Boo (2005)
Regie: Anthony C. Ferrante | 90 minuten | horror | Acteurs: Trish Coren, Rachel Harland, Jilon Ghai, Happy Mahaney, Shirlene Quigley, Algie Hamilton, Dig Wayne, Rosamaria Juarez, Nicole Rayburn, Josh Holt, M. Steven Felty, Michael Samluk, Taylor Hurley, Rachel Melvin, Terri Novak, J.D. Decker, Voldi Way, Edward Perry Smith, Dee Wallace-Stone, Ellen Irwin, Dutchess Botti-Smith
Vroeger ooit verstoppertje gespeeld? En heeft degene naar wie je op zoek was je daarbij met een luidkeels ‘boe!’ laten schrikken? En kon je daar geen genoeg van krijgen? Dan kan deze ‘Boo’ van regisseur Anthony.C. Ferrante je wellicht het nodige vermaak bieden. Ferrante gaat in dit verhaal vlot van start en laat direct de nodige signalen op de kijker los. Hoofdpersoon Jessie die met Halloween alleen thuis is en wordt opgebeld maar niets te horen krijgt als ze opneemt, haar huiskamerdeur die op onverklaarbare wijze herhaaldelijk open blijkt te staan, de op de achtergrond verschijnende en wegschietende gestalte en de aanval die vervolgens op haar wordt ingezet…. Het is een veelbelovende aanloop voor de verdere ontwikkelingen in deze film. Maar direct daarna valt ook het loos alarm-gehalte van deze eerste confrontatie op. Wellicht niet precies datgene wat van een dergelijke opening verwacht zou worden, maar niet per se een verkeerde keuze. Het biedt immers de ruimte om op een later tijdstip andere confrontaties des te verrassender en indringender over te laten komen…
Vrij snel verplaatsen de belevenissen zich vervolgens naar het leegstaande Santa Mira ziekenhuis waar de hoofdpersonen van dit verhaal gedurende deze Halloween-avond een sfeervol griezelig avondje willen doorbrengen. En daar aangekomen valt al snel op dat de aanpak zoals die in de openingsscène werd gehanteerd in deze productie ver wordt doorgevoerd. Jammer genoeg té ver. Er wordt voornamelijk geprobeerd de nodige horror te bewerkstelligen door bij de kijker voortdurend schrikreacties op te roepen. En wel door middel van allerlei plotselinge schrikeffecten: personages die in een flits in het beeld opduiken, liftdeuren die opeens open en dicht schieten, klapperende en openslaande kastdeuren, lampen die onverwacht aanspringen, onverwachte bewegingen van diverse personages, onduidelijke en wegschietende schaduwen op de achtergrond en ga zo maar door. En net zo vaak valt op dat dit alles gepaard gaat met luide ‘enge’ geluidseffecten , soms tot het oorverdovende aan toe. Bij al deze gebeurtenissen zit de vaart er goed in en de voorgeschotelde schrikeffecten zullen qua aantal in elk geval niet te wensen overlaten. En ook zal erkend kunnen worden dat door de veelvuldige schrikeffecten de titel van deze film ‘Boo’ bijna niet veelzeggender had kunnen zijn met betrekking tot de inhoud ervan. Maar is de aanpak die hier wordt gehanteerd ook genoeg om het tot een geslaagde horrorfilm te maken?
Niet echt, nee. Wat met name aan de schikeffecten in deze productie opvalt is de teleurstellende vormgeving ervan. Hoewel enkele schrikeffecten min of meer geslaagd overkomen en wel degelijk een schrikreactie zullen opwekken, is dat bij de meeste pogingen daartoe juist niet het geval. Van een voorafgaande spanningsopbouw is in teveel gevallen geen sprake. Dat hoeft niet altijd een probleem te zijn, maar hier ontbreekt het bijna voortdurend en wat daarbij vooral teleurstelt is dat de meeste schrikeffecten valse alarms blijken te zijn. En wel in een dusdanig frequente mate dat het steeds moeilijker wordt om alleen hiermee de aandacht bij de ontwikkelingen in het verhaal te houden. Blijkbaar hebben de makers van deze film dat ook in meer of mindere mate aangevoeld want naarmate het verhaal vordert worden er wat extra registers opengetrokken. Tussen de perikelen van de in het ziekenhuis opgesloten personen wordt een verhaaltje verweven over een vroegere ramp die zich in het ziekenhuis heeft afgespeeld en waarbij door toedoen van de schurk in het verhaal de nodige slachtoffers zijn gevallen. De plotselinge voorbijflitsende flashbacks waarin de toenmalige taferelen in beeld worden gebracht, de geestverschijningen die her en der opduiken en de al dan niet bloederige hallucinaties die het gevolg zijn van Jessie’s mentale gaven zouden dan ook de gelegenheid moeten bieden om het horrorgehalte van deze film aanzienlijk op te schroeven. Temeer daar er tussendoor ook de al eerder vermelde schrikmomenten de revue blijven passeren. Maar ook hiermee wordt het niveau van de film niet echt opgevijzeld. De flashbacks en hallucinaties komen qua horror weinig effectief over en de plotseling opduikende geestverschijningen verdwijnen meestal weer even snel als ze gekomen zijn zonder iets noemenswaardigs gedaan te hebben. Het vermoeden zal daarmee rijzen dat alleen al hun kortstondige verschijning als sfeerverhogend griezelig bedoeld is, maar de conclusie die gemaakt kan worden is dat hun plotselinge verschijningen in de meeste gevallen niet bepaald ter zake doen.
En, alsof het gebrek aan dreiging dat van de geesten en de als eng bedoelde gebeurtenissen uit zou moeten gaan gecompenseerd dient te worden, worden er nog wat extra personages aan de haren dit verhaal binnengetrokken en barsten ook de maar al te clichématige en voorspelbare onderlinge ruzies los. Ruzies die worden veroorzaakt door de in het ziekenhuis rondwarende boze geest die opeens ook over de mogelijkheid beschikt om ‘making you think that you or your friends aren’t who you should be.’ Dit resulteert dan vervolgens in scènes waarin enkele geestelijk beïnvloede of zelfs bezeten personages overgaan tot handelingen met bloederige en/of fatale gevolgen. En hoewel het een en ander qua speciale effecten en spanning her en der nog wel aardig overkomt kan ook dit de film niet redden. Het komt te geforceerd, te goedkoop en vooral te weinig overtuigend over. Ook het herhaaldelijk niet al te beste spel van de diverse acteurs draagt daaraan bij, hoewel ze door het script onmiskenbaar in hun mogelijkheden worden beperkt. De herhaaldelijk nogal vergezochte handelingen en twijfelachtige dialogen in combinatie met de te geringe identificatiemogelijkheden met de diverse personages zorgen ervoor dat de vormgeving van deze aspecten ook wel wat te wensen overlaten.
Tenslotte is de omgeving waarin dit verhaal zich afspeelt goed gekozen en aan de uitspraak ‘this place is pretty creepy all in itself’ wordt dan ook recht gedaan. Een leegstaand en verlaten ziekenhuis met lange en donkere gangen. Maar de functionaliteit van deze locatie wordt, evenals de overige pluspunten van deze film, teveel teniet gedaan door de overmaat aan minpunten die in deze film voorkomen. ‘Boo’ is met name een film voor kijkers die kicken op schrikeffecten en die er daarbij niet al teveel op letten hoe die uitgewerkt zijn.Voor de overige kijkers zullen de te vele valse alarmen in combinatie met de overige minpunten voor teveel teleurstellingen en verveling zorgen om de aandacht er gedurende de gehele speelduur bij te kunnen houden.
Frans Buitendijk