Tilva Rosh – Tilva Ros (2010)

Regie: Nikola Lezaic | 99 minuten | drama, romantiek | Acteurs: Marko Todorovic, Stefan Djordjevic, Dunja Kovacevic, Marko Milenkovic, Nenad Stanisavljevic, Nenad Ivanovic, Filip Maksimovic, Milos Petrovic, Nenad Miladinovic, Vlatko Ristov, Nikola Milovanovic, Bosko Djordjevic, Aleksandar Pavlovic, Milan Radosavljevic, Radoje Cupic, Dragana Mrkic, Ljubomir Todorovic, Nenad Pecinar, Dragan Stojmenovic, Raca Rukavina, Ratibor Trivunac     

Verveelde jeugd op skateboards in Bor, Servië met een zwak voor sado masochistische streken die op camera worden opgenomen voor ieders vermaak; oftewel de gedomesticeerde vorm van idioterie à la ‘Jackass’… Monotone dialogen, coming of age verhaallijn met een sterk smells like teen spirit aroma: dat is ‘Tilva Rosh’, ook wel bekend als ‘Tilva Ros’.

‘Tilva Rosh’ zou eigenlijk een documentaire moeten zijn over het wel en wee van Servische jongeren in het mijnbouwgat Bor; toon, vorm en ontwikkeling hebben namelijk veel weg van een journalistiek verslag waarbij de kijker een tijdje het leven van gemankeerde tieners volgt. Dat betekent een minimalistische ontwikkeling van de verhaallijn, geen plot, afstandelijke toon en beperkte dramatische middelen om de kijker aan het verhaal te binden. Kortom de interesse van de kijker moet gevoed worden door het onderwerp: in dit geval de personages.  Waarom zouden we anders anderhalf uur naar deze verveelde en onsympathieke jongeren willen kijken? Een antropologische interesse voor een Servische subcultuur? Het zou kunnen; maar ‘Tilva Rosh’ is geen documentaire ondanks dat veel van de acteurs zichzelf spelen en het verhaal gebaseerd is op episodes uit het werkelijke leven van de hoofdrolspelers Toda en Stefan; en dus kijken we met andere verwachtingen naar dit tafereel van teenage angst dat op sommige momenten wat geforceerd aandoet.

Tieners in films doet je onwillekeurig aan je eigen jeugd terugdenken; achter de neuspiercings en tatoeages verwachten we toch ook veel overeenkomsten. Deze Toda en Stefan zijn echter van de ‘Jackass’ generatie en gedurende de film zien we ze een serie van gevaarlijke en pijnlijke stunts uithalen die van een dergelijk idioot niveau zijn dat een psychologische analyse op zijn plaats zou zijn.

Als deze er al is luidt die als volgt: hoofdrolspeler Toda ziet ertegen op om volwassen te worden en aan zijn werkende leven te beginnen. Hij realiseert zich dat hij van armere komaf is dan zijn vriend die gaat studeren. Voor Toda ligt een laag betaald arbeidersbestaan in het verschiet, daarbij is het crisis dus de vooruitzichten zijn weinig soeps. Van enige sociale betrokkenheid is geen sprake, ook al zou Toda dit misschien wel willen. Ook vindt Toda het vriendinnetje van zijn vriend wel leuk maar het komt er allemaal niet uit. Klassieke thema’s: angst voor de toekomst en gebrekkige communicatie. Dit laatste komt nog het meest tot uitdrukking in de monotone en weinig invoelbare gesprekken tussen de jongeren. In de plaats van dialoog komt een escapisme in zelfdestructie. Het is blijkbaar makkelijker je knieschijven met een kaasschaaf te bewerken dat je emoties te uiten. Jammer is dat regisseur Nikola Lezaic er niet in slaagt de noodzaak duidelijk te maken van deze geestelijke armoede. Hebben de jongeren het nu zo moeilijk? Of is er sprake van een nieuw soort subcultureel leed?

Uiteindelijk hanteert ‘Tilva Rosh’ een mix van nihilisme en quasi realisme gecombineerd met af en toe mooie plaatjes, een combinatie die we al eerder zijn tegengekomen in veel indies van de afgelopen jaren. De documentaire-achtige feel wordt opgeluisterd met melancholische liedjes die het leven van deze tieners romantiseert. Is het broederlijk slopen van een auto nu iets om naar terug te verlangen of mogen de jongetjes en meisjes van ‘Tilva Rosh’ zich hier best voor schamen?

Alberto Ciaccio