The Warlords-Tau ming chong (2007)

Regie: Peter Chan, Wai Man Yip | 118 minuten | actie, drama, oorlog, avontuur, romantiek, geschiedenis | Acteurs: Jet Li, Andy Lau, Takeshi Kaneshiro, Jinglei Xu, Bao-ming Gu, Xiaodong Guo, Zhaoqi Shi, Kuirong Wang, Yachao Wang, Bo Zhou

Jet Li shockeerde zijn fans toen hij de wereld in 2006 meedeelde dat ‘Fearless’ zijn laatste Wu Shu martial arts film zou worden, maar de fans hadden niet hoeven wanhopen. Li laat nog steeds zijn tanden zien in kick-ass actiescènes, al zijn het dan niet per se de traditionele kungfu-vechttechnieken. De film ‘War’, met Jason Statham, plaatste Li met beide voeten in het actiegenre, en het historische epos ‘The Warlords’ is verder bewijs dat hij zijn streken nog niet verleerd is. Deze laatste film laat daarnaast ook tot op zeker hoogten zijn dramatische kwaliteiten als acteur zien, die eerder in ‘Fearless’, en ook al in ‘Hero’ waarneembaar waren.

‘The Warlords’ blijkt een perfecte film voor Li om zijn horizon te verbreden terwijl hij toch niet ver verwijderd is van het genre, het tijdperk, en de setting waarin hij hiervoor vaak opereerde. Wat nog belangrijker is: de film zelf is zeer geslaagd, voor zowel Li-fans als de gemiddelde filmliefhebber. ‘The Warlords’ is tegelijkertijd realistisch en spectaculair, groots en intiem, en bovendien inhoudelijk stimulerend.

Jet Li speelt generaal Pang, die als (voormalig) bevelhebber van het Qing-leger gedesillusioneerd als enige overlevende van zijn leger overblijft nadat een broederleger hem in de steek liet. Hij is het centrale personage dat de kijker aan zich moet binden en meeneemt op zijn reis in het verhaal, en het is een interessante reis. Hij begint als slachtoffer en een soort zwijgzame held en in die hoedanigheid wint hij (natuurlijk) al gauw de sympathie van de kijker. Maar de band van de toeschouwer met Pang is geen gemakkelijke. Hij lijkt erg principieel en rechtschapen te zijn wanneer hij na een overwinning met een nieuw leger halverwege de film zijn soldaten streng toespreekt en zelfs ter dood wil veroordelen omdat ze zich vergrepen hebben aan de vrouwen van een dorp dat ze ingenomen hebben. Hij houdt een inspirerende speech over hoe hij als jongeman ooit een man geslagen heeft zien worden puur en alleen omdat hij arm was en hij zwoer dat hij dit nooit zou laten gebeuren in zijn latere “carrière”. Maar wanneer de successen van Pang toenemen en hij zelfs gouverneur van het belangrijke bolwerk Nanking kan worden, raken zijn principes en zijn bloedbroedereed lichtelijk begiftigd met zijn methodes. Als kijker wil je ver met hem meegaan in zijn verantwoordingen – dat uiteindelijk zijn handelingen slachtoffers noodzakelijk zijn voor een duurzame vrede – maar het voelt toch echt beduidend verkeerd wanneer hij met zijn broeders net de grote stad Suzhou heeft ingenomen en daar de ongewapende gevangenen en burgers – die eerst soldaten waren – door zijn boogschieters laat doodschieten wanneer ze met zijn allen op het binnenplein om brood smeken. Dit brood is namelijk nodig als proviand voor de soldaten die de volgende grote stad moeten innemen, is de rationalisering van Pang, en kan niet verkwist worden aan de burgers. Toch valt het hem zelf kennelijk ook zwaar, omdat hij met verbeten gezicht en betraande ogen alles ondergaat.

De film is prachtig geschoten, in een gedesatureerd, bijna zwart-wit kleurenpalet, met mooie overzichtsshots van de confrontaties op het strijdveld, mooi afgewisseld met close shots van gezichten om de impact op de personages over te brengen. De gevechten zijn opwindend in beeld gebracht en meeslepend in hun opzet. Het is erg spannend en emotioneel om Pangs eerste, karige leger van achthonderd man, met alleen boogschutters voor de vuurkracht, het tegen een vijfduizend man groot leger dat gewapend is met vele karabijnen, zien op te nemen. Pangs strategie is om zijn boogschutters, die dichterbij het andere leger moeten komen om doel te kunnen raken, achter een op het vijandige leger af snellende voorhoede van voetsoldaten aan te laten lopen, die grotendeels als menselijk schild dienen tegen de karabiniers, om zo snel mogelijk zonder tegenwerking het vuur te kunnen openen. Het is opwindende, dramatische cinema, vanaf het moment van de bespreking van deze tactiek, waarbij de voorhoedesoldaten zich vol overgave – hoewel na enige angstige blikken – opgeven en opofferen voor deze strijd, tot aan de momenten in het strijdgewoel waarin Pang zich op een vijandig kanonnen stort en deze net op tijd richting zijn opponenten weet te keren.

‘The Warlords’ kent naast de interessante inhoudelijke aspecten wat betreft politieke overwegingen en middelen die het doel zouden moeten heiligen ook meer intieme dramatische componenten. Het hart van de film wordt namelijk in eerste instantie gevormd door de broederschap tussen Pang, Zhao (Andy Lau), en Zhang (Takeshi Kaneshiro), intens en geloofwaardig vormgegeven door de verschillende acteurs. Deze broederschap zou alle legers en allianties moeten ontstijgen, maar komt later toch nog onder druk te staan. Daarnaast is er een romantisch element aanwezig in ‘The Warlords’, in de vorm van de aanwezigheid van Lian (Jinglei Xiu), die een driehoeksverhouding heeft met Pang en Zhao. Het is een aardig toevoeging, maar het minst effectief van de film. De makers lijken soms, ook in de keuze voor de soundtrack die in de romantische gedeeltes gedomineerd wordt door een melancholische cello, te gaan voor een sfeer als in ‘Crouching Tiger, Hidden Dragon’, maar zo emotioneel pakkend en tragisch als in die laatste film wordt het in ‘The Warlords’ helaas niet. Veel doet dit echter niet af aan de kracht van de film als geheel, die toch vooral leunt op de gespannen band van de drie mannen en de innerlijke conflicten en uiterlijke daden van de grote generaal Pang, die Jet Li op meeslepende wijze weet te communiceren naar de kijker. ‘The Warlords’ is in Azië al, volkomen terecht, flink in de prijzen gevallen en kon rekenen op veel enthousiasme van het publiek. Met de dvd- en blu-ray uitgaven in Nederland zal de film ongetwijfeld op soortgelijke reacties kunnen rekenen. De film is een aanwinst voor het genre en mooie toevoeging op het cv van superster Jet Li.

Bart Rietvink