Blue Gold: World Water Wars (2008)

Regie: Sam Bozzo | 90 minuten | documentaire | Met: Maude Barlow, Tony Clarke, Ric Davidgeg, Robert Glennon, Wenonah Hauter, Ryan Hreljac, Michael Kravcik, Andres Barreda Marin, Danielle Mitterand, Oscar Olivera, Jim Olson, Virginia Setshed, Vandana Shiva, Terry Swier, Peter Warshall | Originele stemmencast: Malcolm McDowell

In het rijtje doemdocu’s over de treurige staat van onze aardbol, onder aanvoering van trendsetter ‘An Inconvenient Truth’, is nu ‘Blue Gold: World Water Wars’ verschenen, die ditmaal niet de stijging van de zeespiegel als onderwerp heeft maar juist het schrikbarend gebrek aan schoon drinkwater. Kort samengevat luidt de boodschap: water is de nieuwe aardolie, want schoon drinkwater is schaars geworden door vervuiling en onzorgvuldig gebruik door overheden en bedrijven. En van deze schaarste wordt nu gretig misbruik gemaakt door de grote jongens van deze aarde, Coca Cola, waterbedrijven als Vivendi en andere multinationals, dankzij de privatisering van waterbronnen en watervoorziening. Steeds minder mensen krijgen gratis of goedkoop toegang tot een product dat een publiek goed zou moeten zijn omdat het hier om een eerste levensbehoefte gaat.

Om meteen de schrik er goed in te krijgen opent ‘Blue Gold’ met een gruwelijke anekdote over hoe het is om zeven dagen zonder water door een woestijn te banjeren. In de woorden van de documentairemakers en uit de mond van Malcolm McDowell (‘A Clockwork Orange’): “You will cry blood!”. De toon is gezet, ‘Blue Gold’ zal en moet de onheilsboodschap er bij de kijker in rammen.

Van ‘An Inconvenient Truth’ weten we inmiddels dat er niet zo veel mis is met de globale strekking van het verhaal, maar wel dat er met wetenschappelijke data creatief kan worden omgesprongen. Het beoordelen van zo een documentaire is daarom een lastige taak. De makers doen er alles aan om de kijker te overdonderen met allerlei “feitjes”, “verbanden”, “oorzaken & gevolg”, “slachtoffers & daders” verpakt in een aantrekkelijk geheel van beeld en geluid.

Documentaires als ‘Blue Gold’ zijn gemaakt om een zeer breed publiek te overtuigen van het gelijk van de makers, dat doen ze door een hele schare aan “deskundigen” aan het woord te laten in een zogenaamde cut-up montage. De monologen van de deskundigen zijn opgedeeld in korte stukjes van vaak een enkele zin en al deze verschillende soundbites van verschillende sprekers worden met elkaar gecombineerd tot één groot betoog. Dat maakt indruk, want we hebben nu een collage van een groot aantal wetenschappers en activisten die om het hardst roepen hoe ellendig de situatie is. En als veel mensen het zeggen, dan zal het wel waar zijn.

Maar wie is er nu eigenlijk aan het woord, wie is er verantwoordelijk voor de waarheidsgehalte van het betoog? De deskundigen en zo ja, welke? Of regisseur Sam Bozzo van ‘Blue Gold’? De sprekers verlenen hun geloofwaardigheid aan het verhaal, maar komt hun individuele betoog wel overeen met de gemonteerde boodschap? In ‘Blue Gold’ is de montagetafel aan het woord; door eerst alles af te breken kan weer een nieuwe werkelijkheid worden opgebouwd waarin ook ruimte is voor de verdediging van de tegenpartij. Een matige verdediging weliswaar want ‘Blue Gold’ is niet hun werkelijkheid.

Het is jammer dat de rommelige montage, de soms wat schreeuwerige activistische toon en een aantal willekeurige anekdotes over lokale misstanden verpakt als mondiale problematiek (bijvoorbeeld de Mexicaanse illegalen die door een vervuilde rivier waden om zo uit de greep van de grenspolitie te blijven), het zeer interessante en relevante onderwerp van water(mis)management in de weg staat. ‘Blue Gold’ wil helaas teveel vertellen in te korte tijd, bijvoorbeeld de opmerking over zelfmoord plegende Zuid-Koreaanse boeren verdient zijn eigen documentaire, maar wordt nu met een gevoel van shock-value erin gepropt door de nadruk te leggen op de details van de zelfmoord.

Zoals gezegd probeert ‘Blue Gold’ een groot publiek te bereiken en gebruikt daar de inmiddels klassieke tweedeling voor waarin de WTO, de grote corporaties, de VS en het liberalisme tegenover de burgers worden geplaatst en vooral Afrika de dupe is. Met dit soort grote lijnen en een beetje sensationalisme is op zich niets mis, maar dit actuele onderwerp verdient een meer coherente benadering zonder zevenmijlslaarzen retoriek.

Alberto Ciaccio