Not Quite Hollywood – Not Quite Hollywood: The Wild, Untold Story of Ozploitation (2008)

Regie: Mark Hartley | 103 minuten | documentaire | Met: Abigail, Phillip Adams, Christine Amor, Glory Annen, Alan Arkin, Ian Barry, Briony Behets, Dennis Hopper, Jamie Lee Curtis, Alan Finn, Quentin Tarantino, George Lazenby

Tot de jaren zeventig kende Australië nauwelijks een filmtraditie, maar dat veranderde met de opkomst van Ozploitation: Australische pulpfilms die niet alleen Down Under, maar ook in Europa en Amerika op een groeiend publiek konden rekenen. Incidenteel wisten Ozploitations films als ‘Mad Max’ zelfs door te breken naar de mainstream, maar de meesten waren domweg te slecht voor internationaal succes en moesten het doen met een bescheiden cultstatus. Dat maakte het plezier waarmee ze gemaakt en bekeken werden er niet minder om. Bloed, brute scheurijzers en blote meiden waren de peilers van de Australische pulptraditie: in de jaren zeventig en tachtig de perfecte achtergrond voor een spannende date in de drive-in.

Video verdreef de drive-in bioscoop en daarmee ook de pulptraditie naar de achtergrond, maar de invloed van Ozploitation is nog steeds zichtbaar in het werk van hedendaagse regisseurs als Quentin Tarantino, die in de documentaire als een van de commentatoren fungeert. Een gouden zet, want zijn enthousiasme werkt aanstekelijk en zijn heldere uitleg maakt ook aan niet-ingewijden duidelijk wat Ozploitation films zo speciaal maakt. Volgens Tarantino moet een goede pulpfilm in ieder geval aan één voorwaarde voldoen: hij moet scènes bevatten die je doen afvragen welke zieke geest ze heeft bedacht. Het zal niemand verbazen dat dit soort scènes in ‘Not Quite Hollywood’ veelvuldig de revue passeren.

Het leuke van ‘Not Quite Hollywood’ is dat de vorm perfect past bij de inhoud. De schreeuwerige aantiteling verraadt al dat deze film bedoeld is voor de fans, niet voor de filmcritici. De documentaire ontvouwt zich als een bont spektakel met sappige fragmenten uit vreselijk foute films, afgewisseld met korte, vaak hilarische interviews met de sterren van weleer. ‘Not Quite Hollywood’ staat bol van de anekdotes en citaten: onverantwoorde stunts met bijna dodelijke afloop (“zou nou niet meer mogen”), tegenspelers die elkaar wel konden schieten en een ster uit vroeger tijden die zichzelf tot ‘seksobject’ bombardeert: “I ask women for sex and they object”. Kortom, materiaal waar interviewers hun lippen bij aflikken.

Het enige minpunt van de documentaire is dat hij vooral interessant is voor liefhebbers van het pulpgenre. ‘Not Quite Hollywood’ kiest voor kwantiteit en niet voor diepte en bevat zoveel interviews en filmfragmenten dat je als toevallige kijker een beetje overdonderd wordt. Daar komt bij dat het merendeel van de getoonde films en sterren bij het gemiddelde filmpubliek weinig bellen zullen doen rinkelen. Het is dus goed mogelijk dat je na drie kwartier je portie frontale naaktheid, afgerukte ledematen en autoraces door de Australische outback wel gehad hebt. Maar als je warmloopt voor slechte smaak, dan kun je met het vrolijke en eigenzinnige ‘Not Quite Hollywood’ letterlijk en figuurlijk je lol op.

Paula Koopmans