, de Franse filmmaker die vooral bekend werd vanwege tragische neo-noirs als ‘Le Samouraï’ (1967) en wordt gezien als de ‘godfather’ van de Nouvelle Vague. Zijn films laten zich kenmerken door Melvilles allesoverheersende passie voor Amerika en de Amerikaanse klassieke film. Gangsters, hard-boiled detectives en heists zijn dan ook veelvuldig terug te vinden in zijn door zijn vroege dood jammer genoeg beperkte oeuvre. In zijn misdaadfilm ‘Le cercle rouge’ (1970) stelt Melville (die zijn naam had veranderd uit bewondering voor schrijver Herman Melville) de boeddhistische rode cirkel centraal. Een drietal misdadigers en een getergde politieofficier zijn via het lot aan elkaar verbonden en kunnen daar niet aan ontsnappen. Hoofdrollen zijn er voor Alain Delon, Gian-Maria Volonté en André Bourvil.

Corey (Alain Delon) heeft jaren in de gevangenis gezeten maar wordt nu wegens goed gedrag vrijgelaten. Kort voor hij de wijde wereld weer in mag trekken, wijst een corrupte agent hem op een eenvoudig te klaren juwelenroof. Corey wil eigenlijk zijn leven verbeteren, maar kan de verleiding om gemakkelijk geld te verkrijgen niet weerstaan. Het eerste dat hij doet zodra hij vrij is, is een bezoek brengen aan zijn voormalige gangsterbaas Rico (André Ekyan), die hij een pak geld afhandig maakt zodat hij naar het platteland kan vluchten. Daar loopt hij Vogel (Gian-Maria Volonté) tegen het lijf. Vogel, een zware crimineel, is zojuist op spectaculaire wijze ontsnapt uit handen van justitie. Onderweg naar de gevangenis ontsnapte hij aan het toezicht van zijn bewaker, politieofficier Mattei (André Bourvil). Mattei is vastberaden hem weer op te pakken, en Vogel is vastberaden uit diens handen te blijven. Corey rijdt met Vogel naar Parijs, waar hij zijn nieuwe maatje onderbrengt in zijn appartement. Hij legt hem het plan van de juwelenroof voor en Vogel stemt onmiddellijk in. Hij stelt bovendien voor een oude vriend, de alcoholistische ex-agent Jansen (Yves Montand) erbij te betrekken. Het drietal zet een plan op, wat ze op een late avond tot uitvoering brengen, ondertussen op de hielen gezeten door de doortastende Mattei.

Quentin Tarantino zei ooit: “”Melville did for the crime film what Leone did for the western.”” Daarmee steekt hij zijn bewondering voor de Fransman niet onder stoelen of banken. Ook John Woo staat bekend als een groot fan van Melville. ‘Le cercle rouge’ is een stijlvolle misdaadfilm die vooral kilheid en afstandelijkheid uitstraalt. Opgenomen in grijze kleuren op grauwe locaties; de warmte is ver te zoeken. De personages, die stuk voor stuk overtuigend worden neergezet, zijn ongrijpbaar. Misschien komt het doordat ze veel zwijgen. Er zijn hele flarden film waar geen enkel geluid (dus ook geen muziek) te horen valt, bijvoorbeeld tijdens de gehele heist-scène die door Melville wordt uitgesmeerd over zo’n twintig minuten film. Tergend langzaam en ijselijk stil trekt een en ander aan je voorbij, zonder dat het ooit saai wordt. Je zou kunnen zeggen dat de regisseur de tijd neemt voor zijn film. Melville spreekt met zijn beelden, niet met woorden. Hij toont een stel koelbloedige macho’s die de perfecte misdaad uitvoeren. Dat wat hij vertelt is wellicht niet zo bijzonder, de manier waaróp hij het ons laat zien is echter buitengewoon. De film is ook nog eens fantastisch gefotografeerd door Henri Decae, die met prachtige shots op de proppen komt (mooi voorbeeld is de scène in de trein).

Melville haalt ook nog een het beste naar boven bij zijn acteurs. Alain Delon toont aan waarom hij in de jaren zestig en zeventig een van de toonaangevende acteurs was in de Franse cinema. Zijn Corey is stil maar sinister en geheimzinnig bovendien. De Italiaan Gian-Maria Volonté zet de levensgevaarlijke crimineel Vogel neer als een tikkende tijdbom. Yves Montand, nota bene een zanger van origine, mag zich uitleven als de dandy, de voormalig agent die aan lager wal is geraakt. Zijn nietsontziende voorliefde voor sterke drank heeft hem volledig in de greep, getuige de hallucinatiescène waarmee zijn personage geïntroduceerd wordt. Zou Danny Boyle zich voor ‘Trainspotting’ (1996) door ‘Le cercle rouge’ hebben laten inspireren? Een eervolle vermelding is er tevens voor André Bourvil, van huis uit een komisch acteur die veelal als aangever fungeerde in de films van Louis de Funès. Zijn casting in ‘Le cercle rouge’ is gewaagd maar pakt voortreffelijk uit. Hij is het kalme hart in een wirwar van misdaad en corruptie. Politieofficier Mattei is bovendien het enige personage dat zich een beetje openstelt naar de kijker, hij is minder ongrijpbaar dan de rest. Bourvil was al tijdens de opnamen ernstig ziek en overleed kort voor de première van de film op 53-jarige leeftijd aan de ziekte van Kahler. Het enige gemis in de cast is een degelijk vrouwelijk personage. Nu is het een echte mannenfilm geworden, zij het wel een die ook voor vrouwen bijzonder genietbaar is.

‘Le cercle rouge’ is een uitstekende eerste kennismaking met Jean-Pierre Melville, die als een van de eersten erin slaagde een typisch Amerikaans fenomeen als de heist film in een Europees jasje te steken. Zijn film, sfeer- en stijlvol geschoten in grijzige en grauwe tinten, trekt zich bij vlagen tergend langzaam aan je voorbij en er wordt weinig gesproken. Ook wordt er spaarzaam omgegaan met de muziek. Maar laat de beelden maar voor zich spreken. Het acteerwerk is van een dusdanig hoog niveau dat je eigenlijk ook maar weinig woorden nodig hebt om in de kille maar bijzonder coole wereld van  Jean-Pierre Melville op te gaan.

Patricia Smagge

Waardering: 4

Bioscooprelease: 17 december 1970