All-American Murder (1991)

Regie: Anson Williams | 94 minuten | drama, thriller, romantiek, misdaad | Acteurs: Christopher Walken, Charlie Schlatter, Josie Bissett, Joanna Cassidy, Richard Kind, Woody Watson, Mitchell Anderson, Amy Moore Davis, J.C. Quinn, Craig Stout, Angie Brown, Tim Green,  Jim Clark Jr., James Frank Clark, Doran Ingram, Dawn Kritikos, Victoria Wright, Grover Coulson,  Jennifer Bushnell, Melinda Sánchez, Chele Neighbors, Asley Christofferson, Ellie Archer, Kimberly Scott, Ford Austin, James Healy Jr., Jeff Howard, Steve Osborn

Er zijn van die films waar bekende acteurs in meedoen, waarvan je als kijker nog voordat de speelduur op de helft is, al denkt: had je het geld zó hard nodig, dat je in een film als deze hebt meegespeeld? Zo’n film is ‘All-American Murder’ met de aanwezigheid van Christopher Walken. Waarom heeft hij in hemelsnaam een rol in een film als deze aangenomen? Had hij zo’n slechte manager?

Voor de makers moet het wel een zegen zijn geweest dat hij bereid was om in hun goedkope direct-op-video productie mee te willen spelen. Regisseur Anson Williams kan zijn ‘claim to fame’ dan ook louter baseren op het feit dat hij ooit Potsie speelde in de televisieserie ‘Happy Days’ en niet op zijn zwakke en onlogische regie. En toch, ondanks alle tekortkomingen – en die zijn legio – biedt de film toch enig entertainment en blijf je nieuwsgierig naar de oplossing van het mysterie.

De regelmatig ergernis opwekkende Charlie Schlatter heeft de hoofdrol als Artie. In 1991 was hij 25 en ondanks zijn jongensachtige uiterlijk wel een paar jaar te oud voor de rol die hij speelt – en zeker is hij te oud voor het kinderachtige gedrag wat hij vertoont. In de openingsscène blijkt hij opgepakt te zijn en vastgehouden te worden op het politiebureau. Hij heeft daar al een irritante manier van acteren, die weinig goeds voorspelt voor de rest van de film. Zijn vader, die rechter is, dreunt een standaardlesje op en voilà, Artie komt op een volgende campus terecht. Officieel is het een instituut waar waarden en normen hoog in het vaandel staan, maar Artie duikt er meteen met Erica Darby (Joanna Cassidy), de vrouw van de decaan, het bed in. Ook haar man blijkt later niet erg brandschoon te zijn op dit terrein. En de studenten overigens ook niet.

Dan is het de beurt aan Christopher Walken om zijn intrede te maken als de geharde en onconventionele rechercheur Decker, in een belachelijk onrealistische scène rond een gijzeling in een supermarkt. Het is bijna tenenkrommend om naar te kijken, zo slecht, maar Walken heeft de statuur als acteur om zich er doorheen te slaan en niet eens een gek figuur te slaan. Zelfs voor actiefilms is zijn oplossing van de gijzelcrisis te stompzinnig voor woorden en je moet het eigenlijk zien om het te geloven.

De gevatte oneliners en dialogen zijn duidelijk geïnspireerd door film noir klassiekers en er zitten er een aantal tussen die echt grappig zijn. Soms werken ze ook niet, voornamelijk omdat ze uitgesproken worden door niet bijster goede acteurs, Schlatter voorop. Maar gaandeweg het verhaal, laat Schlatter zijn maniertjes wat varen en wordt hij zowaar een sympathiek karakter en hoop je dat hij de echte moordenaar weet te vinden. Het uitgangspunt van het verhaal slaat feitelijk nergens op. Wanneer mag de hoofdverdachte van een moordzaak op eigen houtje rond gaan snuffelen om zijn onschuld te bewijzen? Is dat juist niet waarom er zoiets als de politie is? Maar in Hollywood kan het natuurlijk allemaal. En bij de vondst van het eerste lijk door Artie blijft het niet en dan blijkt niets te zijn wat het lijkt. Zoals gezegd, blijf je kijken om erachter te komen wie de echte moordenaar is – en die onthulling valt dan weer mee en kan absoluut door de beugel.

En zo zitten er met grappige one-liners, de rol van Walken en een moordmysterie dat het einde naar een hoger plan tilt, flarden van een veel betere film in videovoer als ‘All-American Murder’. Het is geen hoogvlieger, verre van dat, maar met de al genoemde elementen is aardig vermaak op een avond dat er toch niks anders op tv is.

Als een recensie van ‘All-American Murder’ in een paar woorden zou moeten samengevat, zou ‘bespottelijk, maar amusant’ grote kans maken om als winnaar uit de bus te komen.

Hans Geurts