Ropáci – Oilgobblers (1988)

Regie: Jan Sverák | 20 minuten |documentaire

In deze klassieke documentaire uit 1988 komt de typisch Tsjechische absurdistische humor geweldig tot uiting: gemaakt volgens de regels van een natuurdocumentaire is ‘Ropáci’ een ‘ode’ aan de milieuvervuiling.

Enthousiast zijn enkele wetenschappers op zoek naar de olievreter, een tot dan toe onbekend beestje dat gesignaleerd zou zijn in de sterk vervuilde industriële regio’s van Tsjechië. Met gevaar voor eigen leven gaan de wetenschappers op zoek naar het beestje, daarbij sporen volgend van afgeknaagde plastic hoezen en rubber laarzen. En met succes. Al snel nemen ze de diertjes waar, en de geruchten blijken te kloppen: de beestjes leven van stoffen waar elk normaal mens of dier aan dood zou gaan: olie en plastic worden met het grootste gemak verteert en bieden de olievreters blijkbaar uitstekende voedingsstoffen.

De onmogelijkheid van het verhaal ligt er zo dik bovenop dat de vraag of het hier een nepdocumentaire betreft niet eens gesteld hoeft te worden. Die schijn houdt ‘Ropáci’ dan ook niet op. Niet dat expliciet wordt verteld dat deze documentaire flauwekul is, integendeel: de documentaire is gemaakt als echte documentaire inclusief serieuze voice-over, met wetenschappers die geen moment uit hun ‘rol’ vallen.

Ook hier is het weer de subtiele humor die deze nepdocumentaire extra meerwaarde geeft door de kijker steeds net op het verkeerde been te zetten: bijvoorbeeld door het grappige oude mannetje dat woont bij de mijnen en dat de wetenschappers gidst door het desolate landschap, of door schitterend bedachte scènes, zoals de manier waarop de wetenschappers een gevangengenomen jong redden door het de hele nacht in een doos achter de uitlaat van hun auto (met draaiende motor uiteraard) te zetten.

Ondertussen wordt er natuurlijk wel degelijk gewezen op de gevolgen die milieuvervuiling heeft op onze omgeving. Het olievretertje mag dan niet echt bestaan, de omgeving waarin deze documentaire gemaakt is, bestaat wel degelijk en is zonder dat grappige beestje misschien nog wel triester en desolater.

Hoewel de beelden duidelijk twintig jaar oud zijn, en de documentaire daardoor wat gedateerd overkomt, is de thematiek dat geenszins. En dat geldt net zo goed voor het meesterlijke gevoel voor humor én ernst waarmee deze documentaire gemaakt is.

Daniël Brandsema