The Phantom Creeps (1939)

Regie: Ford Beebe, Saul A. Goodkind | 78 minuten | horror, thriller, science fiction | Acteurs: Bela Lugosi, Robert Kent, Dorothy Arnold, Edwin Stanley, Regis Toomey, Jack C. Smith, Edward Van Sloan, Dora Clement, Anthony Averill, Hugh Huntley, Monte Vandergrift, Frank Mayo, Jim Farley, Eddie Acuff, Reed Howes, Ed Wolff

De geleerde Dr. Alex Zorka besluit zijn wraaklust op de wereld los te laten, nadat de regering op de hoogte van zijn uitvindingen is gekomen en zijn geliefde vrouw, hoewel per ongeluk, door zijn eigen handelen de dood heeft gevonden. Daarmee wordt de toon gezet voor de verdere ontwikkelingen die voorbijkomen, min of meer zoals dat in overeenkomstige ‘mad scientist’ verfilmingen het geval is.

Al gauw valt echter op dat het een en ander niet al te geloofwaardig overkomt. Zorka die delen van een meteoriet heeft weten op te duiken? Zorka die zichzelf onzichtbaar kan maken? Zorka’s laserstralen schietende pistool? Zorka die ook een reusachtige robot heeft gemaakt? En gebruik maakt van metalen schijfjes en grote spinnen om diverse van zijn belagers uit te schakelen? Op grond van zijn uitvindingen blijkt Zorka blijkt een knappe kop te zijn. Alleen te onwaarschijnlijk om, ook in alle pseudo-wetenschappelijkheid, nog geloofwaardig te kunnen nemen. Evenals het scala van zijn te vele uitvindingen die vooral in het leven lijken geroepen om Zorka in de confrontaties met zijn belagers ter dienste te kunnen staan. Tijdens allerlei ontwikkelingen die ook niet al te geloofwaardig zijn en herhaaldelijk en der ook vrij onzinnig overkomen. Verder zijn er wat halfslachtig vormgegeven speciale effecten aanwezig, zijn de spinnen waar Zorka gebruik van maakt overduidelijk nep, komt het uiterlijk van zijn langzame robot vooral lachwekkend over en laten daarnaast de technische aspecten van deze film ook nogal eens wat wensen over. ‘The Phantom Creeps’ komt als een vrij goedkope productie over. Al met al niet bepaald overtuigend allemaal, en de conclusie zal niet veel anders zijn dan dat de haren bij het aanschouwen van deze film niet bepaald te berge zullen rijzen.

Toch, en zeker voor de liefhebbers van B-horrorfilms die sowieso al de charme die er van dit soort films uitgaat weten te waarderen, heeft deze film meer dan genoeg te bieden om de aandacht vast te houden. Zorka neemt het verbeten en vastbesloten op tegen de in zijn ogen kwaadwillende regering en daarbij komen zijn uitvindingen goed van pas. Er komen, hoewel wellicht niet altijd even origineel en min of meer routineus, tal van aansprekende uitgangspunten en ontwikkelingen voorbij. Zorka’s laboratorium met allerlei traditioneel vaag overkomende apparatuur, allerlei dubieuze wetenschappelijke experimenten, de geheime ruimtes en gangen die er in zijn huis aanwezig zijn, achtervolgingen, ontsnappingen, confrontaties van diverse aard, de enorme verwoestingen door de ontploffingen die de maniakaal lachende Zorka met zijn duivels wapentuig aanricht… hoewel het een en ander herkenbaar is uit andere ‘mad scientist’ verfilmingen, is het nogal wat actie die in een leuk tempo voorbijkomt en verveling is er in elk geval niet bij. Op de achtergrond zijn her en der wat goedkope maar adequate decors. Ook de speciale effecten wanneer Zorka van zijn onzichtbaarheid gebruik maakt zijn leuk: Zorka die in het niets verdwijnt en er weer uit opduikt, zwevende voorwerpen, deuren die uit zichzelf open en dicht lijken te gaan… ondanks dat de overige speciale effecten niet altijd even overtuigend zijn is dit in elk geval aardig gedaan, ook al is het wel nogal opmerkelijk dat de onzichtbare Zorka toch een schaduw werpt. Daarnaast kan het scala van twijfelachtigheden dat in zijn totaliteit voorbijkomt ook nogal eens op de lachspieren werken. Actie, vaart, spanning en amusement zijn daarmee in elk geval gegarandeerd.

De keerzijde is wellicht dat het nergens eng wordt. In deze, en in meerdere soortgelijke verhalen, gaat enige daadwerkelijk effectieve horror ten koste van de bovengenoemde ingrediënten. Ook al gaat Zorka nog zo verbeten en met kwaadwillende bedoelingen te werk. Maar datgene wat deze film op de andere onderdelen te bieden heeft vergoedt veel, en zijn in de taferelen die voorbijkomen toch de nodige horrorgeoriënteerde invloeden overduidelijk aanwezig. Iets dat de liefhebber dan ook zal weten te waarderen.

Zeker wanneer we als de gestoorde Dr. Zorka horrorveteraan Bela Lugosi zien opduiken die herhaaldelijk gestalte heeft gegeven aan doorgeslagen geleerden die om wat voor redenen dan ook de mensheid met hun boze bedoelingen teisteren. Evenals in andere goedkope horrorproducties waarin Lugosi meespeelde, weet hij ook hier door zijn goede vorm het niveau van deze film aanzienlijk op te krikken. De woede, verbetenheid en de passie die hij uitstraalt, de maniakale trekjes in zijn gedrag, het sadistische genoegen dat hij heeft bij het aanrichten van verwoestingen en het maken van slachtoffers… het zorgt er met het scala van gezichtsuitdrukkingen die hij er tegenaan gooit dat de amusementswaarde van deze ‘The Phantom Creeps’ aanzienlijk wordt vergroot en zeker de fans van Lugosi komen er weer aanzienlijk mee aan hun trekken. Ook degelijk ondersteunend werk van Jack C. Smith als Zorka’s rebellerende hulpje Monk. Verder ook aardig, hoewel niet bijster opvallend werk van de overige betrokken acteurs wiens filmpersonages de strijd met Zorka aanbinden. Het maakt deze ‘The Phantom Creeps’ al met al tot een van die qua geloofwaardigheid weinig overtuigende of indringende mad scientist verfilmingen, waarin tal van tekortkomingen en twijfelachtigheden zijn aan te wijzen, maar die door de aanwezige pluspunten meer dan genoeg compensatie bieden om het tot een geslaagd stukje entertainment te bestempelen.

Frans Buitendijk