Zulo (2005)

Regie: Carlos Martín Ferrera | 82 minuten | thriller | Acteurs: Jaume García Arija, Enric López, Isak Férriz

Ferrera’s debuutfilm heeft een simpel uitgangspunt: wat doe je, als je vast zit in een put en er niet uit mag, wat gebeurt er dan met je, van binnen? Zowel de onfortuinlijke hoofdfiguur als de kijker krijgt geen informatie over het hoe, wat, waar, wanneer en vooral het waarom van deze kidnapping. De keuze van de scriptschrijver Pep Garrido. Daar moet je het dan maar mee doen. En de makers hebben zich nog een beperking opgelegd: geen achtergrondinformatie, dus geen flashbacks, geen mogelijke motieven. Het moet echt gaan over die man in die put, die er dus niet uit mag, verder niets. Toch lastig.

En daar sta je dan, als acteur. In je eentje, in een put. En spelen maar, laat maar zien wat dat met je doet. Hoe krijg je dat voor elkaar? Dan moet je haast wel gaan method-acten, dan moet je die baard echt laten groeien, dan moeten die nagels echt vies worden en moet je misschien zelfs echt in zo’n hol gaan zitten zonder er uit te mogen komen. Hoe maak je zoiets anders voelbaar voor je publiek? Wat we zien is in ieder geval: de nagels worden steeds zwarter, de baard groeit door, wordt vet en vies, de man wordt steeds wanhopiger, krijgt moodswings, wordt ziek, probeert zijn gijzelnemers uit de tent te lokken, geeft op, zet door, geeft weer op.

Gelukkig is dit film en geen toneel. Alle filmische middelen worden ingezet om één en ander voelbaar te maken. Muziek, veel muziek, om de sfeer te versterken, de innerlijke wereld naar buiten te brengen. En gekke montages, versnellingen, vertragingen, knippen en plakken, veel close-ups. Dat is mooi, het geluid is ook heel erg in your face. Hij krijgt een sigaret, je voelt en hoort zijn genot, je ziet de wonden. Petje af voor geluid en grime!

En toch word je niet echt bij de strot gegrepen. Misschien werkt het niet omdat de muziek niet helemaal klopt, of de muzikale scènes soms wat lang zijn, of omdat Arija niet voelbaar genoeg acteert. Misschien had de film twintig minuten korter gekund. Het is te lang hetzelfde ding. Miguel’s strijd wordt zichtbaar, maar te weinig voelbaar, er zit ook geen duidelijk volgbare lijn in zijn mentale houding. Misschien had het toch geholpen als we echt iets meer van hem hadden geweten.

Uiteindelijk ligt de verantwoordelijkheid bij de regisseur. Om dit schijnbaar eenvoudige gegeven op zo’n ascetische manier voelbaar te maken, is waarschijnlijk meer ervaring nodig. Het kolfje naar de hand van iemand als Roman Polanski; voor Martin Ferrera is dit nog een treetje te hoog.

Arjen Dijkstra