The Damned United (2009)

Regie: Tom Hooper | 98 minuten | drama, biografie, sport | Acteurs: Michael Sheen, Colm Meaney, Henry Goodman, David Roper, Jimmy Reddington, Oliver Stokes, Ryan Day, Mark Bazeley, Timothy Spall, Maurice Roëves, Stephen Graham, Peter McDonald, Mark Cameron, Frank Skillin, Dylan Van Hoof, Sydney Wade, Elizabeth Carling, Jim Broadbent, Mark Jameson, Liam Thomas, Glyn Cunningham, Tony Gubba, Gillian Waugh, Brian McCardie, Martin Compston, Giles Alderson, Stewart Robertson, Laurie Rea, Michael Parkinson, Ralph Ineson, Philip Childs, Terence Harvey, Gordon Hall, John Craven, Isabella Eades-Jones, Joseph Dempsie, Paul Brown, Christopher Chilton, Christopher Boulstridge, Bill Bradshaw, Damian Broadbent, Brian Clough, Wayne Ewart, Stuart Gray, Alex Harker, Colin Harris, Nathan Head, Carl Hicken, Tomasz Kocinski, James MacColl, Lesley Maylett, Ben McFarlane, Chris Moore, Stephen Nicholas, Paul O’Brien, Tom Ramsbottom, Don Revie, Alex Rogerson, John Savage, David Stevenson, Matthew Storton, Peter Taylor, Danny Tomlinson, Keiran Waite, Craig Williams, Chris Wilson

Intrigerende en zeer geslaagde film over één van de meest succesvolle èn controversiële coaches die het Engelse voetbal ooit heeft gehad: Brian Clough. Geen conventionele sportbiografie en zeker geen uitputtende levensbeschrijving, waarin bij wijze van spreken de kleine Brian gevolgd wordt vanaf zijn eerste pasjes: het onderwerp van de film is slechts een klein deel van zijn kleurrijke loopbaan: zijn rampzalige vierenveertig dagen durende trainerschap bij Leeds United.

Michael Sheen laat maar weer eens zien dat hij één van de beste Britse acteurs is in zijn fenomenale vertolking van Brian Clough. Sheen heeft zeer uitgesproken gelaatstrekken, maar hij weet desondanks er in verschillende rollen telkens weer anders en geloofwaardig uit te zien. En dat terwijl hij onder andere een paar zeer uiteenlopende historisch bestaande personages speelde, zoals keizer Nero, komiek Kenneth Williams, David Frost en meermalen de voormalige Britse premier Tony Blair. Colm Meaney zet daar overigens een geweldige prestatie tegenover als Leeds’ voormalige trainer Don Revie. Niet alleen lijkt Meaney verbluffend veel op de grofgebouwde Revie, maar weet hij ook in zijn spraak en mimiek helemaal in Revie’s huid te kruipen.

Het is de tweestrijd tussen Revie en Clough die centraal staat in deze bewerking van het gelijknamige boek van David Peace, al moet daarbij worden aangetekend dat zowel Peace als de gevierde scenarioschrijver Peter Morgan het niet altijd even nauw nemen met de feiten. Dit was voor de familie van Clough, die in 2004 overleed, aanleiding om elke medewerking te weigeren en de film te veroordelen. Brian Clough was een man met een zeer groot ego en stond bekend om zijn opvallende uitspraken. Een typisch voorbeeld hiervan is – en tevens een citaat uit de film: “I wouldn’t say I was the best manager in the business. But I was in the top one.” Sheen brengt met veel bravoure die kant van Clough voor het voetlicht, maar minstens zo indrukwekkend is hij in de kleinere gebaartjes en stille momenten, waarin zijn frustratie en woede over zijn spelers, maar zeker ook over zichzelf naar voren komt. Meaney is de perfecte tegenhanger: zijn Revie is een kille, arrogante man die zestien jaar als trainer bij Leeds United alle nationale successen behaalde en die niets begrijpt van de uitdaging door deze jonge, ambitieuze coach. Revie stond bovendien op dat moment op het toppunt van zijn aanzien, omdat hij net bondscoach was geworden.

De film springt heen en weer in de tijd tussen de zes weken dat Clough bij Leeds zo’n beetje iedereen tegen de haren instreek en zijn opkomst in het Engelse voetbal als manager van Derby County. Hier wordt de andere rode draad in de film gevolgd: Cloughs vriendschap en relatie met zijn assistent-trainer Peter Taylor, prima vertolkt door Timothy Spall. Taylor probeert Clough in te dammen, bij te sturen en goed advies te geven. Als hij na een hartinfarct en een fikse ruzie bij Brighton tekent en Clough niet volgt naar Leeds, is het lot van de laatste eigenlijk al bezegeld. Het helpt ook niet echt dat Clough zich maar niet los van maken van zijn rivaliteit met Revie – en de haat die hij lijkt te voelen voor Leeds. De makers hebben hun best gedaan om achtergronden te schetsen door authentieke beelden (van wedstrijden) op te nemen en de film sluit af met een epiloog waarin het verloop van de verdere carrières van zowel Clough als Revie getoond wordt, maar voor de niet al te zeer ingevoerde kijker gaat er wel een deel van de nuance verloren.

Goed beschouwd blijft Cloughs aanstelling bij Leeds onbegrijpelijk: waarom hebben de managers van Leeds überhaupt de baan aan Clough aangeboden? De man die jarenlang riep dat Leeds vuil spel speelde, de spelers en coach Revie beledigde? En waarom heeft Clough in hemelsnaam “ja” gezegd? Had hij niet kunnen weten dat hij het complete team dat was opgegroeid en groot geworden onder Revie, om nog maar te zwijgen over de fanatieke supporters, hem nooit zou accepteren als trainer? Het zijn vragen die onbeantwoord blijven en misschien ook nooit volledig te beantwoorden zijn: daarvoor is het personage Brian Clough te complex. De film doet wel een aanzet door de nadruk te leggen op zijn allesverterende ambitie, zijn verlangen om Revie te overtreffen en zelfdestructief gedrag. Zo komt het ten minste uit de – niet altijd even subtiele – dialogen naar voren. Maar de kracht (of misschien voor anderen juist de zwakte) ligt erin dat er achter het voor de hand liggende nog meer ligt. Het lijkt heel vaak alsof Sheens versie van Clough het zelf eigenlijk ook niet weet. En dat maakt het nog extra intrigerend.

Het is jammer dat buiten het voetbalminnende Engeland de herinnering aan Clough en de teams die hij leidde, inmiddels dusdanig vervaagd is, nog maar weinig mensen zijn die zich hem kunnen herinneren. En zo beschouwd is de film amper aantrekkelijk voor filmdistributeurs om ook in het buitenland uit te brengen. En dat is doodzonde, want ‘The Damned United’ gaat eigenlijk helemaal niet over voetbal, maar over menselijke zwakheden: botsende ego’s en brandende ambitie, loyaliteit en ijdelheid. Hoogmoed komt voor de val, is het gezegde, maar wat is het hier schitterend om naar die val te kijken.

Hans Geurts

Waardering: 4.5