The Last Elvis – El último Elvis (2012)

Regie: Armando Bo | 90 minuten | drama | Acteurs: John McInerny, Griselda Siciliani, Margarita Lopez, Lucrecia Carrillo, Rocío Rodríguez Presedo, Corina Romero

Hoewel Elvis Presley al sinds 1977 dood is, is hij nog lang niet uit het collectief geheugen verdwenen. Ook gezien de vele impersonaties die de muziek van The King of Rock levend houden. Carlos Gutierrez (John McInerny) is zo’n Elvis-imitator, bewust gelijkend op de corpulente versie die Elvis in zijn nadagen was. Gutierrez gaat daar zo ver in dat hij het leven van zijn voorbeeld tot in perfectie kopieert. Hij speelt hem niet, hij is Elvis (tot aan de boterhammen met pindakaas en banaan aan toe). In het dagelijks leven is hij een metaalbewerker bij een fabriek die gescheiden leeft van zijn vrouw en dochter (Lisa Marie!). Zijn gebrek aan persoonlijkheid heeft hem een vrijbrief gegeven zich te verliezen in zijn alter ego, wat uiteindelijk een wig heeft gevormd in zijn relatie met de buitenwereld. Zo weet hij totaal niet wat er in de belevingswereld van zijn dochter omgaat, maar is ze simpelweg een klein onderdeel van de grote Elvis-show. Wanneer zijn vrouw en dochter in een auto-ongeluk geraken, noopt het Gutierrez de zorg voor zijn kind op zich te nemen. Het houdt hem niet af van de onvermijdelijke apotheose van zijn bestaan als Elvis, wel geeft het hem de mogelijkheid nog zin aan dat bestaan te geven en ook zijn ware gezicht te tonen.

Het einde van ‘The Last Elvis’ is al van mijlenver zichtbaar, maar dat is niet onoverkomelijk. Het gaat om de weg er naar toe en die is bevredigend uitgewerkt en maakt dat de toeschouwer de levenskeuzes van Gutierrez begrijpen kan zonder dat hij onsympathiek overkomt. John McInerny, in het echte leven architect en zanger van een Elviscoverband, zet zijn personage daarbij met verve neer. Hij speelt ingetogen, bijna levenloos, maar hij komt los wanneer hij op het podium staat en het (door hem zelf gezongen) repertoire van Elvis mag vertolken. Dan blijkt hij opeens een charismatische entertainer te zijn die met speels gemak soepele dansbewegingen uit zijn mouw schudt en zijn toeschouwers om zijn vingers windt. Zo is hij op zijn best. Maar met de hernieuwde kennismaking met zijn dochter ontdooit hij, laat hij zijn Elvisfaçade af en toe vallen en geeft hij zijn ogenschijnlijk rechtlijnige determinatie daarmee meer diepgang en menselijkheid.

‘The Last Elvis’ waakt ervoor om niet te (melo)dramatisch te werk te gaan, maar houdt het gepast luchtig. Zo zoekt Gutierrez het gezelschap van mede-imitators op in een speciaal daarvoor bestemde bar. Het laat zien dat hij niet alleen staat in zijn levensvullende en fanatieke imitatie, maar dat hij ‘beroemdheden’ als Britney Spears of The Rolling Stones tot zijn collega’s mag rekenen. Ook alle verwijzingen naar het leven van Elvis (bijvoorbeeld de eerder genoemde boterhammen, one-liners en kledingstijl) geven de film een speels karakter. Debuterend regisseur Armando Bo (hij schreef eerder het scenario van ‘Biutiful’ van Alejandro González Iñárritu, die hier als associate producer optreedt) houdt de film bovendien interessant door visueel een hoog niveau te halen.

‘The Last Elvis’ bewijst dat de zanger nog niet veel aan invloed heeft verloren. Zoals Gutierrez zelf zegt: “Ik heb de rock ’n roll uitgevonden. Ik ben nooit uit de mode geweest.” Elvis leeft! Heerlijke film.

Wouter Los

Waardering: 4

Bioscooprelease: 20 juni 2013