African Bambi (2007)

Regie: Alan Miller | 77 minuten | familie, documentaire | Nederlandse voice-over: Loes Luca

Met eindeloos geduld zijn de opnamen voor ‘African Bambi’ gemaakt, met engelengeduld zijn ze gemonteerd; wat moet er een hoop mooie beelden op de vloer van de montagekamer liggen… ‘African Bambi’ is een natuurfilm gericht op kinderen, en dat komt dan vooral door de voice over van Loes Luca. Als losstaande scènes aan elkaar geplakt is er weinig verhaal in de film te ontdekken, dus de verhalen vertellende giraffe is als toevoeging wel broodnodig om een narratieve structuur te verkrijgen. De giraffe heeft dankzij haar lange nek een goed overzicht over alles wat er in haar leefgebied gebeurt, de Serengeti-vlakte in Tanzania in Oost-Afrika. Zij leert de kijkertjes dat het moeilijk is om te overleven in de soms wrede natuur, en dat het zeker voor kleintjes altijd zaak is om dicht bij hun moeder te blijven, want die zal ze beschermen – met soms haar eigen leven als inzet.

De officiële samenvatting suggereert min of meer dat de drie hoofdpersonen, Tomi, Imp en Grant, drie vriendjes zijn, die samen de weg naar volwassenheid betreden, maar dat is niet het geval. Ook in dat opzicht verschilt ‘African Bambi’ bijvoorbeeld van het soortgelijke ‘Pride’, van John Downer, de BBC-film, waarin Kate Winslet, Sean Bean en Jim Broadbent de stemmen van de verschillende dieren op zich namen. De levensweg van gazellen Tomi en Grant en impala Imp wordt afzonderlijk in beeld gebracht en moeder giraffe switcht in haar verhaal dus ook van het ene naar het andere dier. De keuze hiervoor is niet helemaal duidelijk: de drie dieren komen in hun leventje namelijk zo ongeveer dezelfde gevaren tegen en hun levensverhalen zijn daardoor inwisselbaar: elk heeft te maken met aanvallen van hongerige jagers, of het nu cheeta’s, leeuwen, jakhalzen of hyena’s zijn. Dat ‘African Bambi’ door deze opzet vaak in de herhaling valt, is daardoor onvermijdelijk, maar echt storen doet dat nu ook weer niet, daarvoor zijn de beelden te magnifiek. En zeg nu zelf: een geboorte van een in het wild levend dier blijft toch bijzonder om te zien, dus waarom zou je het publiek dit dan maar één keer voorschotelen?

De meeste humor komt jammer genoeg niet van de voice over, maar van de dieren zelf: de grappig buitelende impala’s, de gekke gnoe die een carrière als balletdanser ambieert, de gazelle die zichzelf versiert met een lading takjes en blaadjes en de ‘ik-hou-dit-lekker-langer-vol-dan-jij-dans’ tussen de gazellemoeder en de jakhals. Verdriet is er ook natuurlijk; dat is onvermijdelijk. Door de inwisselbare hoofdfiguren is de band die de kijker met ze opbouwt echter tot het minimum beperkt en zullen er geen tranen gelaten worden: de natuur is nu eenmaal hard voor de zwakkeren.

Het is aan het grandioze camerawerk van veteraan Anton van Munster te danken dat zijn beelden eigenlijk het meest van ‘African Bambi’ beklijven; niet het verhaal dat verteld wordt, maar de imposante, vakkundige opnamen van een dankbaar onderwerp.

Monica Meijer

Waardering: 3.5

Bioscooprelease: 23 april 2008