Stolen Goods – Blue Steel (1934)

Regie: Robert N. Bradbury | 54 minuten | western | Acteurs: John Wayne, Eleanor Hunt, George Hayes, Edward Peil, Yakima Canutt, Lafe McKee, George Cleveland, Earl Dwire

John Carruthers houdt zich schuil in het postkantoor waar de kluis staat waarin de lonen voor de mijnwerkers worden bewaard. Ook sheriff Jake Withers neemt zijn intrek, maar dan in een van de kamers op de bovenverdieping. In de vloer zit een gat waardoorheen hij onopgemerkt de kluis in de gaten kan houden. Middenin de nacht slaat de Polka Dot bandiet toe, maar Carruthers slaagt er niet in hem te vangen. De wakker geschrokken sheriff ziet Carruthers voor de kluis zitten en denkt natuurlijk dat hij de bandiet is. Als Carruthers de sheriff vervolgens het leven redt, besluit hij de arrestatie uit te stellen, maar Carruthers erg goed in de gaten te houden.

In het stadje heerst nog meer onrust. Er is opnieuw een voedselkonvooi overvallen en door de aanstaande winter en de daarmee gepaard gaande hevige sneeuwval dringt de tijd waarin de inwoners de nodige voedselvoorraden kunnen laten aanrukken. De kapitaalkrachtige ingezetene Malgrove (Edward Peil) biedt daarom zijn medestadsbewoners aan hun landgoederen aan hem te verkopen voor een schappelijke prijs. Dan kunnen ze de stad nog verlaten en hoeven niet om te komen van de honger. Wat hij er niet bij vertelt, is dat er een rijke goudader door het hele gebied loopt. Carruthers en de sheriff wagen nog een laatste poging de stad bijtijds te bevoorraden.

Wat direct opvalt, is de grote stilte in deze film die gepaard gaat met het overmatige gebruik van muziek. De handelingen vinden vaak in doodse stilte plaats met af en toe het geluid van een stomp bij de vuistgevechten. Aan de andere kant wordt de muziek te pas en te onpas ingezet om bijvoorbeeld een achtervolging met veel bombast te omkleden. Zodoende is dit een stomme film waarin bij toeval ook geluid is te horen. Dit gevoel wordt nog eens versterkt door de versnelde beeldjes en de rare hoekige bewegingen van paarden en mensen. Typisch zo’n overgangsfase product van stomme naar geluidsfilm.

De plot is leuk uitgewerkt. De misverstanden over de identiteit van de Polka Dot bandiet en de slechtheid van de rijke Malgrove zijn grappig en onderhoudend. Het plotselinge romantische einde waarbij Carruthers uit het volslagen niets tegen Betty Mason (Eleanor Hunt) roept dat ze met hem meegaat en haar vervolgens aan de sheriff als de aanstaande Mrs. Carruthers voorstelt, is onbedoeld komisch.

Een leuke western over mannen van stavast in het Wilde Westen dat wemelt van de bandieten en slechteriken tegen wie de eerzame burgers nodig moeten worden beschermd.

Diana Tjin-A Cheong