Black Dog – Gouzhen (2024)

Recensie Black Dog CinemagazineRegie: Guan Hu | 111 minuten | drama | Acteurs: Eddie Peng, Liya Tong, Jia Zhang-ke, You Zhou, Xiaoguang Hu, Yiquan Wang, Ben Niu, Yuanzhang Yin, Li Zhang, Hongzhe Mo-Tu, You Wu, Youwei Da, Chu Bu Hua Jie, Naixun Wang, Yi Zhang, Hong Yuan, Wei Chen, Yi Zhao, Jianya Zhang, Yang Zhang, Yanhui Wang, Baoliang Sha

Regisseur Guan Hu (1968) zet wederom een meesterwerk neer waarin een dier de hoofdrol speelt. In 2009 maakte hij een geruchtmakende entree (66th Filmfestival Venetië) met zijn film ‘Cow’, waarin een Chinese boer tijdens de 2e Chinees-Japanse oorlog (1937-1945) een Hollandse koe werd toevertrouwd en waarmee hij tal van avonturen beleeft. In ‘Black Dog’ is de hoofdpersoon een dorpeling die terugkeert van een gevangenisstraf naar een geheel verlaten stadje en die in de hondenbrigade wordt ingezet. Al gauw trekt een zwarte hond zijn aandacht en richt hij zich op de vangst van dit dier.

Guan Hu behoort tot de zogenaamde 6e generatie Chinese filmregisseurs. Op de rand van de legaliteit (in het post-1990 tijdperk en ná het Tiananmen plein drama van 1989) maakten zij films, daarbij het staatstoezicht op de culturele sector zoveel mogelijk ontwijkend. Er werd zoveel mogelijk gebruik gemaakt van goedkope middelen: veel 16 mm films, digitale video, amateur acteurs en dergelijke. Een zekere vorm van maatschappijkritiek hoort daar ook bij. Dat neemt niet weg dat Guan Hu ook films heeft gemaakt zo niet in opdracht dan toch met impliciete goedkeuring van de Chinese autoriteiten. ‘My People, My Country’, ter gelegenheid van 70 jaar Volksrepubliek China, is daar een voorbeeld van.

‘Black Dog’ is gesitueerd in een volkomen distopische omgeving. Een geheel verlaten stadje met hier en daar nog een inwoner en veel honden. We zien hier mogelijke referenties naar Hitchcock-films, waarin de grote roedels wilde honden de spanning opvoeren. Deze honden zijn door de bewoners na hun vertrek achtergelaten en zijn een ware plaag geworden. Iets wat de Chinese autoriteiten niet bevalt, want we zitten vlak voor de Olympische spelen van Bejing in 2008. Het land moet een fatsoenlijke indruk maken en grote groepen wilde honden passen daar niet in. We zien de introverte Lang (gespeeld door een briljante Eddie Peng) na zijn vrijlating uit de gevangenis zijn leven oppakken. Lang is een bekende dorpeling vanwege de motorstunts die hij uitvoerde en vanwege zijn lidmaatschap van een bekende muziekgroep. Tijdens een van deze stunts verongelukte een collega motorstunter en Lang werd daarvoor veroordeeld voor moord.

In harde kleuren schildert de film het klimaat van de Gobi-woestijn, aan de rand waarvan het kleine stadje ligt. Prachtige landschappelijke shots die ons de eenzaamheid van de woestijn laten voelen, het stadje en de hoofdpersoon Lang. Deze beeldtaal wordt consistent vastgehouden in de film en verveelt geen moment. De honden zijn altijd samen, en dan valt één individu, de zwarte hond uit de titel, opeens op. De kracht van ‘Black Dog’ is dat de kijker zich gaat vereenzelvigen met de zwarte hond en met Lang. Deze twee hebben veel gemeen. Zoals de regisseur beweert dat er een beest zit in elk mens zien we hier dat er zeker ook een mens zit in de zwarte hond. Guan Hu slaagt erin om ons te doen geloven dat we inzicht krijgen in het karakter van de hond, analoog aan het inzicht in het karakter van Lang. In de woorden van Guan Hu: “zij zijn twee eenzame zielen in vergelijkbare omstandigheden die op elkaar rekenen voor steun.”

Beide figuren zijn tevens de uitdrukking van een maatschappelijk verzet. De hond wil zich niet laten vangen, en Lang gaat zijn eigen gang en wordt op een gegeven moment ook achterna gezeten door de familie van de omgekomen motorrijder. In die zin is ‘Black Dog’ een oproep tot verzet tegen het gezag, en een pleidooi voor een individuele ontwikkeling, opmerkelijk in een land waar het collectivisme zo belangrijk is en onderdeel is van de staatsfilosofie.

‘Black Dog’ zit vol met grote en kleine symboliek, een voorbeeld daarvan is het moment dat er een volledige zonsverduistering te zien is op 1 augustus 2008, een week voor de start van de Olympische Spelen van Beijing. Alle dorpelingen trekken naar een lokale heuvel om de zonsverduistering waar te nemen, en op datzelfde moment worden alle dieren uit de dierentuin bevrijd. Daarmee wordt een bijna bijbels thema aangeraakt: op het moment dat zon en maan en hemel en aarde één worden, zijn alle dieren vrij. Het is ook het moment waarop de hoofdpersoon Lang zich bewust wordt van zijn lot en van dat van de zwarte hond waarmee hij inmiddels een prachtige vriendschap heeft ontwikkeld.

Naar het schijnt zijn voor de film zo’n 300 honden gebruikt en getraind. Een geweldige klus ook voor acteur Eddie Peng. Hij heeft geruime tijd doorgebracht met de hond, om hem te trainen en om ze aan elkaar te laten wennen. Het is dan ook geen vreemd idee dat hij ook in de film zijn eigen lot nadrukkelijk verbindt met dat van de zwarte hond. Ze gaan als het ware in elkaar over, ze worden één. Een prachtig idee tot besluit van een prachtige film.

Ton IJlstra

Waardering: 4.5

Bioscooprelease: 24 april 2025