London Boulevard (2010)

Regie: William Monahan | 104 minuten | romantiek, misdaad | Acteurs: Keira Knightley, Colin Farrell, Stephen Graham, Jamie Campbell Bower, Anna Friel, David Thewlis, Ray Winstone, Ophelia Lovibond, Eddie Marsan, Ben Chaplin, Matt King, Lee Boardman

Keira Knightley kreeg het acteervak met de paplepel ingegoten. Haar vader is acteur Will Knightley en haar moeder is toneelschrijfster Sharman MacDonald. Geen wonder dat de kleine Keira al op achtjarige leeftijd debuteerde met een gastrolletje in de televisieserie ‘Screen One’. Een jaar later speelde ze haar eerste filmrol in de tv-film ‘A Village Affair’, haar eerste grote speelfilm was ‘Star Wars I: The Phantom Menace’ (1999), waarin ze Sabé, de dubbelganger van Padmé Amidala (Natalie Portman) speelde. Het jaar 2003 betekende de echte doorbraak van de ranke Britse. Nadat ze in ‘Bend It Like Beckham’ (2002) had gespeeld, volgden ‘Love Actually’ (2003) en het eerste deel van de ‘Pirates of the Caribbean’-trilogie. Knightley was ineens ‘hot’. Tussen 2002 en 2008 stond ze constant in de schijnwerpers. Na twee relatief rustige jaren is Knightley terug met de film ‘London Boulevard’ (2010), waarin ze in feite een variant van zichzelf speelt: een razend populaire actrice die alle heisa rond haar persoontje zat is en een teruggetrokken leventje leidt.

De daadwerkelijke hoofdrolspeler van ‘London Boulevard’ is echter Mitchell (Colin Farrell), die zojuist uit de gevangenis ontslagen is en zijn leven wil beteren. Hij gaat op zoek naar werk en komt via Penny (Ophelia Lovibond) terecht bij Charlotte (Knightley), een semigepensioneerde filmster die aan depressies lijdt. Zij vraagt hem om haar bodyguard te worden. Terwijl Mitchell Charlotte in de gaten houdt, begint ook zijn vroegere maatje Billy (Ben Chaplin) aan hem te trekken. Hij heeft hem nodig om kleine criminele klusjes op te knappen. Niet veel later staat ook de machtige gangsterbaas Gant (uiteraard – zou je bijna willen zeggen – gespeeld door Ray Winstone) voor Mitchells neus. Hij heeft een belangrijke klus op het programma staan en wil dat Mitchell – en niemand anders – het vuile werk voor hem opknapt. Tussen alle bedrijven door groeien Mitchell en Charlotte dichter naar elkaar toe. Mitchell lijkt te willen kiezen voor het rechte pad en een leven aan de zijde van Charlotte, maar zijn contacten in de onderwereld maken hem dat niet gemakkelijk.

‘London Boulevard’ – de titel verwijst naar de klassieker ‘Sunset Boulevard’ van Billy Wilder uit 1950 – is het regiedebuut van scenarioschrijver William Monahan, die een Oscar in de wacht sleepte voor het script van ‘The Departed’ (2006). Aan de basis van de film ligt een roman van Ken Bruen.’‘London Boulevard’ doet op het eerste gezicht denken aan de neo-klassieke Britse misdaadfilms uit de jaren negentig, met hun herkenbare, snelle montage en prominente soundtracks. Het werk van Matthew Vaughn en Guy Ritchie dus. Vooral de vergelijking met ‘Layer Cake’ (2004) is treffend. Om te zeggen dat we hier met een kopie van doen hebben, gaat wat ver. Laten we zeggen dat Monahan het trucje goed heeft afgekeken. Wat hiermee samenhangt is dat het verhaal nauwelijks origineel te noemen is – crimineel probeert op het rechte pad te blijven maar wordt door zijn oude ‘vrienden’ tegengewerkt – we hebben het allemaal al eens eerder gezien. Als zo’n herhaling van zetten goed gedaan wordt, is dat niet erg. In ‘London Boulevard’ is een gebrek aan originaliteit echter niet het enige wat eraan scheelt.

Een belangrijk obstakel om deze film in je hart te kunnen sluiten, vormen de hoofdpersonages. Zowel Farrells Mitchell als Knightleys Charlotte zijn onsympathieke personages: leeg, koel en eendimensionaal. Ze zijn vooral met zichzelf bezig. Het kan je derhalve weinig schelen hoe het met ze afloopt. Farrell en Knightley hebben overigens ook totaal geen chemie samen. Gelukkig houden de acteurs in de bijrollen de film nog enigszins overeind. Vooral David Thewlis (als Charlottes chronisch stonede huisgenoot) en Ben Chaplin als de onhandige en onbedoeld grappige Billy stelen de show, maar ook Ray Winstone (ondanks dat we hem de rol al vaker hebben zien spelen) en Anna Friel (als Mitchells labiele en chaotische zus) brengen dat broodnodige beetje leven in de brouwerij. De rol van Eddie Marsan lijkt er dan weer een beetje bijgehaald – zonde van zo’n uitstekend acteur. Hoewel alle betrokken acteurs hun beste beentje voorzetten, kunnen ze het matige en nauwelijks meeslepende verhaal niet naar een hoger plan tillen.

Het lijkt er bijna op dat Monahan zo veel tijd in de regie heeft gestoken, dat het script er onder moest lijden. Want het grote probleem aan ‘London Boulevard’ is toch echt het gebrekkige, holle scenario en de matig uitgediepte centrale personages. Dat de vormgeving helemaal niet verkeerd is en de heerlijke sixties soundtrack de pan uitswingt, mag helaas niet baten: wat zouden we de film graag in het rijtje fijne neo-klassieke Britse misdaadfilms willen scharen. Maar het teleurstellende ‘London Boulevard’ zou daarin toch echt misstaan.

Patricia Smagge

Waardering: 2.5

Bioscooprelease: 3 februari 2011