Rear Window (1954)

Regie: Alfred Hitchcock | 112 minuten | thriller | Acteurs: James Stewart, Grace Kelly, Thelma Ritter, Raymond Burr, Wendell Corey, Judith Evelyn, Ross Bagdasarian, Georgine Darcy, Sara Berner, Frank Cady, Jesslyn Fax, Rand Harper, Irene Winston, Havis Davenport, Marla English

Alfred Hitchcock probeert de grenzen van zijn eigen thrillergenre op te rekken met ‘Rear Window’; je zou zelfs kunnen stellen dat het helemaal geen thriller is maar een maatschappijkritisch commentaar. Hitchcock zou echter Hitchcock niet zijn als hij de kijker niet constant op het verkeerde been zou zetten. De unieke setting van de film is daarvoor een uitgelezen manier.

In de openingsscène gaan de blinderingen van het appartement aan de binnenplaats in de New Yorkse wijk Chelsea omhoog en wordt ons de Amerikaanse samenleving anno 1954 in de vorm van een poppenhuis voorgeschoteld: de wereld als schouwtoneel. Ons oog is de aan zijn rolstoel gekluisterde fotograaf L.B. Jefferies, die grip wil krijgen op de wereld om zich heen, maar niets anders kan dan kijken. Kijken naar het welgevormde lijf van Miss Torso, die rondjes danst in haar ondergoed en minnaars bij bosjes trekt; naar een zichzelf beklagende oude vrijster, een pasgetrouwd stel en een kibbelend echtpaar op middelbare leeftijd. Een gedeprimeerde eeuwige vrijgezel, die Jefferies. Zelfs zijn beeldschone vriendin Lisa, die roze dromen heeft over een toekomst samen, kan hem niet uit zijn ‘gipsen cocon’ bevrijden. Hij kijkt liever naar de buren en zij doet dat – als veroveringstactiek – dan maar samen met hem. Het subtiele sarcasme waarmee Hitchcock man/vrouw-relaties in de fifties te lijf gaat, soms zelfs op het vrouwonvriendelijke af, lijkt in die optimistische tijd totaal out of place, maar trof daardoor des te beter doel.

“Lisa it’s perfect, as always,” zegt ‘Jeff’ moedeloos als Lisa hem een prachtig verzorgde maaltijd voorschotelt. Zodra hij in slaap valt, legt zij haar leesboek terzijde voor een exemplaar van de Harper’s Bazaar, als een fotomodel poserend op de sofa. Verpleegster Stella – wiens cynisme niet veel onderdoet voor dat van barvrouw Carla uit “Cheers” – vormt als kenau een mooi tegenwicht. Een vrouwenhater, die Hitchcock, maar ook een idealistisch mens, want aan het eind van de film krijgen de langs elkaar heen levende New Yorkers toch contact met elkaar: de oude vrijster wordt door de muziek van haar pianospelende buurman van zelfmoord gered. Hitchcock neemt zelfs zijn eigen film nog even op de hak als er een hondje wordt ‘vermoord’ (?!). De zwarte humor en de thrillerelementen worden echter naadloos met elkaar verweven. Waarom is Mrs. Thorwald niet gewoon de stad uit? Omdat haar juwelen nog in het appartement zijn en een vrouw gaat nooit weg zonder haar juwelen, weet Lisa te melden. Handig zo’n kijkdoosdecor.

De spanning die wordt opgeroepen door de machteloosheid van de gehandicapte en het beperkte blikveld – de camera verlaat het appartement van Jefferies geen moment – is een unieke vondst. De vraag is alleen of de hedendaagse kijker de aandacht voor detail en het daarbijbehorende geduld nog kan opbrengen. Wellicht als hij daar in de vorm van een klassieke ontknoping iets voor terug zou krijgen, maar Jefferies’ geklungel met de flitslichten tijdens de confrontatie met Thorwald zal een eenentwintigste-eeuwer al snel aan het zappen brengen. De film lijkt daardoor hopeloos gedateerd. ‘Rear Windows’ is vergelijkbaar met een monument voor een belangrijke oorlog die vergeten is. Maar voor iedereen die wil zien hoe je een thriller in elkaar zet, hoe de Amerikaanse samenleving er vijftig jaar geleden uitzag en hoe mooi Grace Kelly op haar 24-ste was, blijft de film een must.

Jan-Kees Verschuure

Waardering: 3.5