Bus Stop (1956)

Regie: Joshua Logan | 96 minuten | drama, komedie, romantiek | Acteurs: Marilyn Monroe, Don Murray, Arthur O’Connell, Betty Field, Eileen Heckart, Robert Bray, Hope Lange, Hans Conried, Max Showalter, Linda Brace, Budd Buster, Mary Carroll, JM Dunlap, Ed Fury, Buddy Heaton, Fay L. Ivor, Richard Culvert Johnson, Terry Kelman, Lucille Knox, Pete Logan, Kate MacKenna, Helen Mayon, David McMahon, Del Moore, Phil J. Munch, Jim Katugi, James O’Rear, Wilbur Plaugher, Edward G. Robinson Jr., William Schub, Henry Slate

Dankzij films als ‘Gentlemen Prefer Blondes’, ‘How to Marry a Millionaire’ (beiden uit 1953) en ‘The Seven Year Itch’ (1955) veroverde Marilyn Monroe de harten van het publiek. Maar hoe meer de mensen genoten van de naïeve domme blondjes die ze als geen ander kon portretteren, hoe sterker haar drang werd om zich te bewijzen als serieus actrice. Halverwege de jaren vijftig vertrok ze daarom voor een sabbatical naar New York, waar ze acteerlessen nam bij de befaamde Actor’s Studio van Lee en Paula Strasberg. Bovendien verloofde ze zich met schrijver en intellectueel Arthur Miller. Een jaar later verscheen haar nieuwe film, ‘Bus Stop’ (1956), waarmee ze haar eerste gooi deed naar het stempel ‘serieus actrice’. Dat is haar deels gelukt; de Amerikaanse filmpers loofde Monroe voor het feit dat ze de voor haar doen vrij dramatische rol goed prima neer te zetten. Ook decennia later nog wordt haar rol in ‘Bus Stop’ tot haar beste werk gerekend. Maar dat betekent niet automatisch dat dit ook een van haar beste films is…

In deze film speelt Marilyn Monroe de rol van Cherie, een meisje van het Amerikaanse platteland dat het hoopt te maken in Hollywood. Op doorreis richting Los Angeles werkt ze in louche nachtclubs en bars. Inmiddels is ze in Phoenix, Arizona aanbelandt, waar het Blue Dragon Cafe haar thuisbasis is. Maar waar Cherie graag haar liedjes wil zingen, is het publiek – voornamelijk luidruchtige en dronken mannen – uitsluitend geïnteresseerd in haar lichaam. Op een avond is er echter een jongeman die het voor haar opneemt en luidkeels op de tafels springt om het publiek tot stilte te manen. Deze Bo Decker (Don Murray, het is zijn speelfilmdebuut) is een ongemanierde cowboy die voor het eerst van zijn leven meer dan tien kilometer van zijn ranch vandaan is. Hij is naar Phoenix gekomen voor een rodeo, maar ook om de vrouw van zijn dromen te ontmoeten. Hij heeft zijn zinnen gezet op Cherie. Zij is hem aanvankelijk dankbaar dat hij het publiek voor haar tot kalmte heeft gemaand. Maar die dankbaarheid wordt door de onbehouwen Bo verkeerd opgevat en hij schreeuwt direct van de daken dat hij met Cherie zal trouwen en haar het liefst de volgende dag nog op de bus terug naar huis zet. De naïeve Cherie wacht de lastige taak het aan Bo’s boerenverstand te peuteren dat ze totaal niet zit te wachten op een leventje tussen de koeien, op een eenzame ranch in Montana.

‘Bus Stop’ is gebaseerd op het toneelstuk ‘Lord Love a Duck’ van William Inge, tot script verwerkt door George Axelrod, ook bekend van ‘The Seven Year Itch’ (eveneens met Monroe in de hoofdrol) en ‘Breakfast at Tiffany’s’ (1963). In tegenstelling tot veel andere verfilmde toneelstukken merk je aan ‘Bus Stop’ nauwelijks meer dat het verhaal oorspronkelijk op slechts één locatie (wegrestaurant Grace’s Diner, dat tevens dienstdoet als de bushalte uit de titel) plaatsvindt. Er is onder meer plaats ingeruimd voor de ranch, het café en zelfs een rodeoterrein waar de nodige uitstekend gefilmde actiescènes plaatsvinden. Door deze in CinemaScope te filmen komen ze nóg beter uit de verf. Maar daarmee is zo ongeveer het beste van ‘Bus Stop’ wel vermeld. Verder stelt deze film namelijk weinig voor. Het verhaaltje is te dun om daadwerkelijk interessant te zijn en schommelt teveel heen en weer tussen komedie, drama en romantiek waardoor de film uit balans is. Daar komt nog bij dat je regelmatig het gevoel hebt dat er niets gebeurt. De film duurt slechts negentig minuten, maar dat lijken er eigenlijk nog dertig teveel te zijn. Bovendien neemt het verhaal tegen het einde een behoorlijk ongeloofwaardige wending, waardoor je helemáál afvraagt waar al die tijd nou zou druk om werd gedaan. Het regiewerk van Joshua Logan (die in 1969 ‘Paint Your Wagon’ zou maken met Clint Eastwood) is degelijk maar voegt in feite niets toe.

Het grootste probleem van de film is echter Don Murray, of beter gezegd het personage dat hij speelt. Bo Decker is zo ongeveer de meest onsympathieke romantische lead die je je maar kunt voorstellen. Hij is ongemanierd en onuitstaanbaar. Als een of andere holbewoner denkt hij dat je vrouwen zomaar je wil op kunt leggen en dat ze niet voor zichzelf kunnen denken en beslissen. Bo brengt dit zelfs letterlijk in beeld door de op de vlucht geslagen Cherie te vangen met zijn lasso, alsof ze een loslopend rund is. Het is simpelweg onmogelijk voor hem sympathie op te brengen. Des te discutabeler is dan ook het feit dat Murray, die overduidelijk aan het overacteren is, voor deze rol genomineerd werd voor een Oscar voor beste mannelijke bijrol! Gelukkig won hij het felbegeerde beeldje niet (die ging naar Anthony Quinn voor ‘Lust for Life’). Marilyn Monroe daarentegen speelt een sterke rol, waarmee ze aantoont meer in haar mars te hebben dan menigeen dacht. De acteerlessen bij Strasberg hebben duidelijk hun uitwerking gehad. Het enige grote aandachtspunt is haar accent, waarin ze niet altijd even consistent is. Aardige bijrollen zijn er van Arthur O’Connell als Bo’s wijze oude vriend Virge, Betty Field als restauranteigenaresse Grace, Hope Lange als haar dochter Elma en Eileen Heckart als Cheries vertrouweling Vera.

‘Bus Stop’ had een leuke film kunnen zijn als er een beter script was geweest. Nu is het vlees noch vis. Voor een komedie zijn de grappen te zwak, voor een romantisch drama is de romance te vlak. Het is bovendien jammer voor Marilyn Monroe, die zich hier van haar beste kant laat zien, een bijzonder onsympathiek sujet tegenover zich heeft. Dat haalt namelijk ook een beetje de glans van haar performance af. Alleen voor de verstokte Marilyn-fans is de aanschaf van ‘Bus Stop’ de moeite waard. Alle anderen kunnen beter uitwijken naar Monroe-films die wél van begin tot eind kunnen boeien en waarin ze een sympathiekere tegenspeler heeft.

Patricia Smagge