Burma VJ – Reporting From a Closed Country (2008)

Regie: Anders Østergaard | 90 minuten | documentaire

Er wordt wel eens over een guerrilla-stijl van filmmaken gesproken wanneer een film met een klein budget, een kleine crew, en weinig middelen wordt gemaakt. Het betreft vaak onafhankelijke filmmakers die puur met een eigen visie en veel doorzettingsvermogen hun film weten te produceren. Maar ‘Burma VJ’ is het échte werk. Gewapend met slechts simpele handycams filmen de “cineasten” in deze kippenvel bezorgende documentaire revolutionaire gebeurtenissen in eigen land, niet om hun eigen ego te kunnen strelen, maar met de hoop om de rest van de wereld hiervan deelgenoot te kunnen maken. Het militaire regime in Burma onderdrukt de bevolking al sinds de jaren zestig en de geheime politie houdt iedereen die maar problemen zou kunnen maken nauwlettend in de gaten, net als de Stasi in de voormalige DDR. Buitenlandse journalisten kunnen er hun werk niet doen omdat ze simpelweg niet in het land worden toegelaten. Buiten Burma hebben weinig mensen weet van de misstanden in het land, wat de reden is waarom Joshua en zijn netwerk van videojournalisten met gevaar voor eigen leven zoveel mogelijk vast proberen te leggen. Het resultaat is nagelbijtend drama dat de kijker op het puntje van zijn stoel houdt, met schrijnende wandaden en scènes van ontroerende loyaliteit en hoop.

De dictatuur in Burma houdt in feite in dat de regering zich alles kan permitteren. Af en toe komt er verzet vanuit de bevolking, maar gewelddadig optreden zorgt ervoor dat het merendeel van de Burmezen hierna op zijn tellen past. Zo werd er in 1988 een opstand van honderdduizenden mensen neergeslagen door het leger, met als gevolg zo’n 3000 doden. Een tijd lang hield de bevolking zich stil, maar toen de leiding van het land in 2007 weer met economisch twijfelachtige maatregelen kwam, werd de onvrede steeds groter bij steeds meer mensen, en was er alleen een overtuigende aanzet nodig om een grootse opstand in gang te zetten. Joshua en zijn groep, die de Democratic Voice of Burma vertegenwoordigde, wilden hun stem hoorbaar, en vooral zichtbaar maken. Verschillende keren werd gepoogd om iemand te filmen terwijl hij of zij zich openlijk uitsprak tegen het regime, lang genoeg om de rest van de bevolking aan te sporen en om de soldaten te kunnen filmen die onvermijdelijk en snel met jeeps aan kwamen gesneld om de protestanten af te voeren. Deze beelden werden vervolgens het land uit gesmokkeld en kwamen zo uiteindelijk bij internationale nieuwszenders terecht. Langzaam maar zeker zag de hele wereld wat er in Burma precies gaande was. Na één van de incidenten waarbij een protestant wordt afgevoerd en hij weg moet vluchten in een taxi merkt hij dat een revolutie op handen is, door de woorden van de taxichauffeur, die spontaan zegt dat hij zeker mee zal doen als er een demonstratie komt.

Grootse protesten en heftige confrontaties hangen in de lucht en de spanning is voelbaar. Het wordt steeds gevaarlijker voor de videojournalisten, maar ook voor de bevolking zelf. Echt interessant wordt het wanneer de boeddhistische monniken zich ermee gaan bemoeien. Persoonlijk worden ze wellicht weinig geraakt door de beslissingen van het regime, maar ze trekken zich het lot van de rest van de bevolking bijzonder aan en willen hun solidariteit laten zien. Het is erg indrukwekkend om lange stoeten van de monniken voorbij te zien trekken, met hun rode gewaden aan en omgekeerde voedselkommen in hun handen – om te laten zien dat ze geen eten meer van de militairen zullen aannemen. De grote vraag is hoe het leger hierop gaat reageren. Immers, ze zullen het toch niet in hun hoofd halen om de vreedzame boeddhisten – die zo’n beetje heilig zijn – met geweld te lijf te gaan? Door hun feitelijke onaantastbaarheid zijn ze een kracht om rekening mee te houden, en is het de enige groep die het leger angst in kan boezemen. Lange tijd kunnen de boeddhisten zonder tegenstand blijven marcheren en krijgen op deze manier de rest van de bevolking ook met zich mee. Het zijn kippenvelmomenten wanneer de monniken en bevolking zij aan zij door de straten van Rangoon lopen met overal om hen heen mensen die ze toejuichen – aan de rand van de straat en op de daken. Een prachtig moment is het ook wanneer Joshua en zijn videojournalisten van dichtbij contact willen leggen met de marcherende boeddhisten. Aanvankelijk houden ze hun hand voor de camera omdat ze denken dat Joshua van de geheime politie is, maar wanneer er vervolgens échte politie verschijnt om de journalisten het filmen te beletten, trekken de boeddhisten Joshua en zijn vrienden de groep in om ze te beschermen. Samen vervolgen journalisten en boeddhisten hun weg in de optocht, zonder dat de politie of het leger iets durft te doen. Wat een mooi beeld.

Het zijn hartverwarmende momenten, maar het zou te mooi zijn als dit op deze manier zou lukken. Het op de been krijgen van zoveel mensen, die naar het bewaakte huis van politiek activiste Aung San Suu Kyi marcheren en haar zelfs even te zien krijgen, is een absolute overwinning, maar dit is helaas geen Hollywoodfilm. Het respect van het leger voor de boeddhisten kent grenzen, en op een gegeven moment is de maat toch echt vol en worden boeddhisten zonder pardon afgevoerd, geslagen, en zelfs vermoord. Terwijl ze zelfs niets terugdoen en gewoon stug door blijven protesteren, wat op zijn beurt nog meer respect afdwingt. Gandhi zou trots zijn geweest op dit geweldloze verzet, dat de menselijke veerkracht, waardigheid, en loyaliteit op prachtige wijze aantoont. En daarmee gecontrasteerd helaas ook de menselijke wreedheid. De wreedheid van een kleine groep die de grote groep eronder houdt. En eronder blijft houden, in ieder geval voor het verloop van de gebeurtenissen in ‘Burma VJ’. Alle protesten hebben namelijk helaas (nog) niet kunnen leiden tot een omverwerping van het militaire regime en het vormen van een democratie. Maar Joshua en de zijnen zullen nooit rusten. En de menselijke hoop evenmin. Het is onmogelijk dat de beelden in ‘Burma VJ’ de kijker onberoerd zullen laten. Dit is krachtige cinema.

Bart Rietvink