Blur: To the End (2024)
Regie: Toby L. | 104 minuten | documentaire, muziek
Groeide je op in het Engeland van de jaren 90, dan was er maar één vraag die telde: was je team Oasis of team Blur? Natuurlijk, de hysterie rond de Battle of Britpop werd flink opgestuwd door de media. Daarbij waren er nog wel meer smaken te kiezen (Pulp, Suede, Elastica bijvoorbeeld), maar feit is dat de rivaliteit tussen Oasis en Blur zorgden voor een enorme populariteit van het genre (al was het maar kortstondig). De pers smulde in elk geval van het contrast tussen beide groepen: Oasis met de ongepolijste, working-class broertjes Gallagher uit het noorden van Engeland (Manchester) tegenover de studentikoze, tikje pretentieuze Southerners van Blur. Bij elke release werd gekeken naar de concurrentie, want de kick was om in de hitlijsten boven de ander te staan, liefst op de hoogste positie. Won Oasis de eerste slag, dan was Blur er als de kippen bij om revanche te nemen en andersom. Dat de bands dertig jaar en vele interne ruzies en onenigheden later nog altijd relevant zijn, blijkt wel uit het feit dat de enorme run op de door Oasis aangekondigde reünieoptredens in de UK in 2025 én het feit dat Blur in 2023 voor het eerst in acht jaar weer een album uitbracht (het veelgeprezen ‘The Ballad of Darren’) en hun eerste concertreeks in Wembley ooit. Tot grote vreugde van hun nog altijd enorme en zeer loyale fanschare, met name in eigen land. ‘Hoe minder we doen, des te groter we worden’, aldus drummer Dave Rowntree.
Die verrassende terugkeer van Blur was tevens de aanleiding voor de documentaire ‘Blur: To the End’ (2024) van regisseur Toby L. De band rond de veelzijdige singer-songwriter Damon Albarn was al drie keer eerder onderwerp voor een docu. ‘Starshaped’ uit 1993 toont de beginjaren van de band tot aan het grote succes dat het tweede album ‘Modern Life is Rubbish’ teweegbracht. De film is net zo losbandig als het viertal zelf destijds nog was: als je jong bent en succesvol voel je je vanzelf onoverwinnelijk. Na het uiteenvallen van de band in 2003, volgde zes jaar later de eerste reünie inclusief wereldtournee, die werd gedocumenteerd in de film ‘No Distance Left to Run’ (2010) en na de derde documentaire ‘New World Towers’ (2015) – waarin de band gevolgd wordt tijdens de opnamen van het album ‘The Magic Whip’ in Hong Kong – ging het viertal opnieuw uiteen. Tot eind 2022 dus, als de heren aankondigen toch weer met elkaar de studio in te duiken. Ten opzichte van die jonge jaren is er wel een en ander veranderd, zo zien we in ‘To the End’.
Want hoewel er nog steeds magie ontstaat wanneer Damon Albarn, gitarist Graham Coxon, bassist Alex James en drummer Dave Rowntree samen muziek maken, en ze nog steeds het beste in elkaar naar boven halen op muzikaal vlak, beginnen de jaren nu wel tellen voor deze vijftigers. De knietjes zijn niet meer zo soepel, de ruggen doen pijn, hun lichamen kunnen niet zo goed meer tegen overmatig drankgebruik (sterker nog, Coxon en Rowntree gaan tegenwoordig door het leven als geheelonthouders) en ze staan wat meer met hun voeten op de grond in plaats van dat ze nog steeds denken dat de wereld alleen om hen draait, zoals in hun jonge jaren. Vandaag de dag wonen ze ‘in a very big house in the country’ en houden ze kippen, maken ze kaas of kweken ze tomaten om bezig te zijn. In de documentaire vaart regisseur Toby L. schaamteloos mee op de nostalgische trip die Albarn, Coxon, James en Rowntree maken als ze teruggrijpen naar de gloriejaren. Het wordt al snel duidelijk dat het weerzien met oude vrienden ook voor (de meesten van) hen een welkome afleiding is van het lang niet meer zo spannende leven van alledag. Nu ze ouder zijn, is het makkelijker om te reflecteren en te waarderen hoe bijzonder de synergie is die ontstaat als ze met elkaar in de studio duiken of op een podium staan. Dat hadden die jonge honden uit ‘Starshaped’ vast niet zo goed gekund!
De jongens die zich destijds onaantastbaar achtten en bomvol bravoure zaten, zijn nu mannen die durven zich kwetsbaar durven op te stellen. Zo barst de grote Damon Albarn – die behalve met Blur ook met bands als Gorillaz en tevens solosuccessen vierde – in huilen uit als hij zijn songtekst over verlies en rouw terug hoort (een stukgelopen relatie zou de inspiratie voor het liedje zijn, maar de film gaat daar verder niet op in). Coxon vertelt openhartig over zijn angsten en gevoelens en James, met onafscheidelijke peuk in de mond, vraagt zich hardop af hoe hij ooit aan zijn kinderen moet gaan uitleggen hoe hij jarenlang zijn boekje te buiten is gegaan met alcohol, al zien we later dat hij het zuipen nog niet verleerd is. Een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken zeggen ze dan. Maar er zijn ook ontwapenende momenten. Bijvoorbeeld wanneer Albarn en Coxon na een warm-up-show in hun thuisstad Colchester ontdekken dat het muzieklokaal op hun oude middelbare school naar hen vernoemd is. Ze hebben direct enkele (hilarische) interieurtips klaar om het voor de leerlingen nog wat aangenamer te maken. Tegelijkertijd toont Albarn zich dankbaar en bescheiden als hij terug is in de stad waar het ooit allemaal voor hen begon. Het feit dat de mannen zich voorbereiden op hun allereerste gig op het immens grote Wembley boezemt hen invoelbare podiumangst op; het feit dat ze al 35 jaar op podia staan doet daar klaarblijkelijk niets aan af. De kneiterhard werkende Albarn met zijn vele nevenprojecten zien we regelmatig half in slaap vallen achter het keyboard. ‘Je moet hem gefocust in het moment houden”, verzucht James. ‘Anders schrijft hij zo een nieuwe opera.’
Nostalgie voert de boventoon in deze rechtlijnige documentaire, met een ondertoon van verlies, nalatenschap en sterfelijkheid. Toby L. laat ons meekijken over zijn schouder, met handheld camera alsof we er zelf bij zijn. Daardoor voel je het schuren als perfectionist Albarn in de studio de opnamen nóg een keer over wil doen, tot irritatie van de anderen die meer laidback zijn. Maar je ziet ook hoe ze in de loop der jaren elkaars imperfecties hebben leren accepteren. Uiteraard is ook de muziek een trip down memory lane. De climax van de film – een montage van het concert op Wembley – is een traktatie op zich, waarbij nummers van het nieuwste album ‘The Ballad of Darren’ naadloos worden ingepast in het bestaande repertoire. Met als klapstuk het tweeluik waar Blur vele concerten mee afsluiten: het energieke ‘Song 2’, gevolgd door het wonderschone ‘Tender’ met het London Community Gospel Choir. ‘Blur: To the End’ is typisch zo’n muziekdocumentaire die gemaakt is puur als cadeautje voor de vele trouwe fans.
Patricia Smagge
Waardering: 3.5
Bioscooprelease: 12 september 2024