Bloodrayne II: Deliverance (2007)

Regie: Uwe Boll | 94 minuten | actie, drama, horror, thriller, western, avontuur, fantasie | Acteurs: Natassia Malthe, Zack Ward, Michael Paré, Chris Coppola, Chris Spencer, Brendan Fletcher, Sarah-Jane Redmond, Michael Teigen, Michael Eklund, John Novak, Tyron Leitso, Jodelle Ferland, Mike Dopud, Vincent Gale, John Tench

Uwe Boll wordt zo’n beetje beschouwd als de Ed Wood van deze tijd. Oftewel, als de meest talentloze regisseur die er op deze aardkloot rondloopt, maar met een enthousiasme en werkdrift die er niet minder om is. Hoe hard zijn critici ook schreeuwen dat hij maar beter geen films meer kan maken of dat het nu toch eens uit moet zijn met het verfilmen van videogames, Boll gaat stug verder. Van ‘House of the Dead’ en ‘Alone in the Dark’ tot ‘Bloodrayne’, en ‘Far Cry’: gameverfilmingen lijken toch echt het meest inspirerend te zijn voor deze Duitse regisseur. Zo nodig maakt hij gewoon een vervolgfilm. Zo is er al een vervolg op ‘House of the Dead’ en ook ‘Bloodrayne’ moest dit lot ondergaan. Want iets echt origineels bedenken lijkt er voorlopig niet in te zitten. Hoewel, ‘Bloodrayne II’ kent een andere setting en een andere cast (inclusief hoofdrolspeelster) dan het origineel, dus heel veel continuïteit is er ook weer niet te bespeuren. Of het veel verbeteringen heeft opgeleverd valt echter te betwijfelen.

Hoofdrolspeelster Natassia Matlhe moet zich in deze rol als een vis in het water voelen. Ze speelde namelijk al eerder een dergelijke kick-ass actiebabe in de films ‘Elektra’ en ‘Dead or Alive’. Die films waren echter allebei – hoewel geenszins hoogstaand – een stuk vermakelijker dan deze saaie, ongeïnspireerde, en ook wat naargeestige opvolger van de eerste ‘Bloodrayne’, waarin Kristanna “Terminatrix” Loken de hoofdrol mocht vertolken.

Dit keer vindt het verhaal plaats binnen een Western-setting, waar Billy the Kid dit keer een vampier is die zoveel mogelijk mensen in de wijde omgeving (van het stadje ‘Deliverance’) wil besmetten. Het verhaal lijkt knipogen te willen geven naar Sergio Leone en dan met name zijn Westernopera ‘Once Upon a Time in the West’. De film begint al meteen met eenzelfde soort muziek. Maar waar Morricone’s muziek in Leone’s film specifiek bij één personage hoorde – Cheyenne – wordt dit deuntje hier voor de hele film gebruikt, tot vervelens aan toe. Ook het verhaalelement van het stadje dat voor zijn vooruitgang wacht op de spoorlijn die spoedig aangelegd zal worden en het einde van het echte Wilde Westen inluidt, is gejat uit Leone’s klassieker. En er wordt niet eens iets interessants meegedaan. Vampier Billy the Kid kiest Deliverance zodat hij daar op de spoorlijn te wachten en dan de trein kan gebruiken om snel zijn “ziekte” te verspreiden. Het klinkt allemaal een beetje omslachtig.

Ondanks de slechte reputatie van Boll is de film geen absoluut wanproduct. Nu zijn er absoluut veel betere manieren te bedenken om anderhalf uur door te brengen, maar het is niet zo dat de film ronduit onkijkbaar is. Het eerste kwartier heeft nog een aardig opbouw – wanneer de vampiers suggestief hun intrede doen, en kinderen onder het bed moeten kruipen omdat ze naderbij komen, net als in en soortgelijke scène in Tim Burtons ‘Sleepy Hollow’, leeft er nog even de indruk bij de kijker dat het niet eens zo heel onaangenaam zou hoeven worden. Maar dan komt Bloodrayne zelf en zakt de film jammer genoeg teveel in. Ze zou juist voor pit moeten zorgen: haar kinky leren outfit en vervaarlijk uitziende designzwaarden lijken in ieder geval veel te beloven. Maar het blijkt een vrij tamme bedoening te worden. Een paar shootouts later blijkt Rayne op kinderlijke wijze overmeesterd te worden en komt ze een tijdlang in de gevangenis te zitten, waarop de kijker een tijdlang naar oninteressante dialoog moet luisteren. Wanneer ze op een gegeven moment weer vrij komt en moet vechten blijkt Rayne weer wél over bovengemiddelde vecht- en hakkwaliteiten te beschikken, hoewel deze momenten ook weer van vrij korte duur zijn.

De laatste akte van de film kent wel weer enkele semispannende momenten. Een aardige sadistische vondst van vampier Billy zorgt ervoor dat Rayne ongewild een touw vast moet blijven houden waar een tegengewicht aan hangt dat – bij neerdalen – de ophanging kan betekenen van een zestal onschuldige kinderen. Ook enkele traditionele Westernshowdowns – compleet met Leone-close-ups – lijken nog wel iets spannends in te luiden. Tot het moment dat het schieten begint en de knullige montage en cheesy slow-motion hun intrede doen.

Malthe doet haar best om er zowel stoer als zwoel uit te zien – waar ze aardig in slaagt – maar ze krijgt zo weinig te doen dat haar personage eigenlijk nergens angst inboezemt of garant staat voor opwindende actie. Daarnaast valt de mate van eye-candy die op de dvd-hoes wordt geïmpliceerd ook tegen. Ze staat hierop afgebeeld met een halfsluitend leren topje en ontblote buik maar in de film houdt ze altijd netjes haar cape aan tijdens de gevechten. Jammer. Dit is het soort films waarin onfunctioneel naakt juist bijna een verplichting zou moeten zijn. Niet in de laatste plaats omdat dit enkele mensen misschien nog een reden kan geven om de film te bekijken. In de huidige vorm is er niets aanwezig om de film aan te kunnen bevelen. Michael Eklunds priester houdt door zijn over-de-top performance de boel nog een beetje levendig, maar de film als geheel is een zeer bloedeloze aangelegenheid.

Bart Rietvink