Wan Pipel (1976)

Regie: Pim de la Parra | 111 minuten | drama | Acteurs: Willeke van Ammelrooy, Asha Bharosa, Borger Breeveld, Grace Calor-Ooft, Paragh Chotkan, Diana Dobbelman, Genti, Steven Gill, Emanuel van Gonter, Henk Gopali, Ro Jackson-Breeveld, Irène Jitan-Harpal, Ruben Jitan, Amalia Macnack, J. Madho, Bhagwandei Mokkumsingh, José Mungroo, Juan Mungroo, Joyce Mungroo-OOft, Ruud Mungroo, Purcy Muntslag, Diana Gangaron Panday, Eugène Ramdin, Etwarie Ramdin-Jhawnie, Dick Scheffer, Djardj Soekhlall, Sieuwpal Soekhlall, Otto Sterman, Lilian van Aerde,

‘Wan Pipel’ is een bijzondere, enigszins ondergewaardeerde, film van regisseur Pim de la Parra. De regisseur, die vele successen kende met zijn partner in crime Wim Verstappen, wijkt met deze film af van de zotte, seksueel geladen films van eerdere jaren. Interessante Nederlandse film met veel diepgang en symboliek en goede hoofdrollen van zowel Borger Breeveld als Willeke Van Ammelrooy. Het begin van ‘Pipel’ oogt nogal onzorgvuldig en gehaast: we vernemen dat de moeder van Roy, een Amsterdammer van Surinaamse komaf, op sterven ligt in Paramaribo. Tussendoor maken we kennis met zijn vriendin, Karina, en voor je het weet zit Roy al op het vliegtuig naar zijn geboorteland. Eenmaal in Suriname, neemt het geheel een mooie wending. Aldaar ontstaat namelijk een interessant verhaal waarin hechte familiebanden, ontluikende liefde, tegenstrijdige gevoelens en een realistische kijk op de Surinaamse maatschappij om voorrang vechten.

Geen van de verhaallijnen verliest zijn kracht, waardoor ‘Wan Pipel’ merkwaardig aantrekkelijk blijft. De innerlijke strijd die Roy ondergaat wanneer hij voet aan land zet in zijn geboorteland, is een van de meest aansprekende zaken van de film. Roy, die al jaren in Amsterdam woont en zich schijnbaar aangepast heeft aan Nederland, maakt in Suriname kennis met de geschiedenis van hem en zijn ouders en voorouders. Gaandeweg voelt hij zich steeds meer verbonden met het land dat zo’n ‘bijzondere’ relatie heeft met Nederland. Maar wie meent dat Suriname een ideaal land is, met bounty-stranden en een zorgeloos bestaan, heeft het goed mis. Regisseur De la Parra toont ons een land met een enorme diversiteit aan bevolkingsgroepen; ‘wan pipel’ staat voor ‘één volk’, dat Suriname zou moeten zijn, maar de onderlinge verschillen zijn desalniettemin groot. Opvallend is dat de vader van Roy, een man die vasthoudt aan tradities, het helemaal ziet zitten in Roy’s blanke vriendin uit Amsterdam en weinig moet hebben van Rubia, het Hindoestaanse meisje dat Roy ook wel ziet zitten. Wellicht ziet Roy’s vader Karina (Van Ammelrooy) als ‘hoogst haalbare’ factor voor zijn zoon en de familie; in ‘Pipel’ zien vele Surinamers Nederland als het beloofde land waar je naar toe moet, als je de kans krijgt.

De la Parra neemt ons tegelijkertijd mee naar de leefwereld van de Hindoestaanse gemeenschap, die doordrenkt is van oude gebruiken en rituelen en op zichzelf is gericht. Het feit dat Rubia omgang heeft met een neger, een creool, is een schande in hun kringen, hetgeen bewijst dat discriminatie zich voordoet onder alle volkeren. Borger Breeveld maakt indruk als Roy. Zijn acteren is soms wat houterig, maar de twijfel die hij uitstraalt over zijn afkomst en over de liefde, is overtuigend. Van Ammelrooy is goed als altijd, zowel sensueel en pittig en gaat nu eens niet uit de kleren, zoals in veel van haar eerdere films, waaronder ‘Frank & Eva’ uit 1973. Ook Emanuel van Gonter’s rol, als Roy’s traditionele, overbezorgde vader, is een vermelding waard. Hij wil het beste voor zijn zoon, maar kan niet tegen diens wispelturigheid en onbekendheid met de oude, Surinaamse gebruiken. De rest van de cast is grotendeels van Surinaamse komaf, hetgeen verfrissend werkt voor de geloofwaardigheid van het verhaal. Een mooie en boeiende Nederlandse film, die meer aandacht verdient.

Robbert Bitter