Alex de jongen die koning zou worden – The Kid Who Would Be King (2019)

Recensie Alex de jongen die koning zou worden Cinemagazine Regie: Joe Cornish | 115 minuten | actie, avontuur | Acteurs: Louis Ashbourne Serkis, Denise Gough, Dean Chaumoo, Tom Taylor, Rhianna Dorris, Nathan Stewart-Jarrett, Noma Dumezweni, Rebecca Ferguson, Mark Bonnar, Angus Imrie, Louis Martin, Joey Ansah, Adam Leese, Alexandra Roach, Nick Mohammed, Patrick Stewart, Myra McFadyen, Adam Buxton, Claudie Blakley, Genevieve O’Reilly

De legende van Koning Arthur en de Ridders van de Ronde Tafel is al eeuwenoud, maar spreekt nog altijd tot de verbeelding. Over deze meest legendarische figuur uit de Britse geschiedenis worden al sinds mensenheugenis verhalen verteld en boeken geschreven. Er zijn zelfs rondreizen langs de historische locaties waar Arthur en zijn gevolg hun avonturen beleefden. Niet alleen Arthur zelf, maar zeker ook de opvallende nevenpersonages uit zijn legende – de al eerder genoemde Ridders van de Ronde Tafel, Prins Lancelot, de magiër Merlijn en Arthurs vrouw Lady Guinevere – vormen een onuitputtelijke inspiratiebron voor filmmakers. Zij kunnen er dan ook vele kanten mee op, want de legende leent zich zowel voor een traditioneel romantisch heldenepos (bijvoorbeeld ‘Knights of the Round Table’ (1953) met onder anderen Robert Taylor en Ava Gardner) als voor een hilarische Monty Python-parodie (‘Monty Python and the Holy Grail’, 1975) en er zijn zelfs musicals (‘Camelot’, 1967, met Richard Harris en Vanessa Redgrave), animatiefilms (Disney’s ‘The Sword in the Stone’, 1963). Van recentere datum zijn onder meer ‘Excalibur’ (1981), ‘First Knight’ (1995)’, ‘King Arthur’ (2004) en ‘King Arthur: Legend of the Sword’ uit 2017. En ja, er verscheen zelfs een Transformers-film die geïnspireerd is op de legende van Koning Arthur (‘Transformers: The Last Knight’, 2017)! Omdat elke film zijn eigen insteek heeft, hebben ze allemaal op hun eigen manier bestaansrecht. Blijkbaar is de legende zo sterk, dat we er maar geen genoeg van kunnen krijgen.

De nieuwste loot aan de King Arthur-boom is ‘Alex de jongen die koning zou worden’ (‘The Kid Who Would Be King’) (2019) van de Britse regisseur Joe Cornish, die in 2011 debuteerde met het verrassend goed geslaagde ‘Attack the Block’, waarin een groep tieners Londen moet zien te behoeden voor een invasie van buitenaardse wezens. In de acht jaar die volgden zat hij niet stil, want hij schreef onder meer de scenario’s van de Kuifje-verfilming ‘The Adventures of Tintin’ (2011) en ‘Ant-Man’ (2015). ‘The Kid Who Would Be King’ is een echte avontuurlijke familiefilm zoals die in de jaren tachtig nog wel eens gemaakt werden (denk aan ‘ET: The Extra Terrestrial’ (1982), ‘The Neverending Story’ (1984), ‘The Goonies’ (1985) en ‘Back to the Future’ (1985); spannende en meeslepende verfilmingen voor kijkers van alle leeftijden en waar we het jaren later nóg over hebben. Films ook waarin doodgewone kinderen of tieners terechtkomen in buitengewone situaties. Dat geldt ook voor Alex (Louis Ashbourne Serkis), een wat dromerige jongen van twaalf die nog maar net begonnen is op de middelbare school. Het zijn woelige tijden (de nieuwsflits waarmee de film begint rept over ‘politieke tweedeling’ en ‘autoritaire machthebbers’ – net als in het echte Groot-Brittannië dus), maar op de middelbare school zijn studiebollen als Alex en zijn beste vriend Bedders (Dean Chaumoo) nog altijd de klos. De notoire pestkoppen Lance (Tom Taylor) en Kaye (Rhianna Dorris) hebben het op hen gemunt en als Alex dan een keer terugvecht, moet hij voor straf nablijven.

Dat middagje nablijven zal zijn leven veranderen, want op de weg terug naar huis treft hij op een verlaten bouwplaats een zwaard in een steen aan. Omdat hij de legende van Koning Arthur kent dankzij een boek dat zijn lang geleden verdwenen vader hem ooit cadeau deed, weet hij precies wat voor kleinood dit is. Tegelijkertijd ontwaakt ergens die in de aardkorst Morgana (Rebecca Ferguson), de verbitterde zus van Arthur die is veranderd in een heks en die wraak wil voor wat haar eeuwen geleden is aangedaan. Ze stuurt een legertje vurige skeletten op paarden Alex’ kant op. Gelukkig is daar Merlin (Patrick Stewart), de oude tovenaar die Alex kan helpen Morgana tegen te houden. Om tot zijn wereld te kunnen toetreden, verandert hij in een jongere versie van zichzelf (Angus Imrie), een merkwaardige jongen die op de school van de jongens opduikt. Hij weet Alex ervan te overtuigen dat hij degene is die in de voetsporen van Koning Arthur het kwaad kan verslaan, maar daarbij moet hij wel de handen ineenslaan met de twee pestkoppen Lance en Kaye.

Louis Ashbourne Serkis is de zoon van acteursechtpaar Andy Serkis en Lorraine Ashbourne en blijkt een natuurtalent. Met het grootste gemak draagt hij deze film op zijn nog jonge schouders. Angus Imrie maakt eveneens een goede indruk, vooral met de fysieke fratsen die hij uithaalt. Die jeugdige energie krijgt tegenwicht van onder anderen ervaren rot Patrick Stewart (met warrig haar en verwassen Led Zeppelin-shirt) en een haast onherkenbare Rebecca Ferguson, waar de afdeling make-up lang mee bezig moet zijn geweest, maar met een prachtig resultaat. De speciale effecten zijn overtuigend genoeg (we zijn natuurlijk verwend tegenwoordig) en leveren spannende confrontaties op tussen Alex en co en de vertegenwoordigers van het kwaad. Elke keer is de dreiging sterker omdat er steeds meer skeletsoldaten opduiken, met geweldige achtervolgingen in een auto en te paard als resultaat. Ook de training die Merlin organiseert voor de ridders in spe, met tot leven gewekte bomen, is een heerlijk schouwspel. Goed, de beelden doen sterk denken aan andere avonturenfilms (de Harry Potter-serie, de Tolkien-verfilmingen), het derde kwart van de film sleept wat, de finale is niet heel geloofwaardig en de boodschap wordt wat al te stevig opgelegd, maar vermakelijk is ‘Alex de jongen die koning zou worden’ absoluut. Aanrader voor het hele gezin!

Patricia Smagge

Waardering: 3.5

Digital Download-release: 15 juli 2019
VOD-release: 29 juli 2019
DVD-release: 31 juli 2019