Boys Go to Jupiter (2024)

Recensie Boys Go to Jupiter CinemagazineRegie: Julian Glander | 90 minuten | animatie | Originele stemmencast: Jack Corbett, Grace Kuhlenschmidt, Elsie Fisher, Janeane Garofalo, Miya Folick, Tavi Gevinson, Julio Torres, Sarah Sherman, Chris Fleming, Cole Escola, Joe Pera, River L. Ramirez, Demi Adejuyigbe, Eva Victor, Max Wittert

In maart 2025 won het Letse ‘Flow’ tegen alle verwachtingen in de Oscar voor “Best Animated Feature”. Een film, volledig geanimeerd door middel van de game-engine Blender. Het laat niet alleen zien dat het huidige publiek openstaat voor andere vormen van animatie, maar ook dat je niet met miljoenen hoeft te smijten om een animatiefilm uit te brengen. Onder de categorie indie-animatie kunnen we ook Julian Glanders ‘Boys Go to Jupiter’ scharen. Nog een overeenkomst met ‘Flow’: de film is volledig geanimeerd in Blender.

Billy 5000 (Jack Corbett) leeft in de buitenwijken van een stad in Florida, met zijn vrienden Beatbox (Elsie Fisher), Freckles (Grace Kuhlenschmidt) en Peanut (J.R. Phillips). Na stiekem te zijn gestopt met school, doet hij wanhopig zijn best om $ 5.000 bij elkaar te werken in zijn dromerige en surrealistische wereld. Een vrij korte synopsis, maar eigenlijk alles wat je moet weten over de film.

‘Boys Go to Jupiter’ is een beetje een gekke film. ‘Flow’ mag dan gemaakt zijn in Blender, als een videogame voelt het in ieder geval niet. ‘Boys Go to Jupiter’ zet echter volledig in op deze mobiele game-esthetiek. De animatie doet wat stijl betreft denken aan een combinatie van apps als ‘Monument Valley’, ‘Crossy Road’ en de videogame ‘Journey’. De kans is groot dat dit voor veel mensen geen probleem zal zijn, maar eerlijkheid gebiedt te zeggen dat als je een beetje ervaring hebt met dat soort games, ‘Boys Go to Jupiter’ nooit echt als een speelfilm voelt. Meer als een Telltale-game op je telefoon, alleen dan zonder de keuzes.

Voor de mensen die wat minder affiniteit hebben met voornoemde games, of met games in het algemeen, zal ‘Boys Go to Jupiter’ best vermakelijk zijn. De dialogen zijn gevat. Het acteerwerk doet een beetje denken aan dat van een Adult Swim-cartoon en dat past perfect bij de film. Niet een geheel onverwachte keuze van Glander, die verschillende projecten voor Adult Swim heeft gedaan. De atmosferische achtergrondmuziek die de animatie vergezelt, doet denken aan de deep cuts op het album ‘Hurry Up, We’re Dreaming’ van M83. Het creëert een atmosfeer die bijna net zo surrealistisch en dromerig is als het voornoemde album en het brengt zowaar een emotionele toon aan die je op het eerste oog niet verwacht. Dat is misschien wel wat de film het beste doet: een “vibe” creëren. Een sfeer waar je heerlijk in weg kunt dromen.

Een hoop om van te genieten dus, maar die animatiestijl zal echter niet voor iedereen werken. De film is, net als de eerdergenoemde game, isometrisch geprojecteerd. Met andere woorden, de wereld is zo gecreëerd dat alle objecten 45 graden gedraaid zijn. Dat maakt de film ontzettend statisch. Daar komt bij dat de personages zich, net als in de oude ‘Pokémon’-spelletjes, op een grid voortbewegen. Ze kunnen zich daardoor enkel naar voren, achteren, links en rechts bewegen. Niet diagonaal.

Verder heeft de film last van haperingen en “clipping” in de animatie. Clipping is een fenomeen waarbij een object door een ander object heen beweegt, zoals wanneer een arm door het lichaam of een muur steekt. Clipping komt vaak voor door slecht berekende animaties of modellen. In videogames is dit vaak onvermijdelijk, aangezien de animaties afhangen van de input van de speler. In een film, waar de animatie vastligt, zouden dergelijke fouten echter niet mogen voorkomen. Het zijn allemaal elementen die je uit de sfeer rukken die de film met uiterste inspanning probeert te creëren.

‘Boys Go to Jupiter’ heeft veel te bieden, van zijn dromerige sfeer tot de gevatte dialogen en atmosferische muziek. Het is een film die, ondanks de technische gebreken, een unieke ervaring creëert. Toch kunnen de technische tekortkomingen, zoals de isometrische animatie en de clippingfouten, je uit de film trekken. Natuurlijk is ‘Flow’ een grootschaligere productie, maar vergeleken met die film, voelt ‘Boys Go to Jupiter’ als een stapje achteruit. Evenwel moeten we blij zijn met dit soort experimentele animatie. Ondanks de technische haperingen smaakt de film naar meer, en het is interessant om te zien hoe indie-animatie zich in de toekomst zal blijven ontwikkelen.

Jelco Leijs

Waardering: 3

Speciale vertoning: Kaboom Animation Festival 2025