Nim’s eiland – Nim’s Island (2008)

Regie: Jennifer Flackett, Mark Levin | 96 minuten | komedie, avontuur, familie | Acteurs: Abigail Breslin, Jodie Foster, Gerard Butler, Michael Carman, Mark Brady, Anthony Simcoe, Christopher Baker, Peter Callan, Rhonda Doyle, Maddison Joyce, Russell Butler, Colin Gibson, Bryan Probets, Andrew Nason, Dorothy Thorsen, Penny Everingham, Tony Bellette, Jeff Dornan, Jay Laga’aia, Marea Lambert Barker, Nami Itonaga, John Walton, Jon-Claire Lee, Steve Daddow, Craig Marriott, Matthew Little, Cheryl Craig, Tania Pari, Phoenix Leong, Ashley London, Shannon van der Drift

Soms weet je bij de eerste scène al dat het goed zit. Vanwege de toon, humor, karakters, wat dan ook. De Amerikaanse kinderfilm ‘Nim’s Island’ kent zo’n opening. We kijken naar een opzettelijk knullige animatie, terwijl een voice-over de geschiedenis vertelt van een oceanografe en een bioloog. De voice-over is van de kleine Nim, de oceanografe is Nim’s moeder die tragisch aan haar einde is gekomen. Het gebruik van animatie ontdoet die gebeurtenis van de ergste tragiek, zodat het voor kinderen behapbaar wordt. De animatie laat bovendien zien dat de makers niet bang zijn om met vorm te spelen. Afgezien van die tragische opening is het vrolijkheid troef in ‘Nim’s Island’. Drie verhaallijntjes wisselen elkaar af, om op het eind bij elkaar komen.

Terwijl Nim het op haar paradijselijke eiland opneemt tegen een bende dikbuikige toeristen, moet haar vader zich in een bootje op de oceaan zien te redden. En dan is er ook nog een schrijfster met pleinvrees, die heel wat angsten moet overwinnen om Nim’s eiland te bereiken. Gelukkig krijgt zij daarbij de hulp van de onverstoorbare held van haar romans. De soepele manier waarop de verhaallijnen wisselen en weer bij elkaar komen, verraadt de literaire afkomst van ‘Nim’s Island’: de gelijknamige roman van Wendy Orr. Uit dat boek komt ongetwijfeld ook het belangrijkste thema. Dat thema – persoonlijke moed in al zijn verschijningsvormen – is op zich niet erg origineel, maar wordt wel op een frisse manier uitgewerkt. Daarnaast gaat ‘Nim’s Island’ over de heilzame werking van literatuur, al klinkt dat een stuk hoogdravender dan het hier uitpakt.

Samen met een paar volwassen grappen zorgen die thema’s er voor dat oudere kijkers zich niet hoeven te vervelen bij ‘Nim’s Island’. Voor de kinderen is het al helemaal feest. De avonturen die Nim en haar vader beleven zijn zo bizar en zo vrolijk dat het allemaal nooit te eng of spannend wordt. Bovendien zullen kinderen weinig moeite hebben zich te verplaatsen in de vrolijke en dappere Nim, die wel iets weg heeft van een minder excentrieke nicht van Pippi Langkous: inventief, praktisch, niet al te gehoorzaam maar met een opperbest karakter.

Het enige wat je op ‘Nim’s Island’ kunt aanmerken, is dat hij zeker niet de originaliteitsprijs verdient. Zijn ingrediënten kennen we al van een hele rits andere films, van ‘Home Alone’ tot ‘Ronja de roversdochter’. Toch weegt dat niet op tegen de positieve elementen: vrolijk, speels, intelligent, gelaagd en met een prima stel acteurs. Fijne film dus, over vliegende hagedissen, voetballende zeeleeuwen en een pelikaan met een gereedschapskistje.

Henny Wouters

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 7 augustus 2008