Schlafkrankheit (2011)

Regie: Ulrich Köhler | 91 minuten | drama | Acteurs: Pierre Bokma, Jean-Christophe Folly, Jenny Schily, Hippolyte Girardot, Maria Elise Miller, Sava Lolov, Francis Noukiatchom, Ali Mvondo Roland, Isacar Yinkou

Het is donker in Donker Afrika. Een gegeven dat regisseur Ulrich Köhler herhaaldelijk benadrukt in zijn film ‘Schlafkrankheit’. De film opent met alleen het vage schijnsel van de koplampen van een auto in het pikdonker van de nacht. De auto met drie Europese inzittenden wordt aangehouden. Twee Afrikaanse mannen in uniform vragen om hun papieren. Er is onduidelijkheid over de noodzaak van een visa, het wel of niet geven van wat smeergeld. Vervolgens het gemak waarmee de agent zijn uniform uitrekt om mee te mogen rijden en een snufje voorspellende suïcidale waanzin wanneer hoofdpersoon Ebbo Velten, gespeeld door Pierre Bokma, het pistool van de politieagent tegen zijn hoofd zet, nadat de agent hem er van verzekerde dat het pistool niet geladen is.

Welkom in Afrika, laat regisseur Ulrich Köhler ons hier weten. Een ondoorgrondelijk continent. Het licht gaat pas aan wanneer de familie aankomt in hun mooie dokterswoning, waar de hoofdpersonen van het eerste deel van de film baden in elektrisch licht.

Köhlers film kan in twee stukken opgedeeld worden. In de eerste helft wordt het verhaal verteld vanuit het perspectief van de arts en ontwikkelingswerker Ebbo Velten. Ebbo staat op het punt zijn werkzaamheden af te ronden en met zijn familie terug te keren naar Duitsland. Ebbo is bezig zijn werk over te dragen, maar het wordt de kijker duidelijk dat hij niet staat te springen om terug te gaan naar het Europa waar hij zich niet meer thuis denkt te voelen. Ebbo voelt zich als een vis in het water in Afrika of misschien beter gezegd een hippocampus… (…een detail dat in het verloop van de film duidelijk zal worden).

Dit eerste deel is het sterkste van de film. De problematiek wordt vrij helder geschetst en de acteurs krijgen de ruimte om hun rollen te spelen. Pierre Bokma speelt zijn rol vrij losjes en lijkt het gebrek aan regieaanwijzingen prima aan te vullen met een flinke dosis van zijn eigen charme.

In het tweede deel schakelen we over naar Alex Nzila, een jonge arts met een Afrikaanse achtergrond. Alex vertrekt uit Parijs om het project van dr. Ebbo Velten te evalueren. De film krijgt nu een hoog ‘Heart of Darkness’ gehalte, en daar gaat het een beetje mis. Bokma wordt plots een soort van Kurtz die zich ergens in de jungle ophoudt met een uit de hand gelopen onderzoek naar een Afrikaanse slaapziekte. Ebbo wordt een schimmig figuur die Alex pas na veel moeite te pakken krijgt. Ebbo is niet op de afgesproken plek, niemand weet goed waar hij is of wanneer hij terug zal zijn, en wanneer hij dan even geheimzinnig verschijnt, dan verdwijnt hij ook weer meteen na een ruzie met een zwanger Afrikaans meisje.

Om het algehele gevoel van vervreemding van beide personages te willen benadrukken is de vertelstructuur gefragmenteerd. Scènes stoppen halverwege en laten de kijker telkens  achter met een vraag. Echter deze vertelvorm werkt bij ‘Schlafkrankhet’ contraproductief, het flinterdunne verhaaltje krijgt er niet meer body van. Tel daar bij op dat ook Pierre Bokma niet veel krijgt om mee te werken, behalve zich ontheemd te voelen, en de conclusie is dat ‘Schlafkrankeit’ uiteindelijk niet bevredigt.

‘Schlafkrankheit’ is niet een film om bij in slaap te vallen; het geeft een interessante kijk in de wereld van ontwikkelingswerkers in ondoorzichtig sub-Sahara Afrika en bevat soms fraaie plaatjes, maar verder blijft het toch maar wat matig. Regisseur Ulrich Köhler had wel wat meer licht in de duisternis mogen scheppen.

Alberto Ciaccio

Waardering: 3

Bioscooprelease: 28 juli 2011