The Philadelphia Story (1940)

Regie: George Cukor | 112 minuten | komedie, romantiek | Acteurs: Katharine Hepburn, Cary Grant, James Stewart, Ruth Hussey, John Howard, Roland Young, John Halliday, Mary Nash, Virginia Weidler, Henry Daniell, Lionel Pape, Rex Evans

Soms is het publiek zelfs de grootste en beste acteurs even beu. Dat ondervond Hollywood-legende Katherine Hepburn aan den lijve. Na haar Oscar voor beste actrice voor de film ‘Morning Glory’ uit 1933 kende haar carrière een vrije val met een reeks box office flops, waaronder de ondertussen opgewaardeerde klassiekers ‘Bringing Up Baby’ en ‘Holiday’. Boze tongen beweren dat Hepburns vertrek bij de RKO Studios en haar sterke en onafhankelijke persoonlijkheid daarvan de oorzaak waren. De onvermurwbare Hepburn liet zich niet kennen en stortte zich met succes op het toneel. Pas toen ‘The Philadelphia Story’ uit 1940, een stuk speciaal voor haar geschreven door Philip Barry waarmee ze eerder de show steelde op Broadway, werd verfilmd werd ze door het bioscooppubliek weer met open armen ontvangen.

‘The Philadelphia Story’ opent met een korte prelude waarin de alcoholverslaafde C.K. Dexter Haven en de rijke Tracy Lord uit elkaar gaan. Daarna springt het verhaal een aantal jaren verder en bevindt Tracy zich aan de vooravond van haar volgende huwelijk. De rol van bruidegom is weggelegd voor selfmade-zakenman George Kittredge. Haven, die heimelijk nog steeds gek is op Tracy, tracht de relatie in diskrediet te brengen door ervoor te zorgen dat twee reporters van Spy magazine ten huize Lord geïnviteerd worden. Het gaat om journalist Macaulay Connor en fotografe Liz Imbrie. Op de vooravond van het huwelijk wordt Tracy ertoe gedwongen de confrontatie aan te gaan met aspecten van zichzelf die ze altijd ontkend heeft. Bovendien voelt ze zich tijdens een langdurig avondfeest steeds meer aangetrokken tot Macaulay, die duidelijk meer in zijn mars heeft dan eerst doet vermoeden. Wanneer de dag van het huwelijk aanbreekt, staat Tracy voor de keuze met welke van de drie mannen ze de rest van haar leven zal doorbrengen.

‘The Philadelphia Story’ leunt met zijn flinterdunne verhaal behoorlijk op de geweldige cast. Zo schetst Katharine Hepburn een uitstekend portret van de hautaine Tracy Lord. Niet zo verwonderlijk als je bedenkt dat het personage op Hepburn zelf gebaseerd is. Maar ook Cary Grant en James Stewart laten zich van hun beste kant zien. Stewart ontving voor zijn rol als Macauley Connor zelf een Oscar. Daarvoor versloeg hij onder anderen Charlie Chaplin (‘The Great Dictator’). Zowel Grant als Stewart hebben tijdens hun carrière aangetoond veelzijdig te zijn en uitstekend uit de voeten te kunnen in lichte komedies. Met name de scène waarin een dronken Stewart Grant opzoekt blijft de kijker bij. Stewart heeft veel geïmproviseerd tijdens deze scène en dat is te merken aan de reactie van Grant, die zijn lachen maar nauwelijks in kan houden.

De dialogen in ‘The Philadelphia Story’ zijn bovendien erg spitsvondig en snel. Maar goed ook, want juist in het woord en wederwoord dat met veel bravoure door de acteurs wordt gebracht schuilt de kracht van de film. Meer dan wat ook zorgen zij ervoor dat de film toch al ruim zestig jaar oud, in deze tijd nog zo sterk overeind blijft. Voor wie filmklassiekers smaken, is dit er eentje die je beslist moet bekijken.

Patricia Smagge

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 19 juni 1947