100 Feet (2008)

Regie: Eric Red | 96 minuten | drama, horror, thriller | Acteurs: Famke Janssen, Bobby Cannavale, Ed Westwick, Michael Paré, John Fallon, Patricia Charbonneau, Kevin Geer, Evelyne Kandech, Kembe Sorel, Tibor Pálffy, Ken Kelsch

Films over geesten en spookhuizen zijn er in overvloed, dus Eric Reds horrorthriller ‘100 Feet’, over een vrouw die in haar huis geteisterd wordt door de geest van haar ex, lijkt een genre-exercitie te zijn waar niemand op zit te wachten. Toch heeft de film, die in zijn geheel gedragen wordt door “X-Woman” Famke Janssen, wel enkele interessante ideeën toe te voegen aan het inmiddels uitgekauwde en door (remakes van) Japanse horrorfilms gedomineerde genre.  Uiteindelijk is ‘100 Feet’, die geregisseerd is door de schrijver van effectieve en originele genre-films als ‘The Hitcher’ en ‘Near Dark’, gewoon een prima bovennatuurlijke thriller/horror, die goed zijn werk doet als je als kijker behoefte hebt aan een lekker avondje griezelen. Maar op verschillende manieren verschilt deze film van veel van zijn “soortgenoten”. Het is bijvoorbeeld niet nieuw dat een geest in een huis of bij iemand in de buurt blijft hangen omdat hij nog iets “moet” voltooien in de aardse wereld, maar in dit geval wordt er onder de oppervlakte van boe-momenten en creepy geestverschijningen een sociaal-maatschappelijk probleem aan de orde wordt gesteld: het probleem van huiselijk geweld en het schijnbare onvermogen om hieraan te ontsnappen. Al te vaak komt het voor dat een vrouw jarenlang door haar man of vriend mishandeld word maar hier niet tegenin gaat vanwege angst uit wraakacties, angst voor het onbekende wanneer ze later alleen haar leven weer moet opbouwen, en dit vaak gekoppeld aan een eigenaardig soort liefde die toch voor de belager blijft bestaan, tegen beter weten in.

‘100 Feet’ dwingt Marnie Watson (Famke Janssen) ertoe de confrontatie aan te gaan door de gimmick van de enkelband die haar aan haar eigen huis kluistert. Wanneer ze voor het eerst belaagd wordt door de geest van haar man (nadat hij dit eerst jaren in levende lijve had gedaan), en haar eerste ingeving is om weg te rennen, wordt ze min of meer gedwongen om dit ernstig te heroverwegen wanneer haar enkelband begint te piepen en Marnie zich realiseert dat ze kan kiezen tussen terug naar de gevangenis gaan of terug haar huis ingaan om zich te verzetten tegen haar man. Natuurlijk wil ze niet terug naar gevangenis – in de film zegt ze letterlijk dat ze liever dood gaat – maar ergens moet ze ook ergens het gevoel hebben dat ze emotioneel de confrontatie aan moet gaan en dit hoofdstuk voorgoed af moet sluiten.

Janssen speelt dan ook een personage dat geen zielig hoopje mens is, of een dom wicht dat gillend door gangen rent, maar een sterke vrouw die door zichzelf opkomt en, geest of niet, ervoor kiest niet meer geïntimideerd te worden door haar (ex-)man. De geest wordt soms ook min of meer behandeld als een fysiek persoon. Wanneer Marnie in de kelder door de geest aan haar voeten wordt getrokken, wanneer ze op de trap onderweg naar boven is, trapt en slaat ze driftig van zich af en is ze allesbehalve een bange, weerloze vrouw. Wanneer ze boven is geraakt, slaat ze de kelderdeur met een knal dicht en roept “klootzak!”, met een kwade uitdrukking op haar gezicht. Ze heeft er duidelijk genoeg van. Het is een benadering die toch iets anders is dan gebruikelijk. Er wordt hier meer direct en minder “zweverig” met de verschijning omgegaan. Daarnaast is het ook vrij verfrissend om te zien dat de dreiging van de geest niet een halve film lang ter discussie wordt gesteld, maar dat er door Janssens personage direct de confrontatie wordt gezocht met deze verschijning. Wel komt de film wat traag op gang, met weinig interessante gebeurtenissen in de eerste 20 à 25 minuten van de film. Ook wordt op een wat flauwe manier geprobeerd om het genre in te leiden door, voordat de geest zijn intrede doet, al hiernaar te hinten door andere, ongerelateerde onrusten in het huis te laten plaatsvinden. Dit om de kijker alvast rillingen te bezorgen en duidelijk te maken dat hij naar een horrorfilm zit te kijken. Het zijn kunstgrepen die regisseur Red eigenlijk niet nodig heeft, aangezien hij zich zeer bedreven toont in het opbouwen van onderhuidse spanning – wanneer Marnie weer ’s een donkere kamer in het huis verkent of door een nauwe, stoffig doorgangetje kruipt – en het inzetten van schrikmomenten, die toch weer nét op die momenten komen waarop je ze niet verwacht. Toch een knappe prestatie.

Het is jammer dat, ondanks de geslaagde genre-elementen en de (potentieel) thematische rijkheid, ietwat tekort wordt gedaan door de plot en personages. Zo is de strijd tussen Marnie en (wijlen) haar man een interessante, maar is de resolutie hiervan wat goedkoop en ietwat ongeloofwaardig, en zorgt het eigenlijk voor meer vragen dan antwoorden. Ook agent Shanks (Bobby Cannavale), de ex-partner van Marnie’s dode man, is een wat eigenaardig personage. Allereerst is het vreemd dat hij deze zaak krijgt toegewezen, gezien zijn persoonlijke betrokkenheid hierbij, en vervolgens zijn zijn gedachtesprongen en gedragingen later in de film niet goed te plaatsen.  Gelukkig zijn deze inhoudelijke missers niet genoeg om de film te doen zinken. Janssen speelt sterk en weet de film goed op haar schouders te nemen. Daarnaast zijn spanning en schrikmomenten voldoende aanwezig en worden de enge momenten door Jansen geloofwaardig en tastbaar gemaakt. Als kijker leef je echt met haar mee wanneer de (onzichtbare) geest haar hoofd tegen de muur drukt, deze er krachtig langs schuurt, en met het ontstane bloedspoor een symbool op de wand achterlaat. Pijnlijk! Ook is er voor de liefhebbers nog een “fijn” moment van gore in de film te zien, wanneer manlief een indringer in het huis eens ernstig laat voelen wat hij van hem vindt. Kortom, ‘100 Feet’ heeft van alles wat. Misschien is niet alles in de juiste dosering aanwezig, maar de film weet zowel te boeien als schrik aan te jagen, en heeft een mooie hoofdrol van Famke Janssen. Genoeg om aan te raden, dus.

Bart Rietvink

‘100 Feet’ verschijnt donderdag 22 november 2012 op DVD en blu-ray (in de ‘Movies to Die For: There Will Be Blood’ box, samen met ‘Hush’ (2008)).