We Went to Wonderland (2008)

Regie: Guo Xialu | 79 minuten | drama, komedie, documentaire | Acteurs: Xiulin Guo, Heyin Li

De maakster van ‘How is Your Fish Today?’, Guo Xiaolu, heeft goede ervaringen met het International Film Festival Rotterdam. Dit is namelijk het festival waar zij in 2007 met bovengenoemde film hoge ogen gooide en zodoende het startschot kreeg voor het verdere succes dat ze nog met de film zou oogsten. Met ‘We Went to Wonderland’, die draaide op het Rotterdamse Film Festival van 2008, hoopt ze ook een goede mond-op-mond reclame te kunnen genereren, en tot op zekere hoogte zou dit zeker kunnen gebeuren. ‘We Went to Wonderland’ is een aantrekkelijk, persoonlijk verhaal dat pretentieloos is en tevens een heel mooi voorbeeld is van wat er allemaal mogelijk is op filmgebied met weinig middelen.

Vooral dit laatste aspect zal erg tot de verbeelding spreken, zeker bij aspirant filmmakers. De film is namelijk opgenomen met de videofunctie van een digitale camera. En er is nog een dramatisch effectieve, en vaak visueel aantrekkelijke film uit te voorschijn gekomen ook! Dit betekent dat er geen excuus meer is voor filmmakers-in-spé om niet daadwerkelijk aan een film te beginnen. Geen financieel excuus, wel te verstaan, want enige creativiteit en de kunst om om te gaan met je beperkingen is wel vereist. Xiaolu heeft er wijselijk voor gekozen om het onderwerp simpel en direct te houden: ze filmde gewoon de dagelijkse bezigheden en impressies van haar ouders terwijl ze op reis waren in Europa. Door te focussen op de personen is het de dramatiek in en tussen deze personen waar de kracht vandaan komt of moet komen, in plaats vanuit actie of de dynamiek van het camerawerk. En als deze personen en hun relaties vervolgens goed geobserveerd worden, heb je een effectieve film, onafhankelijk van de mate van geliktheid van de beelden.

Terwijl er weinig mis is met de beelden. Bij pan-shots (het links en rechts om de as draaien) en heftig bewegende shots zie je de beperkingen van dit soort filmpjes – het verloopt erg schokkerig- maar het opblazen op een groot scherm van deze digitale beelden in een betrekkelijk lage resolutie zorgt doorgaans voor een acceptabele presentatie, en de composities, vooral in rustige, of stille shots, leveren vaak mooie, poëtische plaatjes op. Ook is het aardig voor het film-, of videomedium, dat de vader van de filmmaakster niet kan praten. Nu wordt er namelijk spanning gecreëerd doordat de kijker even moet wachten op de man, terwijl hij een opmerking of antwoord in zijn schriftje of op een blaadje aan het opschrijven is. Daarnaast is de hele omgang tussen dit echtpaar aandoenlijk en amusant, zoals in het geval van de droge reacties van de vader – ik heb meer dan een eeuw lang Chinees gegeten, waarom zou ik nu overstappen op Engels voedsel? – en het bemoederen door de vrouw wanneer ze samen bijvoorbeeld schoenen gaan kopen. Als film op zich is ‘We Went to Wonderland’ al een lief, charmant werkje, maar de technische achtergrond ervan maakt het nog eens extra interessant.

Bart Rietvink