Padre padrone (1977)

Regie: Paolo Taviani, Vittorio Taviani | 113 minuten | drama | Acteurs: Omero Antonutti, Saverio Marconi, Marcella Michelangeli, Fabrizio Forte, Marino Cenna, Stanko Molnar, Nanni Moretti, Pierluigi Alvau, Giuseppino Angioni, Fabio Angioni, Giuseppe Brandino, Mario Cheri, Giuseppe Chessa Perle, Domenico Deriu, Marina D’Onofrio

Met ‘Padre padrone’ (1977) braken de gebroeders Paolo en Vittorio Taviani definitief door buiten hun thuisland Italië. Het historisch drama, over een jongen die zich probeert te verzetten tegen de autoriteit van zijn vader, was de eerste film die in Cannes zowel de Gouden Palm als de Fipresci-prijs van de internationale filmcritici in de wacht wist te slepen. De film opende voor de gebroeders Taviani deuren naar internationale roem. Vervlogen tijden staan centraal in hun werk. In ‘Padre padrone’ nemen ze hun publiek mee naar het platteland van het Sardinië van begin jaren veertig, waar armoede de bevolking in zijn greep houdt. Onder die omstandigheden groeide Gavino Ledda op. Jaren later zou hij zijn levensverhaal vereeuwigen in de roman ‘Padre padrone’, oftewel ‘vader, baas’. Het boek werd door de gebroeders Taviani verfilmd. Ledda – inmiddels een gevierd auteur en taalkundige – bleef nauw betrokken bij de verfilming en is zowel aan het begin als aan het eind van ‘Padre padrone’ zelfs even te zien en te horen.

Aan het begin van de film overhandigt hij een roede aan de vader van de zesjarige Gavino (Fabrizio Forte), als symbool van zijn tirannieke overheersing. Gavino zit nog maar kort op school, maar wordt nu al door zijn dominante vader Efisio (Omero Antonutti) meegenomen omdat hij moet helpen op het land. Alsof de vernedering tegenover zijn klasgenootjes nog niet genoeg is, blijkt het leven als schaapsherder een vreselijk eenzaam bestaan te zijn. Zijn vader houdt hem bovendien met harde hand onder de duim. Veertien jaar gaan er voorbij en Gavino (inmiddels gespeeld door Saverio Marconi) is een verwilderde jongeman, ongeletterd en ongemanierd. Het tij lijkt te keren wanneer hij na enkele economische tegenslagen van zijn vader toestemming krijgt om in dienst te gaan. In het leger groeit Gavino’s zelfvertrouwen, mede dankzij de vriendschap die hij opbouwt met de ontwikkelde Cesare (Nanni Moretti). Gavino leert niet alleen lezen en schrijven, hij ontwikkelt tevens een voorliefde voor klassieke muziek en literatuur en wil naar de universiteit om verder te leren. Voor het zo ver is, moet hij echter terug naar Sardinië om zijn vader met zijn plannen te confronteren.

Zoals in eigenlijk alle films van de gebroeders Taviani is ook ‘Padre padrone’ een realistische verfilming, vol indrukwekkende en sfeervolle landschapsbeelden (geschoten door Mario Masini). De Sardijnse heuvels zijn droog en grijsgroen, even sober als de vertelling en even kleur- en uitzichtloos als het bestaan van de arme herders. Toch kunnen de Taviani’s het niet laten om een magisch realistisch aspect toe te voegen, want ook dat hoort bij hun werk. De toevallige ontmoeting met twee verdwaalde muzikanten en de fascinatie van Gavino voor de door hen meegebrachte accordeon werkt vervreemdend. Het is de eerste aanzet van een verandering in het leven van Gavino, die door zijn vader veertien jaar lang bewust klein en dom is gehouden. Het acteerwerk – de Taviani’s werkte slechts met een aantal professionele acteurs, voor de rest zijn het amateurs – is prima verzorgd. Vooral Omero Antenutti zet een dijk van een performance neer als de tirannieke vader, die slechts het patroon voortzet dat al generaties lang op Sardinië gevoerd wordt; hij weet niet beter. Ondanks zijn gewelddadige houding ten opzichte van zijn zoon, houdt hij wel van de jongen. Dat zien we in enkele spaarzame tedere blikken en gestes.

‘Padre padrone’ kent een aantal ongemakkelijke momenten. De agressie van vader jegens zoon en de bijbehorende onderdrukking werken bizar gedrag van de jongen in de hand. Gavino projecteert zijn eigen frustraties en agressie op de schapen en geiten van zijn vader. Net als zijn ‘lotgenootjes’ worden ontluikende seksuele lusten gebotvierd op kippen en ezels. De Taviani’s schromen niet om dit in beeld te brengen. Daarmee maken ze hun film voor sommigen een onprettige kijkervaring. Aangezien het verhaal op de ervaringen van de echte Gavino Ledda gebaseerd is, zal het ook in het echt zo gegaan zijn (al maakt dat het er niet minder bizar op natuurlijk). Vooral de eerste helft van de film kijkt daardoor wat ongemakkelijk weg. De tip is om toch door te zetten, want ‘Padre padrone’ groeit in de tweede helft uit tot een prachtig drama, met als hoogtepunt de boeiende confrontatie tussen Gavino en zijn vader. Wellicht niet ieders cup of tea, maar ‘Padre padrone’ is een schoolvoorbeeld van krachtig en rauw Italiaans neorealisme.

Patricia Smagge

Waardering: 3.5