Mama Don’t Like No Guitarpickers ‘Round Here (2009)

Regie: Jacqueline van Vugt | 95 minuten | muziek, documentaire | Acteurs: David Hollestelle, Dany Lademacher, Brian Hickey, Peter Boelen, Ad Visser, Marijn Slager, Kay Nambiar, Ronald Huizing, Jan Noordijk

Muzikanten zijn net mensen. Waar documentairemaakster Jacqueline van Vugt aanvankelijk van plan was de gang van zaken in de Amsterdamse gitaarwinkel De Plug aan de Ruysdaalkade onder de loep te nemen, kwamen gaandeweg de levens van de bezoekers en winkeleigenaar Peter steeds meer centraal te staan. De Plug is de locatie waar alle levens elkaar kruisen, waar men elkaar ook bewust opzoekt. Maar los daarvan heeft ieder zijn eigen sores. Met drankproblemen, echtscheidingen, bezoekregelingen voor de kinderen, of zelfs een volstrekt gebrek aan contact met de eigen familie.

Van Vugt heeft zelf jaren naast de gitaarwinkel gewoond en vond het zo’n fascinerende plek dat ze er meer mee wilde doen. Volledig op eigen kracht (ze kreeg geen steun van nationale omroepen) heeft ze met een minimaal budget deze documentaire gemaakt. Wellicht doordat ze al bekend was met een groot deel van de vaste clientèle, lukt het haar om een volstrekt open opstelling te gebruiken. Hoewel sommige bezoekers af en toe schichtig de camera inkijken, krijg je nergens het gevoel dat er een toneelstukje opgevoerd wordt. Van Vugt weet goed tot iedereen door te dringen en ontlokt de mannen mooie, maar vooral ook trieste verhalen. Deze mensen zijn echt en de passie die van de muzikanten spat, is volstrekt oprecht.

Onder hen toetsenist Brian Hickey, een virtuoze pingelaar die De Plug als tweede huiskamer heeft. Zijn gegroefde gezicht verraadt zijn ziekte. Door overmatig drankgebruik tijdens zijn hoogtijdagen heeft hij nu last van levercirrose. Bovendien, zo vertelt hij enigszins vermoeid, is hem het contact met zijn twee kinderen ontzegd, terwijl die gewoon in de buurt wonen. Hickey staat symbool voor veel rockers van zijn leeftijd die in De Plug komen. Geen van allen lijkt een relatie met een vrouw in stand te kunnen houden, al adoreren ze stuk voor stuk de vrouw als welhaast mythisch wezen. Maar de vriendschap met de gitaar, of met muziek in het algemeen, gaat dieper dan alles.

Van Vugt heeft een mooi, integer portret weten te schetsen van een groep mannen die hun liefdesleven met de andere sekse en hun liefdesleven met de muziek nooit hebben weten te verenigen. De Plug is de plek waar zij wél begrepen worden en waar Peter ze als een soort vader hartelijk ontvangt. Hij kent dezelfde problemen – via de rechter vecht hij al jaren voor een soepeler omgangsregeling met zijn tienerdochter. Die overigens geblurd in beeld komt, omdat haar moeder een kort geding heeft gewonnen tegen Van Vugt, dat kort voor de première was aangespannen. De vrouwen zelf komen overigens totaal niet aan bod in de film.

Is het dan alleen maar kommer en kwel? Nee, gelukkig zijn er ook opbeurende momenten in de film. Sowieso is het heerlijk om de muzikanten plezier te zien hebben in hun spel, maar als een soort van rode draad speelt op de achtergrond Peters wens om een zomerhit uit te brengen. Schoorvoetend vraagt hij Ad Visser wat die er van vindt, maar hij laat zijn oordeel wijselijk in het midden. De telefoonsessies met platenmaatschappij Sony zijn grappig en tragisch tegelijk. Peter lijkt oprecht niet te begrijpen waarom hij maar niets van de platenbons terughoort. Een echte muzikant gaat echter nooit bij de pakken neerzitten, maar neemt zelf het heft in handen. En zo de eindigt de documentaire in de grachten van Amsterdam, waar een boot vol bijzondere mensen ‘Tralala’ ten gehore brengt.

Wouter de Boer