The Attic (2008)

Regie: Mary Lambert | 80 minuten | drama, thriller | Acteurs: Elisabeth Moss, Jason Lewis, Tom Malloy, John Savage, Catherine Mary Stewart, Thomas Jay Ryan, Alexandra Daddario, Gil Deeble, Nick Gregory, Sara Maraffino, Clark Middleton, Lynn-Marie Stetson, Russell Terlecki, Tara Thompson

‘The Attic’ mag dan gemaakt zijn door Mary Lambert, de regisseuse van ‘Pet Semetary’ (een bovengemiddelde, maar geen briljante bewerking van een verhaal van Stephen King), de productie is door de krakkemikkige, amateuristische regie en het beroerde acteerwerk niet eens een b-film te noemen. Het spanningsgehalte is, op een enkel aardig moment na, te verwaarlozen, en ook op het gebied van originaliteit blinkt de film niet uit – de film lijkt in verschillende opzichten op ‘A Tale of Two Sisters’. Wat overblijft is een soap-achtige film die alleen de moeite waard is om hem met een stel vrienden op de bank eens lekker belachelijk te maken. Kost om te mijden dus.

Het begint al bij de slappe, door films als ‘The Grudge’ en ‘Scream’ geïnspireerde openingsscène, waarin een anonieme jonge vrouw door de killer wordt belaagd, om zo alvast de toon te zetten voor wat er gaat komen. Een vrouw zit in bad en ze hoort ineens iemand door de gang lopen. Ze vermoedt dat ze gevaar loopt en snel wil ze uit bad stappen om zich vervolgens uit de voeten te maken. Natuurlijk is het prikkelend dat het hier om een (naakte!) dame in bad gaat, maar het moet natuurlijk wel voldoende gekuist worden. Vandaar dat de vrouw haar borsten met haar arm bedekt wanneer ze, met een voet op de rand van het bad, een handdoek van het rek probeert te pakken. Dat is inderdaad erg belangrijk wanneer je in levensgevaar verkeert en snel moet vluchten. Door deze onhandige methode glijdt ze uit, en is ze nog verder van huis. Na enkele domme beslissingen in het huis, rent ze de deur uit en al snel ziet ze de vijand in het bos voor haar neus staan, en ligt ze zelf van angst te trillen op de grond. Flash forward naar Emma (Elisabeth Moss) voor het centrale verhaal van de film.

Wat er precies gebeurt waardoor de vrouw overlijdt is overigens niet bekend. Wel hoe de killer eruit ziet: het is een evenbeeld van het slachtoffer, maar dan met een, karakteristiek voor Japanse bovennatuurlijke horrors, blekere huidkleur en een overschot aan zwarte mascara rond de ogen. Niets engs aan (in dit geval), en totaal niet vernieuwend. Emma wordt al snel met deze spookverschijning geconfronteerd: eerst zit ze te trillen op het balkon en later ziet ze de bleke vrouw in de zolderopening staan. Natuurlijk besluit ze om vervolgens even een kijkje op zolder te nemen, waarna ze van de trap valt en op haar hoofd terecht komt. Het valt allemaal mee, maar haar vader vindt wel dat er op een andere manier naar haar hoofd gekeken moet worden: door een, zeer incompetente, psycholoog.

Er is weinig in de film dat werkt. Spanning/horror wordt voornamelijk door enkele goedkope schrikeffecten geprobeerd te verbeelden, en het verhaal biedt inhoudelijk weinig nieuws of interessants, of weet dat niet effectief genoeg te presenteren. Op zichzelf is het namelijk wel boeiend om de psychologie van het meisje en de gezinsdynamiek centraal te stellen, maar het acteerwerk en het script zijn zo onovertuigend en ongeloofwaardig dat vermoeidheid en kromme tenen de meest voor de hand liggende gevolgen zijn.

Hoofdrolspeelster Elisabeth Moss zal misschien best uit de verf komen in de gelauwerde serie “The West Wing” maar in deze film is haar prestatie ronduit belabberd. Als een ware drama-queen zet ze alles dik aan met haar grote ogen en irritante tics (zoals de gewoonte om “ja” te knikken om haar statements kracht bij te zetten) en haar gedrag is vaak onlogisch. Haar liefdesobject – de detective – (Nick Gregory) is nog erger. Met zijn gelikte uiterlijk, lege uitdrukking, en nietszeggende glimlachjes doet hij het soapgehalte van de film flink stijgen. John Savage is iets beter als Emma’s vader, maar ook hij kan de beroerde dialoog niet verkopen. Opvallend genoeg is Tom Malloy (die dit misbaksel ook geschreven heeft) als Emma’s lichtelijk autistische broer Frankie één van de weinige personages die nog een beetje geloofwaardig overkomt.

De gesuggereerde spanningen in het gezin en de geheimzinnige achtergrond van een mogelijke tweelingzus van Emma hadden voor een psychologisch interessante film kunnen zorgen, maar de uitwerking is zo tam en ongeïnspireerd dat de kijker niet veel meer kan doen dan zijn schouders ophalen. Wellicht dat de uiteindelijke twist sommige, onervaren kijkers nog kan verrassen, maar tenzij men genoegen schept in het bekijken van filmische prullen, is het advies: links laten liggen.

Bart Rietvink