Born to Lose: The Last Rock and Roll Movie (1999)

Regie: Lech Kowalski | 90 minuten | muziek, documentaire | Met: Willy de Ville, Wayne Kramer, Dee Dee Ramone, John Spaceley, Sylvain Sylvain, Johnny Thunders, Mick Webster

‘Born to Lose: The Last Rock and Roll Movie’ is een combinatie van een muziekspektakel met een fragmentarisch overzicht van Johnny Thunders en hoe hij in het leven stond en hoe zijn omgeving hem heeft ervaren. Hoewel het fragmentarische overzicht zorgt voor een leven te zien in flarden, waarbij af en toe sprongen worden gemaakt, is het voor de kijker wel duidelijk om een voorstelling te maken. Zeker voor de muziekkenner, die zich wel wat kan verbeelden bij het leven van een rock-and-roll junkie. De beelden sluiten aan bij de fantasie die iemand heeft over het leven van een rockster. Je ziet Johnny en zijn bands kleurrijk uitgedost op het podium, als een feestende bende, soms vechtend, volledig meegesleept door de muziek en het publiek. Maar je ziet ook hoe moeilijk dit leven kan zijn, en hoe de muziekverslaving greep krijgt op het leven. De opnames van onder andere mede-muzikanten, zijn moeder, zus en tante, vullen deze visualisatie mooi aan. Ook de tijdsweergave vindt hierbij een duidelijke aansluiting. De opnames en de muziekfragmenten geven een enigszins chronologische volgorde aan, zodat je als kijker weet in welke levensfase het verhaal zich bevindt. Het verhaal wordt niet neergezet als een terugblik. Ook wordt er geen gebruik gemaakt van gesproken woorden door Johnny. Volgens Kowalski is dit omdat Johnny spreekt met zijn muziek. De film portretteert Johnny die op achttienjarige leeftijd aan het begin staat van een leven als superster en laat zien hoe het verloopt tot een muzikant en veelvuldig druggebruiker. Gedurende de gehele film wordt duidelijk zichtbaar hoe de heroïne en cocaïne Johnny vormt en hoe zij samen uiteindelijk één geheel zijn. Uiteindelijk sterft Johnny door de drugs.

Toen Kowalski in de krant las dat Johnny was gestorven, besloot hij onmiddellijk dat hij een documentaire over zijn leven wilde maken. Op dat moment had hij al veel materiaal verzameld over Johnny, die hij bij eerdere plannen wilde gebruiken. Hij is met een camera gaan reizen om personen te interviewen en om plaatsen te bezoeken waar Johnny heeft gespeeld. Dit resulteerde in 500 uur tape. De structuur voor de film ontstond bij de beslissing om de kijker het gevoel te geven aanwezig te zijn bij een optreden. En door de beelden van vele optredens, en de wijze waarop deze worden getoond, kan worden vastgesteld dat dit is gelukt.

Het is geen algemene film over muziek en geen documentaire over een willekeurige gitarist. Er wordt geen compleet beeld gegeven over muziek uit een bepaalde periode, of stromingen in de rock and roll, of bewegingen in de muziekscene. Het is een film over Johnny Thunders en over zijn muziek. Er zit veel van zijn muziek in de film, en dat kan er voor zorgen dat het voor personen met een voorkeur voor andere muziekgenres, een kluif kan zijn om de film uit te zien. Voor de liefhebber van rock en punk-invloeden, maakt dit juist de film heel waardevol en houdt het de aandacht vast. Want door de vele korte interviews, of de versnipperde gesprekken zou deze aandacht wat kunnen verslappen. Maar de rock en de gitaren houden je wel bij de les.

Sharon Vonk